Advertentie
carrière / Nieuws

Vooral kansrijke statushouder profiteert van gemeente

Statushouders vinden iets gemakkelijker werk dan vorig jaar. Van de statushouders die in 2015 instroomden heeft 17 procent nu een betaalde baan. Dat is een stijging van 4 procent ten opzichte van 2018, blijkt uit de vierde Monitor gemeentelijk beleid arbeidstoeleiding statushouders van Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS). Vooral kansrijke statushouders profiteren van extra inzet van gemeenten.

06 september 2019

Statushouders vinden iets gemakkelijker werk dan vorig jaar. Van de statushouders die in 2015 instroomden heeft 17 procent nu een betaalde baan. Dat is een stijging van 4 procent ten opzichte van 2018, blijkt uit de vierde Monitor gemeentelijk beleid arbeidstoeleiding statushouders van Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS). Vooral kansrijke statushouders profiteren van extra inzet van gemeenten.

Extra inzet blijft nodig
De vierde monitor, die het KIS en Divosa uitbrengen, toont de stand van zaken rond arbeidstoeleiding van statushouders in 2018. Twee derde van deze statushouders werkt onder hun opleidingsniveau. Het gaat vaak om tijdelijke, of kleine banen. De 286 gemeenten die aan de jaarlijkse monitor meededen, schatten dat 63 procent van de statushouders een bijstandsuitkering krijgt. Vorig jaar was dat nog 72 procent. De instroom van jonge statushouders naar onderwijs blijft laag. Er zijn dus goede stappen gezet, maar extra inzet blijft nodig, aldus onderzoeker Marjan de Gruijter. ‘Gemeenten doen al veel, maar we zien dat nog lang niet alle statushouders de stap naar werk kunnen zetten. Hiervoor zijn meer parallelle trajecten nodig, waarin verschillende participatievormen worden gecombineerd, zoals het leren van de taal en het opdoen van werkervaring’

Kansrijkere statushouders profiteren
Sinds 2015 ondersteunen gemeenten vanuit de Participatiewet statushouders bij hun integratie en participatie, met name bij het vinden van werk. Gemeenten zetten vaak dedicated klantmanagers in. Die bieden maatwerk en begeleiden statushouders intensiever bij het zoeken naar werk. Vooral kansrijkere statushouders lijken van de extra inzet van gemeenten te profiteren. De arbeidstoeleiding van statushouders met een grote(re) afstand tot de arbeidsmarkt, zoals laaggeletterden en personen met ernstige gezondheidsproblemen, blijft lastig. Die groep krijgt wel extra ondersteuning van gemeenten, maar dat leidt vooralsnog niet tot meer werk. De aandacht voor de arbeidstoeleiding van vrouwelijke statushouders blijft nog achter.

Meer grip
In 2021 gaat de nieuwe Wet inburgering in. Naar verwachting zal deze een aantal knelpunten die statushouders ondervinden bij hun inburgering opheffen. Het huidige inburgeringsstelsel spreekt vooral de eigen verantwoordelijkheid van de nieuwkomer aan en staat te veel op zichzelf, aldus het KIS en Divosa. Gemeenten gaven de afgelopen jaren massaal aan dat zij de regie op de inburgering terug willen om statushouders een aanbod te kunnen doen waarin de taal leren en participeren hand in hand gaan. De nieuwe wet stelt gemeenten in staat om meer grip te krijgen op de samenhang tussen inburgering en participatie. De Gruijter: ‘We zien dat gemeenten in gesprek gaan met taalscholen en werkgevers om de inburgering en werken beter op elkaar af te stemmen.’

Vooral in kleinere gemeenten winst te boeken
De onderzoekers bevelen gemeenten aan werkervaringsplekken breder toegankelijk te maken en ook voor statushouders met grotere afstand tot de arbeidsmarkt trajecten te ontwikkelen met perspectief op betaald werk. Structurele contacten met werkgevers zijn daarvoor essentieel. Kansen op werk en onderwijs voor statushouders verschillen nu nog sterk per gemeente. ‘Vooral in kleinere gemeenten is veel te winnen bij regionale samenwerking, zodat een dekkend aanbod aan (gespecialiseerde) voorzieningen voor statushouders kan ontstaan’, aldus De Gruijter.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie