Record aantal wethouders stapt tussentijds op
Wethouders van GroenLinks kwamen verhoudingsgewijs het vaakst ten val in de periode 2018-2022.
Ruim de helft van alle wethouders haalde in de vorige collegeperiode de eindstreep niet. Dat blijkt uit onderzoek van De Collegetafel in opdracht van Binnenlands Bestuur.
Verstoorde verhoudingen
Een recordaantal van 55 procent van de wethouders beëindigde in de collegeperiode 2018-2022 hun ambtsperiode voortijdig. In de collegeperioden daarvoor lag dat standaard omme nabij 40 procent. Wel bleef het aantal politiek ten val gekomen wethouders stabiel. Evenals in vorige collegeperioden haakte om politieke redenen één op de vijf wethouders tussentijds tijdelijk of definitief af. De belangrijkste reden: verstoorde verhoudingen en coalitiebreuken.
Verkiezingsjaar
Het afgelopen jaar waren er gemeenteraadsverkiezingen. Nog nooit, zo blijkt uit het onderzoek was het aantal politieke valpartijen in een verkiezingsjaar zo laag: slechts zestien wethouders zijn sinds het aantreden in de nieuwe collegeperiode om politieke redenen ten val gekomen, daarvan zijn er voorlopig slechts zes die definitief onderuit zijn gegaan.
GroenLinks
Wethouders van lokale partijen kwamen het meeste ten val. De lokale partijen waren in 2018, zoals opnieuw in 2022, de grote winnaar van de raadsverkiezingen en haalden ook de meeste wethoudersposten binnen. Verhoudingsgewijs vielen wethouders van lokale partijen echter niet vaker dan die van andere grote partijen, zoals D66, VVD en ChristenUnie. Wethouders van GroenLinks, ook een winnaar in 2018, kwamen verhoudingsgewijs het vaakst ten val in de periode 2018-2022.
Lees het volledige artikel in Binnenlands Bestuur nr. 1 van deze week.
2. Wellicht is er noodzaak om de APPA-regeling voor wethouders in bepaalde omstandigheden minder aantrekkelijk te maken.
3. Er lijkt bij de politiek onvoldoende besef te zijn dat burgers opdraaien voor deze kosten.