Overbodig beleid de pas afsnijden
Meer regels bieden meer zekerheid. Volgens Actal-voorzitter Van Eijck klopt deze redenering niet. Het land heeft, zeker in crisistijd, meer baat bij een controle vooraf.
Regels die het één beogen, maar tot iets heel anders leiden. Het komt maar al te vaak voor, constateert Steven van Eijck, sinds begin dit jaar voorzitter van het Adviescollege Toetsing Administratieve Lasten (Actal). Hij pleit dan ook voor een uniform systeem - een integraal toetsingskader - waarbij elke nieuwe wet of regel, vóórdat het parlement die behandelt, op zijn consequenties wordt getoetst. Zo’n effectbeoordeling strekt verder dan de simpele vraag ‘wat kost het’, maar stelt ook vast wat de gevolgen zijn op bijvoorbeeld sociaal en milieugebied, en of departementen niet tegen elkaar inwerken.
Actal gaat vooral over beperking van administratieve lastendruk. Uw voorstel tot een integraal toetsingskader is veel omvattender. Hoe kwam u op die gedachte?
‘Het idee ontstond vrij snel na mijn start bij Actal. De systematiek die hier de afgelopen jaren is ontwikkeld om de administratieve lastendruk van nieuwe wet- en regelgeving te bepalen, werkt uitstekend, we oogsten er internationaal lof voor. Maar je kunt je ook afvragen waarom deze aanpak niet breder wordt getrokken: ons model is met enige aanpassingen probleemloos te vertalen naar anderebeleidsterreinen.
‘Een algemeen toetsingskader, populair gezegd een ontkokertoets, bevordert de departementale samenhang in beleid en biedt Kamerleden de kans de informatiekloof met ministers en ministeries te dichten. Iedereen start na zo’n toets vanaf hetzelfde punt; dat leidt tot een zuiverder politiek debat. Over de feiten en impact van een voorstel kan immers geen verschil van mening meer bestaan.’
Waarom moet een toetsingskader deel uitmaken van het crisispakket van kabinet?
‘Omdat politici en opinion leaders te makkelijk over extra regels en toezicht praten. Dat is ook niet vreemd, in tijden van crisis wordt de oplossing al snel in meer regelgeving gezocht. Zaken zijn fout gelopen en met extra controle had dat voorkomen kunnen worden, is de redenering. Niets is minder waar. Extra regels en zwaarder toezicht vormen niet de oplossing. Meer controle leidt vaak slechts tot schijnzekerheid.
‘Een algemeen toetsingskader scheidt qua regelgeving het kaf van het koren en dient daarmee de geloofwaardigheid van de politiek - geen overbodige luxe in deze tijden, nu veel burgers zich enorm ergeren aan regeltjes die ze niet logisch vinden. Balkenende IV wil deze kabinetsperiode de regeldruk met 25 procent verlichten. Nog geen 9 procent van deze doelstelling is gerealiseerd, dus er is geen enkele reden om deze ambitie bij te stellen, ook al zijn de omstandigheden nu totaal anders dan toen dit kabinet aantrad.’
U staat niet alleen met uw pleidooi zo’n effectmeting vooraf. De stuurgroep Parlementaire Zelfreflectie hintte vorige week op iets soortgelijks. Extra reden om vaart te maken?
‘De invoering van zo’n systematiek kost jaren. Des te belangrijker dus om er nu mee te beginnen. Met een Regulatory Impact Assesment, zoals al in gebruik in de VS en Groot-Brittannië, toets je aan de hand van een aantal hoofdvragen het ingediende voorstel op effecten en op de samenhang met eerdere wet- en regelgeving. De ervaring leert dat het daaraan vaak schort.
‘De vliegtaks is een mooi voorbeeld hoe het anders zou kunnen. Eigenlijk is het gewoon een fiscale maatregel om extra geld binnen te halen, maar het is politiek verkocht als een maatregel om de CO2-uitstoot terug te dringen. Of dat echt het geval is, is nooit getoetst, we moeten dat maar aannemen. Ik pleit in zo’n geval voor een degelijke onderbouwing van het voorstel, het maakt de zaken helder en transparant. Alleen met een objectieve toetsing kun je alles goed tegen elkaar afwegen en kan de politiek conclusies trekken.’
Het klinkt aantrekkelijk, maar is het ook niet een doorzichtig opzetje om de rol en invloed van Actal te vergroten?
‘In het geheel niet, het gaat mij niet om Actal, maar om een systematiek die meehelpt het politieke proces te verbeteren. Ik wil juist voorkomen dat je een nieuw orgaan creëert dat na oprichting almaar uitdijt, zoals bij andere toezichthouders het geval is geweest. Ik wil een simpele standaardprocedure. Dwingend en verplicht. De resultaten gaan naar zowel kabinet als parlement. Dan zijn bewindslieden veel beter af te rekenen op hun handelen en is de Kamer in staat veel betere vragen te stellen. Daar heeft iedereen baat bij. Een politiek debat moet op inhoud worden gevoerd. Dit systeem stelt daartoe in staat.’
Wat zijn de consequenties van het niet invoeren van een algemeen toetsingskader?
‘Bij niets doen handhaaf je de situatie dat het ene ministerie niet weet wat het andere doet en enkel vanuit zijn eigen perspectief nieuwe regelgeving indient. Die verkokering moet je juist zien te doorbreken. De vraagstukken worden met het jaar complexer en overstijgen de afzonderlijke departementen. Het aanbrengen van meer samenhang wordt alleen maar belangrijker.’
Integrale toetsing
Een vaste structuur waarmee wordt bepaald of nieuwe overheidsregels daadwerkelijk de doelstellingen dichterbij brengen waarvoor ze zijn bedacht – dat is de Regulatory Impact Assessment (RIA). De meeste landen in de westerse wereld werken met een (eigen variant van de) RIA. Sinds 2002 gebruikt de Europese Commissie zo’n effectbeoordelingstoets als hulpmiddel bij de besluitvorming. Deze toets kan nimmer de politieke beoordeling vervangen.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.