‘Ik heb ze niet kunnen overtuigen.’ Burgemeester Hans van der Laan geeft het grif toe: de bezetting van het gemeentehuis van Noordenveld, afgelopen dinsdagavond, rekent hij zichzelf en zijn college aan. Het lukte hen niet om de angst van zo’n 60 bewoners weg te nemen voor de komst van een groep daklozen en verslaafden in een opvanglocatie van het Leger des Heils.
Burgemeester zit met ‘nimby’-bezetting gemeentehuis
‘Ik heb ze niet kunnen overtuigen.’ Burgemeester Hans van der Laan geeft het grif toe: de bezetting van het gemeentehuis van…
Patat bezorgen
De informatie-avond zou tot acht uur duren, maar om half elf waren de bewoners nog niet weg. Uit protest. Ze hadden patat laten bezorgen en leken niet van zins het pand te verlaten.
Voldongen feit
De 25 daklozen en verslaafden zouden hun intrek nemen in een gebouw dat eerder dienst deed als vakantiehuis voor gehandicapten. Volgens het bestemmingsplan heeft dat als functie ‘maatschappelijke zorg’. Van der Laan: ‘Daardoor staan we voor een voldongen feit, zeiden ook de juristen die we raadpleegden. Bovendien, je hebt als gemeenschap de verantwoordelijkheid voor zwakkeren in de samenleving.’
Not in my backyard
Ja, daar waren alle aanwezigen het over eens. Maar niet in het Drentse Noordenveld, graag. De argumenten van het Leger des Heils dat het slechts om een tijdelijk onderkomen ging, hadden geen effect. Bewoners waren bang dat de verslaafden ’s nachts zouden gaan rondzwerven. Van der Laan: ‘We hadden de pech dat een van de bewoners ooit was aangevallen door verslaafden. Als het sentiment verkeerd is, kun je moeilijk tegen die stroom inroeien. Natuurlijk loop je enig extra risico, maar ik zou zelf geen extra sloten op de deur zetten. Al moet ik er eerlijk bij zeggen dat ik drie kilometer van deze locatie afwoon.’
In dialoog
De gemeente probeert nu, voor en tijdens de opvang, zoveel mogelijk in dialoog te blijven met de bewoners. Er is een contactpersoon aangesteld en de burgemeester heeft bewoners aangeboden om een andere locatie voor daklozen en verslaafden te bekijken, er worden werkafspraken gemaakt over toezicht en alarmering. Maar, zegt van der Laan, die in twee andere gemeenten de komst van twee asielzoekerscentra in goede banen leidde: ‘Ik had liever gehad dat we hier op een normale manier uit waren gekomen.’
