Advertentie
bestuur en organisatie / Ingezonden

Shared spaces voor horeca en omwonenden

Restaurants en cafés moeten op training hoe hun clientèle buiten rustig te houden.

06 juli 2022

In vroeger tijden was het heel normaal dat een kastelein of herbergier de boel een beetje in de gaten hield, bezoekers wegwijs maakte en soms handhavend optrad. Het valt te lezen in het boek ‘De Amsterdamse Herberg 1450-1800’ van historicus Maarten Hell. In zijn boek ‘Zwerflawaai’ pleit Joost Smiers, emeritus hoogleraar politicologie, voor iets soortgelijks in de vorm van shared spaces voor horeca en omwonenden.

Het mooie weer is niet per definitie een bron van vreugde voor omwonenden van cafés en restaurants. Het gebeurt niet zelden dat bezoekers van horecagelegenheden tot laat in de avond en zelfs tot in het begin van de nacht luid van zich laten horen. Waarom zouden buurtbewoners hier voortdurend last van moeten ondervinden? Het geeft spanning, je slaapt er slecht van, en uiteindelijk is ongevraagd geluid fnuikend voor je gezondheid.

Goedwillende gemeenten proberen vaak met regelgeving bewoners en horeca met elkaar in het reine te brengen. Er worden dan categorieën in elkaar geflanst van verschillende soorten horeca, het karakter van bepaalde buurten, van toegestane sluitingstijden, en van het grote wonder: het meten van decibellen. Dat allegaartje levert een overdaad aan af te vinken hokjes op.

Dat gaat dus niet werken, veel te ingewikkeld, en niet te handhaven, waarbij bewoners voorspelbaar de zwakste partij zijn. De vraag is dus: kan het niet eenvoudiger en beter voor omwonenden? De vergelijking schiet me te binnen met shared spaces, zoals bij de pont achter het Centraal Station in Amsterdam. De 'natuurlijke' neiging bestaat om bij complexe verkeerspunten heel veel regels te maken, waardoor men door de bomen het bos niet meer ziet. Bij een shared space wordt het tegenovergestelde gedaan, en dat werkt op veel plekken in ons land. Laten we eens kijken of het idee van shared spaces - zo min mogelijk regels - zou kunnen werken in de verhouding tussen horeca en omwonenden.

Het zou er ongeveer zo uit kunnen zien:

+ Er is maar één categorie, en dat is: horecagelegenheden.
+ Als horecagelegenheden binnen muziek laten horen, mag dat buiten niet te horen zijn, en buiten mogen ze sowieso geen muziek maken, of iets wat daarop lijkt.
+ Voor de horecagelegenheden gelden geen sluitingstijden.
+ De uitbaters zijn er verantwoordelijk voor dat hun clientèle hun pand rustig verlaat en zich in de wijde omgeving daarvan rustig gedraagt.
+ De uitbaters zijn er ook verantwoordelijk voor dat mensen op hun terrassen rustig praten.
+ Ze moeten in overleg treden met omwonenden of die over het niveau van die rustige sfeer min of meer tevreden zijn. Zo niet, dan moet het kennelijk rustiger.
+ De vraag is niet: hoeveel decibel is het geluid op straat, maar is dat geluid goed te verdragen.
+ Ook over de sluitingstijd van terrassen vindt zulk overleg plaats.
+ Uiteraard moet het mogelijk zijn dat een horecagelegenheid één of twee keer in het jaar, in overleg met omwonenden, de bloemetjes buiten zet.

Het is niet uitgesloten dat er met deze open benadering van de relatie tussen horeca en buurtbewoners soms frictie ontstaat. Daarvoor stelt de gemeente een onafhankelijke bemiddelaar/ bemiddelaarster aan om tot oplossingen te komen die voor alle betrokkenen min of meer aanvaardbaar zijn. Mocht een betrokkene helemaal niet tevreden zijn, dan rest de gang naar de rechter.

Shared spaces komen niet zonder verantwoordelijkheid. Daarvoor heeft de rechter als handvat dat horecaondernemers er zorg voor moeten dragen dat de buurt, waarin ze hun zaak uitbaten, leefbaar blijft, dat je er rustig kan slapen en niet gespannen raakt van ongevraagd geluid.

Mijn advies aan Koninklijke Horeca Nederland is: ga trainingen organiseren voor horecaondernemers hoe ze hun clientèle in de omgeving van hun bedrijf rustig houden. Overdreven? Neen, het is overdreven dat je een zaak mag runnen, en de geluidsoverlast die dat met zich meebrengt in de oren van je buurtgenoten kiepert.
Als deze hele route doorlopen is en een enkele horecaondernemer blijft zich niks van de buurt aantrekken, dan kan de gemeente uiteindelijk zeggen: nu is het genoeg geweest, we trekken uw vergunning in. Het interessante hiervan is dat elke horecaondernemer van begin af aan weet dat dit hem of haar kan overkomen: je vergunning kan afgepakt worden, als je je niks gelegen laat liggen aan het redelijke verlangen van buurtbewoners dat het een beetje rustig is.

Joost Smiers is auteur van Zwerflawaai en ander (on)gewenst geluid. Rust, reuring, overlast.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie