De laatste jaren nam het aantal vrouwelijke burgemeesters wel toe, maar deze trend zet niet door, zo blijkt uit nieuwe cijfers van Necker van Naem. Opvallend in 2021 was verder de opmars van de partijloze burgemeester: het afgelopen jaar lijkt de doorbraak te zijn geweest. In absolute zin, maar ook als percentage van het totaal aantal benoemingen. Van de 38 benoemingen waren 8 burgemeesters partijonafhankelijk: dat is grofweg een vijfde van alle benoemingen. Dit is een indicatie dat politieke kleur er voor burgemeesters steeds minder toe lijkt te doen.
Burgemeester blijft man op leeftijd
Burgemeesters zijn veelal oudere mannen die hun politieke sporen hebben verdiend namens een landelijke partij. Het aantal vrouwen stagneert.

Buiten de politiek
Lange tijd liep het pad naar het burgemeesterschap vooral via het pad van wethouder, Kamerlid of gedeputeerde. Uit deze vijver van bestuurlijk Nederland wordt nog vaak gevist, maar er is ook ruimte voor burgemeesters met een andere achtergrond. Sinds 2016 worden jaarlijks een of meerdere burgemeesters die hun sporen buiten de (lokale) politiek hebben verdiend in het ambt benoemd, met als topjaar 2019. Dat komt neer op 4 tot 21 procent van het aantal jaarlijkse benoemingen.
Eerste termijn
De meerderheid van de burgemeesters zit momenteel in hun eerste termijn. Van deze burgemeesters is hun huidige gemeente voor 76 procent de eerste burgemeesterspost; 24 procent zijn doorstromers. Gemiddeld hebben burgemeesters momenteel 8,5 jaar zitting in hun huidige gemeente. Kortom: burgemeesters zitten bepaald niet stil.
Lichte verjonging
Hoewel de gemiddelde burgemeester in Nederland 55,5 jaar oud is in 2021, zien we dat het merendeel van de burgemeesters ouder is dan dat: 61 procent is 55 jaar of ouder, tegenover 39 procent die jonger is dan 55 jaar. Dat komt overeen met het beeld onder raadsleden en wethouders, ook daar zijn de oudere ambtsdragers in de meerderheid. De gemiddelde leeftijd van de burgemeesters die in 2021 zijn benoemd is 52,4 jaar. ‘Dat duidt erop dat het burgemeesterskorps licht verjongt’, aldus Sabine van Zuydam, onderzoeker bij Necker van Naem.
Vrouwen
Het aandeel vrouwelijke burgemeesters lijkt niet langer toe te nemen. Sinds 2018 schommelt dat tussen de 26 en 28 procent. Het aandeel vrouwen in het ambt is daarmee in lijn met wat in het gehele lokaal bestuur zichtbaar is. Ook onder raadsleden en wethouders ligt het aandeel vrouwen om en nabij een derde van het totaal aantal ambtsdragers. Wel zijn er verschillen tussen provincies op dit vlak. Het aandeel vrouwelijke burgemeesters is in Zeeland en Limburg het hoogst met respectievelijk 38 en 39 procent. In Drenthe en Groningen zijn relatief de minste vrouwen actief als burgemeester: daar is respectievelijk 8 en 17 procent van de burgemeesters vrouw.