Advertentie
carrière / Nieuws

‘Maak ambtenaren en politici digitaal geletterder’

Om te voorkomen dat Nederland bij gebrek aan overheidsbeleid gaat achterlopen moeten technologische ontwikkelingen in de publieke sector hoger op de politieke agenda. Dat staat in de Staat van de Ambtelijke Dienst 2019 (STAD 2019) van de leerstoelen van het CAOP. De overheid moet de angst voor die ontwikkelingen wegnemen bij burgers en ambtenaren en politici digitaal geletterder maken.

04 juni 2019
digitaal---dyslexie.jpg

Snelle technologische ontwikkelingen in de publieke sector moeten hoger op de politieke agenda om te voorkomen dat Nederland bij gebrek aan overheidsbeleid gaat achterlopen. Dat staat in de Staat van de Ambtelijke Dienst 2019 (STAD 2019) van de leerstoelen van het CAOP. De overheid moet de angst voor die ontwikkelingen wegnemen bij burgers en tegelijk ambtenaren en politici digitaal geletterder maken. 

Mens moet centraal staan
Om in de vierde industriële revolutie met robotisering en kunstmatige intelligentie succesvol gebruik te kunnen maken van technologie moet dit samengaan met sociale innovatie. Daarin moet de mens centraal staan. Die aanbeveling stond in 2017 al in het programma ‘Technologische ontwikkelingen in arbeidszaken’ van de Albeda Leerstoel die wordt bezet door de Leidse hoogleraar Jaap Uijlenbroek. Maar de oproep komt terug in de nieuwste versie van de tweejaarlijks verschijnende Staat van de Ambtelijke Dienst, een onafhankelijk, kritisch en analytisch overzicht van hoe de ambtelijke dienst ‘er kwalitatief en kwantitatief bij staat’. Het is wel nodig om eerst met alle betrokkenen te analyseren wat het effect van technologisering is en dit te verbinden aan sociale innovatie. ‘Dit is een manier om voorbereid te zijn en technologie als kans en een keuze te zien.’

Technologie absorberen in alle geledingen
Professionals en politici in het openbaar bestuur worden steeds vaker voor dilemma’s en spanningen gesteld, waarbij zij regelmatig complexe afwegingen moeten maken tussen waarden, belangen en uiteenlopende stakeholders, van technologiebedrijven tot bezorgde burgers, merkt Uijlenbroek. Hij vindt dat technologische en sociale innovatie in onderlinge samenhang moet worden opgepakt op individueel, organisatie, regionaal/sectoraal en landelijk niveau om het succesvol te laten zijn. De overheid heeft de taak om technologie goed in haar geledingen te absorberen en randvoorwaarden te bieden om die technologische en sociale innovatie elders mogelijk te maken.

Implicaties voor integriteit bestuur

Ook voor integriteit van bestuur hebben sociale en technologische innovatie belangrijke implicaties, stelt bijzonder hoogleraar Zeger van der Wal op de Ien Dales Leerstoel. Nieuwe media leiden tot integriteitskwesties op het snijvlak van het persoonlijke en het professionele domein. Daarbij creëren big data en kunstmatige intelligentie nieuwe typen dilemma’s voor privacy, ongelijkheid en informatieveiligheid (technologische innovatie). Verder leidt horizontalisering van bestuur en beleid, met co- creatie en coproductie als kernthema’s, tot integriteitskwesties op het snijvlak van publiek, privaat en het maatschappelijk middenveld (sociale innovatie). Meer bewustwording, opleiding en het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden zijn volgens Van der Wal nodig om ambtenaren en politici ‘digitaal geletterder’ te maken.

Mager beeld technologie in coalitieakkoorden
Hoeveel aandacht is er eigenlijk voor technologische ontwikkelingen in verkiezingsprogramma’s en coalitieakkoorden? Die vraag stelt adviseur nieuwe technologie Paul Strijp die op persoonlijke titel een bijdrage leverde aan de STAD 2019. Hij vindt die aandacht de belangrijkste indicator voor het digitale bewustzijn van de publieke sector, maar zijn conclusie is dat die op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau een mager beeld laat zien. Onze huidige gunstige internationale positie als gedigitaliseerd land is allerminst verzekerd, vindt Strijp. De vierde industriële revolutie ontbreekt op de agenda, terwijl allerlei publieke waarden in het geding zijn, zoals privacy, autonomie, veiligheid, controle over technologie, menselijke waardigheid, rechtvaardigheid en machtsverhoudingen.

Angstige burgers
Bij burgers heerst angst voor verlies van baanzekerheid, autonomie, de vrije wil, en voor het niet meer begrijpen van de complexe wereld. Dat maakt mensen onzeker. Strijp zet in een matrix de acht basistechnologieën tegenover zes maatschappelijke opgaven. Om technologie goed te gebruiken ziet Strijp voor lokaal of provinciaal bestuur mogelijkheden om vrijwel alle beleidsterreinen te benaderen met big data, algoritmen en kunstmatige intelligentie, zoals de aanpak van voortijdige schooluitval, het armoedebeleid, bepaling van milieuzones en reguleren van bezoekers- en verkeersstromen. Daarnaast heeft de matrix een communicatieve functie. Managers kunnen met de matrix medewerkers stimuleren om erover met elkaar in gesprek te gaan. Medewerkers zijn mensen en kunnen derhalve kampen met gevoelens van angst en onzekerheid. Vooral medewerkers met een mbo-achtergrond zijn kwetsbaar, aldus Strijp. ‘Erken die angst, benoem deze en neem hem serieus.’


Herijking personeelsbeleid rijk noodzakelijk
Een van de vele hoofdstukken van STAD 2019 gaat over strategisch omgaan met personeelsbeleid. Het is in dit verband niet de slimste of sterkste organisatie die overleeft, maar de organisatie die zich het beste kan aanpassen, citeren Wessel Dikker Hupkes en Susanne van der Maarl, twee experts in personeelsbeleid bij de rijksoverheid en schrijvers van het hoofdstuk, Charles Darwin. Herijking van het strategisch personeelsbeleid tot 2020 dat in 2012 en 2013 was opgesteld was hoognodig, vonden de secretarissen-generaal van de verschillende ministeries in hun brief aan de informateur, zoals innovatief werken, ontwikkeling van mensen en flexibel organiseren. De tendens is dat het aantal rijksambtenaren toeneemt, maar ook dat er veel ouderen en weinig jongeren zijn en dat 22 procent van de jongeren binnen twee jaar weer uitstroomt. Verder is er lage interdepartementale mobiliteit.

Selecteren zonder vooroordelen
Het nieuwe strategische personeelsbeleid tot 2025 heeft zeven focuspunten die de aantrekkelijkheid van het rijk als werkgever moeten vergroten. Sleutelbegrippen zijn: ontwikkeling van mens en organisatie, wendbaarheid, ruimte voor persoonlijke voorkeuren en diversiteit. Dat laatste zal bij ict-vacatures meer worden benadrukt evenals de complexiteit van het werken bij het rijk. Leden van sollicitatiecommissies worden verplicht een training ‘selecteren zonder vooroordelen’ te volgen. Veder wordt beloning meer gebaseerd op het werk dat ambtenaren doen in plaats van op positie in het verleden of persoonsgebonden kenmerken.

Leidinggevenden hebben cruciale rol
Verder moet het rijk een wendbare organisatie worden met flexibele medewerkers die op thema en over departementsgrenzen heen werken. Ook voor ‘een leven lang leren’, werk(plek)tevredenheid en een gezonde open aanspreekcultuur zijn uitgangspunten in het nieuwe personeelsbeleid tot 2025. Leidinggevenden hebben bij het verwezenlijken van de doelstellingen een cruciale rol. Tot slot is in het nieuwe strategisch personeelsbeleid bijzondere aandacht voor technologische ontwikkelingen. De rijksoverheid zal zich via de RijksAcademie voor Digitalisering en Informatisering (RADIO) laten versterken door ambtenaren kennis en kunde van het i-domein te laten opdoen.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Jos / Adviseur
Twee artikelen op hetzelfde moment in mijn mailbox. Dit artikel en deze: https://bit.ly/2Wy4ijw

Kan iemand mij uitleggen hoe je in de EU koploper kunt zijn als de mensen die het moeten doen kennelijk onvoldoende toegerust zijn. Mijn conclusie: er wordt veel te veel geluld in NL.
Peter / Projectmanager
Al eerder constateerden we dat juist ambtenaren en politici de grootste digibeten zijn.

Hetgeen hen er niet van weerhoudt grote groepen Nederlanders tot digibeet te verklaren en op basis daarvan krom beleid door te drukken.



Van 'Blauwe envelop' tot BIT-rapporten, en deskundigen negerend blijft men aanmodderen.
Advertentie