Analyse: Het konijn van Van Rijn
Het massale 'nee' van gemeenten over het onderhandelingsresultaat met staatssecretaris Van Rijn (VWS, PvdA), kan het VNG-bestuur niet negeren. In een analyse schetst Binnenlands Bestuur drie scenario's.
Het is ondenkbaar dat het VNG-bestuur het massale ‘nee’ van gemeenten over het onderhandelingsresultaat rondom de persoonlijke verzorging met staatssecretaris Van Rijn (VWS, PvdA) naast zich neer zal leggen. De grote vraag is hoe het VNG-bestuur de leden tevreden gaat stellen, hoe diep het VNG-bestuur bij zijn achterban door het stof gaat en wat er in Den Haag nog uit te slepen valt. Vrijdagmiddag zullen we het antwoord op de eerste twee vragen weten.
Vervolgstappen
Nadat Van Rijn in november − tot woede van gemeenten − besloot de persoonlijke verzorging niet over te dragen aan gemeenten, maar onder te brengen in de Zorgverzekeringswet (Zvw), werd het VNG-bestuur in november door de leden met een forse boodschappenlijst opnieuw op pad gestuurd. Het onderhandelingsresultaat dat medio december het licht zag, werd via een ledenradenpleging aan de 403 gemeenten voorgelegd. En naar de prullenbak verwezen, zo werd woensdag duidelijk. Vrijdagmiddag maakt het VNG-bestuur bekend hoe het met deze uitslag omgaat en welke vervolgstappen het gaat zetten.
Zwaar onder vuur
Het wordt een fikse dobber; dat staat als paal boven water. Weliswaar is het niet de eerste keer dat het VNG-bestuur zwaar onder vuur ligt, maar bij eerdere hoogoplopende dan wel dreigende conflicten stuurde het bestuur nog net op tijd bij. Zo werd het plan van juni 2010 om het aantal gemeenten van 430 terug te brengen naar 30 (Thorbecke 2.0) in allerijl teruggetrokken nadat de achterban hierover op zijn achterste poten stond. En na hevige discussies over de werkparagraaf in het bestuursakkoord koos het bestuur in 2011 op tijd eieren voor zijn geld en stelde de leden voor de deal met toenmalig minister Donner te verwerpen. Dat werd vervolgens door een ruime meerderheid van de leden (87 procent) ondersteund.
Pak slaag
Deze week heeft het VNG-bestuur een flink pak slaag gekregen, met een stembusuitslag van 67 procent tegen en 33 procent voor. Verrast zou het bestuur hier niet over kunnen zijn. De resolutie die de leden eind november met 99,4 procent aannamen, liet aan duidelijkheid niets te wensen over: persoonlijke verzorging moest alsnog naar gemeenten en als Van Rijn echt niet te vermurwen was, dan moest op zijn minst de budgetkortingen op de huishoudelijke hulp (40 procent) en begeleiding (25 procent) substantieel omlaag. Met dit stevige mandaat keerde het bestuur terug naar de onderhandelingstafel. Maar de deal met Van Rijn lijkt in de verste verte niet op wat de leden willen. Gemeenten krijgen er in 2015 een schamele 200 miljoen euro bij voor de overgang van cliënten van de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) naar de Wmo en vanaf 2016 structureel 200 miljoen euro voor vernieuwing.
Partijpolitiek
De eerste grote vraag is: waarom heeft het VNG-bestuur de overeenkomst met Van Rijn met een positief resultaat aan de leden voorgelegd. Mogelijk is dit een gevalletje hogere partijpolitiek. Van Rijn (PvdA) wil zijn hervorming langdurige zorg doorzetten en Dijsselbloem (Financiën, PvdA) moet bezuinigen. De VNG-top, met een voorzitter (Jorritsma) van VVD-huize en een directeur (Kriens) van PvdA-huize, helpt het kabinet graag mee die doelen te verwezenlijken. Daarmee negerend dat de oude rol als ‘verbinder’ tussen kabinet en gemeenten in de vernieuwingsstrategie van de VNG is ingewisseld voor eentje waarbij belangenbehartiging van gemeenten voorop staat. Het kan ook dat Van Rijn het VNG-bestuur gedwongen heeft, als onderdeel van de deal, de afspraken met een positief advies aan de leden voor te leggen. Mogelijk is gemeenten (het VNG-bestuur) een andere worst voorgehouden, waarvan wij nog niets weten.
Drie scenario’s
De tweede grote vraag is: hoe nu verder. Drie scenario’s zijn denkbaar. Het bestuur kan de handdoek in de ring gooien en weigeren opnieuw te gaan onderhandelen. Gevolg is dan wel dat het bestuur moet opstappen. Dat is echter het minst waarschijnlijke scenario.
Geen deal
Het tweede scenario is dat het VNG-bestuur aan Van Rijn laat weten dat de overeenkomst van medio december van de baan is, omdat het gros van de gemeenten stelt de langdurige zorg voor hun inwoners onder deze condities niet op een verantwoorde manier te kunnen leveren. Het gevaar is dan echter dat Van Rijn zijn plannen wel doorzet, maar zonder de extra’s. Daarmee dreigde voormalig minister Donner in 2011 ook.
Over de brug
Het derde scenario is dat het VNG-bestuur toch weer met Van Rijn gaat onderhandelen. Veel is er echter niet meer te halen, maar de staatssecretaris moet toch bewegen. Hij moet met iets komen dat niet al te veel kost en waaraan hij zich geen buil kan vallen, want anders krijgt hij het weer aan de stok met partijgenoot Dijsselbloem. Een paar miljoentjes erbij voor de overgangsregeling van cliënten die nu nog onder de Awbz, maar vanaf 2015 onder de Wmo vallen, moet toch ergens vandaan gehaald kunnen worden. En hardere afspraken over verplichte samenwerking tussen zorgverzekeraars en gemeenten is het lokale bestuur een lief ding waard en kost de staatssecretaris niets.
Wisselgeld
Meer zit er voor een nieuw akkoord met het VNG-bestuur niet in. Van Rijn weigert de kortingen op de huishoudelijke hulp en begeleiding verder te verlagen. De bezuinigingen op bijvoorbeeld de thuiszorg zijn ten opzichte van het regeerakkoord al fiks verlaagd, toen er een budgetkorting van 75 procent boven het hoofd van de gemeente hing, brengt hij de gemeenten telkens fijntjes in herinnering. Van Rijn heeft bovendien ook nog wisselgeld nodig bij de Kamerbehandeling van de nieuwe Wmo.
Twee winnaars
Toch lijkt het derde het meest kansrijke scenario. Omdat het twee winnaars kent. Het VNG-bestuur, omdat dat met opgeheven hoofd aan zijn achterban kan laten zien dat het er toch nog iets extra’s heeft weten uit te slepen. De achterban zal het akkoord accepteren, want ze hèbben iets extra’s gekregen en ze willen wel de taken krijgen. En Van Rijn kan door met zijn hervorming van de langdurige zorg.
Wat heeft van Rijn straks geflikt:
- de wet er door gerost, in een tijd dat de overnemende gemeenten bestuurlijk wisselen. Verdeel en heers
-de bezuiniging grotendeels gerealiseerd
- hij houdt grip op gemeenten want ze moeten ondanks overheveling naar het gemeentefonds over van alles rapporteren
- hij heeft de sores niet van instellingen die failliet gaan en evenmin de sores van de zorgbehoevenden.
- straks lekker wijzen naar gemeenten voor zaken die verkeerd gaan, die het incompetente ministerie zelf nooit voor elkaar heeft gekregen. Zoals binnen budget blijven en proberen veel meer met minder geld te realiseren.
De werkelijke korting op de zorg is vrijwel zeker nog hoger dan de in dit artikel genoemde percentages.