Advertentie

Roel Bekker: 'Overheid herpakt zich na ongelukkige start'

Roel Bekker, emeritus hoogleraar Arbeidsverhoudingen in de publieke sector aan de Universiteit Leiden, en voorheen onder meer secretaris-generaal van het ministerie van VWS en van Vernieuwing Rijksdienst, evalueert in deze aflevering de Corona-aanpak.

12 juni 2020
Bekker-9205.JPG

Roel Bekker, emeritus hoogleraar Arbeidsverhoudingen in de publieke sector aan de Universiteit Leiden, en voorheen onder meer secretaris-generaal van het ministerie van VWS en van Vernieuwing Rijksdienst, evalueert in deze aflevering de Corona-aanpak.


In korte minicolleges van ongeveer 8 minuten bespreken hoogleraren bestuurskunde uit Nederland en Vlaanderen wat de corona-crisis betekent voor de bestuurswetenschap en omgekeerd wat de bestuurswetenschap betekent voor het begrip van de crisis en voor handelingsgevolgen. Het betreft een initiatief van de Vereniging voor Bestuurskunde (VB).


Blundergebieden

Dat doet hij op grond van zijn recente boek, ‘Dat had niet zo gemoeten’, over fouten en mislukkingen in de publieke sector. Bekker analyseert de vele ‘mislukkingen’, variërend van de Oostvaardersplassen via de HSL Zuid tot de reorganisaties bij de Belastingdienst en de politie, gaat hij op zoek naar oorzaken, verkent hij excuses en legt hij ‘blundergebieden’ bloot. Hij laat zien dat fouten zowel worden veroorzaakt door factoren die inherent zijn aan de overheid, zoals de werking van het politieke systeem, alsook door factoren die schuilgaan achter grote organisaties, zoals bureaucratie, ‘disconnects’ en stommiteiten.


Ongelukkige start

Tegen deze achtergrond presenteert Bekker een eerste tussenevaluatie van de Corona-aanpak. Hij laat ten eerste zien dat de start ongelukkig was: te weinig prioriteit, te weinig bescherming, ‘disconnected’ deskundigen, een onmachtige WHO, te late ‘disease control’. Hij laat vervolgens zien dat de aanpak daarna heel goed was: een flexibel OMT, goede RIVM info, prima rolverdeling politiek-ambtelijk, terughoudende Tweede Kamer, actieve rollen van derden, hulpprogramma’s, normalisering. Daarna laat hij zien wat minder goed ging: reguliere zorg die tot stilstand kwam, de ernstige situatie in de verpleeghuizen, een te uniforme aanpak, de groepsimmuniteit, de inkoop van hulpmiddelen, de app, de handhaving, de communicatie rond mondkapjes, de scholensluiting, en de rol van de minister van Financiën in Europa.

Circus

Tot slot identificeert hij potentiele blundergebieden: het circus van testen en contactgesprekken, de snelle productie van wetten, het demonstratierecht, de overkill aan (open einde) regelingen, te verfijnde herstelprogramma’s, te ingewikkelde steunregelingen. Van wat er minder goed ging en gaat kunnen we leren – hoe lastig dat voor een overheid is.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie