Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Onzeker of Lekdijk veilig is

Ondanks onderzoek blijft veiligheid Lekdijk ter discussie staan. Ook is er kritiek op de afstandelijke aansturing van de dijkversterking.

17 februari 2022
Rivierdijk bebouwing
Shutterstock

Het is onzeker of de Lekdijk tussen Kinderdijk en Schoonhovenseveer veilig is, stelt het Expertise Netwerk Waterveiligheid (ENW). Het ENW kan 'geen sluitend oordeel geven over de veiligheid of de onveiligheid van de kering', zo schrijft het aan Waterschap Rivierenland (WSRL). Deze conclusie staat haaks op eerdere beweringen van het waterschap dat de Lekdijk veilig is.

Junior Beleidsmedewerker Omgevingsbeleid

Certus Groep in opdracht van Gemeente Schouwen-Duiveland
Junior Beleidsmedewerker Omgevingsbeleid

Beleidsmedewerker Omgevingsbeleid

Certus Groep in opdracht van Gemeente Schouwen-Duiveland
Beleidsmedewerker Omgevingsbeleid

Boorpalen

De veiligheid van de Lekdijk, die tussen 2013 en 2018 versterkt is over een traject van tien kilometer tussen Kinderdijk en Schoonhovenseveer (KIS), staat al langer ter discussie. De onzekerheid begon april vorig jaar met waarschuwingen van hoogleraar grondmechanica Stefan van Baars over boorpalen die tot 20 meter diep zijn aangebracht om de dijk te verstevigen, maar die zouden kunnen leiden tot instabiliteit. In juli vorig jaar concludeerde Deltares, dat in opdracht van WSRL onderzoek deed naar de waarschuwingen, dat de Lekdijk veilig was.

Risicogestuurd

Afgelopen maandag verscheen een tweede onderzoeksrapport van Deltares over de uitvoering van de werkzaamheden aan de dijk. De onderzoekers concluderen dat 'de huidige dijk nu (ruim) voldoet aan de destijds geldende waterveiligheidsnorm.' Ook met de huidige, strengere norm is er 'geen acuut waterveiligheidsprobleem', omdat de versterking ontworpen is voor de situatie over honderd jaar en er voldoende speling is. Wel klinkt kritiek op het uitvoeren van de dijkversterking. Die was 'risicogestuurd' opgezet. Dat vraagt om 'een continu, adaptief proces van risico-identificatie en risicobeheersing.' Daarvan 'was niet altijd sprake'.

Mogelijk instorten

Maar er klinkt kritiek op het Deltares-rapport. ENW was door het waterschap gevraagd of het de conclusies van Deltares' laatste onderzoek onderschrijft. ENW schrijft: 'Algemeen gesteld kunnen we niet alle conclusies onderschrijven, omdat op de kwaliteit van de boorpalen wordt vertrouwd zonder sluitende verklaring voor de vernatting en de vervormingen.' Tijdens en na het werken aan de dijk is vernatting in de dijk en direct daarachter opgestreden. Ook was er sprake van vervormingen van de grond. 'De vernatting en de vervormingen kunnen (...) consequenties hebben voor de constructieve veiligheid (het mogelijk instorten) van en schade aan de bebouwing nabij de dijk', stelt ENW.

Oprekken van contracteisen

Verder rept ENW over 'zorgelijke tekortkomingen' bij de uitvoering van het werk, 'zoals het oprekken van contracteisen ten aanzien van vervormingen, het niet volgen van een risicogestuurde uitvoering en het niet uitvoeren van passend toezicht.' Deltares zou geen verklaring geven voor de vernatting en vervorming. Zodoende kan ENW 'geen sluitend oordeel geven over de veiligheid of de onveiligheid van de kering. Daarbij is vooral onzekerheid over de kwaliteit van de boorpalen van belang.' ENW merkt op dat het 'ondanks herhaaldelijke verzoeken' niet alle informatie heeft ontvangen waar het om had gevraagd.

Hard uitgehaald

ENW is niet de enige met stevige kritiek. Jan de Bont, lid van de Advies Commissie Schadeafhandeling, die ook afgelopen maandag haar rapport naar de afhandeling van schades bij panden langs de dijk presenteerde, heeft in een brief naar de Commissie Waterveiligheid van WSRL hard uitgehaald naar de werkwijze van WSRL. Volgens De Bont gaat de adviescommissie onterecht niet in op de oorzaken van de problemen die de schade aan de panden. Dit terwijl de opdracht aan de commissie hierin volgens hem wel voorzag.

Innovatieve contractvorm

Samengevat stelt De Bont dat WSRL een te grote broek heeft aangetrokken. Het wilde een 'meer innovatieve contractvorm' toepassen waarbij marktpartijen een grote inbreng en verantwoordelijkheid hebben, een zogenaamd Design&Construct-contract. Dat zou innovaties en een efficiëntere organisatie opleveren. De 'professioneel daarop ingerichte projectorganisatie' bij opdrachtgever WSRL ontbrak echter. Vanaf het begin was duidelijk dat kennis en ervaring moest worden ingehuurd. 'Een uitermate risicovolle keuze', meent De Bont.

Trillingshinder

Dit mondde uit in een 'gebrekkige manier van aansturen en beheersen' van het project. De Bont noemt als voorbeeld de versterking van de dijk met een boorpalen-/barettenwandconstructie. Een adviescommissie die de constructie vooraf toetste waarschuwde dat het vereiste zware materieel trillingshinder en schade zou kunnen veroorzaken. Maar in het contract met de aannemer was, zo schrijft het commissielid, van 'beheersingsmaatregelen weinig of niets terug te vinden.'

25 miljoen euro meerwerk

Al bij de aanbesteding ging het mis, meent De Bont, die in het verleden bij Rijkswaterstaat directeur publiek-private samenwerking was. Er schreven zich drie partijen in voor de klus. Eentje wilde het doen voor (afgerond) 59 miljoen euro, op afstand volgden twee partijen met 76 en 78 miljoen euro. Met zo'n groot verschil tussen de nummer 1 en 2 is het oppassen geblazen, meent De Bont, omdat 'zo'n scherpe aanbieding zich meestal ogenblikkelijk vertaalt in (...) zoeken naar kostenbeperkingen en besparingsmogelijkheden in de uitvoering.' Dat bleek vervolgens toen het winnend consortium 25 miljoen euro meerwerk declareerde, waarvan volgens De Bont 19 miljoen is overeengekomen en over de rest nog wordt overlegd.

Vervuilde grond

Verder zou het waterschap water bij de wijn hebben gedaan door eisen over trilling en zetting te schrappen en de ongelimiteerde schadeaansprakelijkheid te beperken tot maximaal 3 miljoen euro. Ook zou sprake zijn van 'aanbrengen (goedkope) vervuilde grond bij het afwerken van de dijktaluds' en 'toepassen eenvoudiger en inferieure uitvoeringsmaatregelen'. Dat laatste zou zijn gebeurd door het storten van beton voor de boorpalen niet op die manier te doen die de kwaliteit van het beton zo goed mogelijk waarborgt. Al met al ging in de praktijk de aannemer zijn gang en controleerde het waterschap het werk vooral 'op papier': via documenten die de aannemer aanreikte. Bewoners met klachten konden daarover 'bijna nooit iemand van het waterschap' spreken. Wat betreft de schade die door de dijkversterking is ontstaan aan woningen, spreekt De Bont van 'nalatigheid in het voorkomen van die schades'.

Elementaire vragen

Annemieke Stallaert, namens de VVD lid van de Commissie Waterveiligheid van WSRL, is niet te spreken over de aanpak van het waterschapsbestuur bij de commissievergadering van afgelopen maandag. Toen stonden de rapporten van Deltares en de Advies Commissie Schadeafhandeling op het programma. Ook het rapport van ENW, dat vorige week vrijdagavond naar het waterschap is gemaild, is afgelopen maandag gepubliceerd. 'Je kunt niet op maandag zeggen: alles is veilig, als je op vrijdag een rapport van ENW hebt gehad waar je oren van toeteren. Als er zulke elementaire vragen worden opgeroepen, dan moet je daar iets mee.' Volgens Stallaert is het bestuur niet ingegaan op vragen over het ENW-rapport, omdat het te kort dag zou zijn. De feiten in de brief van De Bont waren voor Stallaert nieuw. 'Dit zijn zaken waar je proactief over moet worden geïnformeerd. Ik snap niet dat je een himmelhoch jauchzend persbericht de wereld instuurt dat zegt 'de dijk is veilig.'

Contracteringsfilosofie

Op de brief van Jan de Bont, die vorige week donderdag naar de Commissie Waterveiligheid is gestuurd, heeft het bestuur dezelfde dag gereageerd met een korte memo voor de commissie. Daarin schrijft het college dat 'enkele bevindingen' van De Bont niet vallen onder de opdracht aan de commissie Van der Vlist. Verder heeft het bestuur 'reeds het voornemen geuit om de contracteringsfilosofie van dijkversterkingsprojecten tegen het licht te houden.' Het waterschapsbestuur schrijft verder dat De Bonts bevindingen die buiten de opdracht vallen hoor en wederhoor vergen. 'We stellen vast dat dit niet heeft plaatsgevonden.'

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie