Corporaties hebben moeite met koploperspositie

Woningcorporaties hebben moeite met de grote voortrekkersrol die ze krijgen in het energieneutraal maken van woningen. Volgens Karin Laglas, directievoorzitter van de grote Amsterdamse corporatie Ymere, is de rol van koploper in de energietransitie niet logisch, gezien de diverse problemen waarvoor corporaties nu al staan. ‘Het is te duur om koploper te zijn.’

Rapport

Laglas reageert daarmee op het rapport van de Autoriteit woningcorporaties, De staat van de corporatiesector, dat begin deze maand werd gepubliceerd. Daaruit blijkt dat veel corporaties de komende tijd fors moeten investeren in leefbaarheid van wijken, de betaalbaarheid van woningen en tegelijkertijd nieuwe woningen moeten bouwen en veel bestaande woningen moeten opknappen. En op langere termijn loopt de investeringskracht alleen maar verder terug, blijkt uit het rapport. Toch zetten veel gemeenten en de rijksoverheid de lokale woningcorporaties bovenaan het lijstje om hun woningen zo snel mogelijk energieneutraal te maken. Omdat het over een groot woningbezit gaat, kunnen de corporaties snel meters maken, zo wordt gedacht.

Bovenop

Volgens Martin van Rijn, voorzitter van corporatiekoepel Aedes, komt de verduurzaming nog eens bovenop de bestaande uitdagingen van de sector. ‘Maar de rentabiliteit van die investering is er nog niet, terwijl we op hetzelfde moment de opgave hebben om de huren niet teveel te laten stijgen. Dit betekent dat verduurzaming rechtoe-rechtaan op het bordje van de corporaties terechtkomt.’

Proeftuin

Volgens Laglas is het de vraag of de corporaties wel geschikt zijn om als proeftuin te dienen voor de verduurzaming van de bestaande bouw. ‘Moet je dan echt beginnen met de woningen met de laagste huren en bewoners met de laagste inkomens? Mij lijkt dat niet voor de hand liggend.’