Justitie gaat landelijk videoconferentie gebruiken

Alle rechtbanken, detentiecentra voor vreemdelingen en de grootste huizen van bewaring worden de komende jaren voorzien van faciliteiten voor videoconferentie. Dat besluit heeft het ministerie van Justitie genomen, nadat een drietal pilots met videoconferentie goed waren verlopen.

De drie pilots lopen sinds 2007. Vreemdelingen die in de detentieboot Dordrecht verblijven, konden per videoconferentie worden verhoord vanuit de rechtbank Maastricht. Tussen de rechtbank Haarlem en het Gemeenschappelijke Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba werd een verbinding voor videoconferentie aangelegd en ook de rechtbank Den Haag past sinds enige tijd videoconferentie toe om getuigen en deskundigen in het buitenland te horen.

De ervaringen zijn tot nu toe positief, zo bericht het ministerie. Het heeft nu met de Raad voor de Rechtspraak afgesproken dat het videoconferentie landelijk gaat inzetten. Hierdoor wordt het mogelijk om gedetineerde verdachten, vreemdelingen en getuigen en deskundigen in het buitenland op afstand te horen via een directe beeld- en geluidsverbinding.

Het ministerie van Justitie en de Raad voor de rechtspraak hebben deze afspraak gemaakt naar aanleiding van de resultaten van de kosten-batenanalyse die voorafgaand aan de invoering is uitgevoerd. Deze analyse, die is verricht onder regie van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC) van het ministerie van Justitie, maakt duidelijk dat de invoering besparingen kan opleveren, onder meer op de vervoerskosten van gedetineerden. (MV)