Advertentie
digitaal / Column

Bèta-testers gevraagd

In mijn jeugd was de paasvakantie altijd een bijzonder moment in het jaar. Niet zozeer vanwege de religieuze betekenis, maar omdat het Shetland Ponypark Slagharen dan zijn poorten opende voor jongeren uit de omgeving.

17 mei 2010

In de eerste 2 weken van het seizoen werd er proefgedraaid en kon je helemaal gratis een hele dag misselijk worden in alle attracties. Daar hadden we uiteraard graag 10 kilometer fietsen voor over.

 

Die informele opening van het Shetland Ponypark is wat in theaterland de generale repetitie heet en waarvoor we in de wereld van ICT de term bèta-test gebruiken. Het is iets waar de publieke sector grote moeite mee heeft. Heb je ooit een verzoek gekregen van je school om als ouder mee te doen aan een experiment? Een ziekenhuis waar je jezelf aan kunt melden via de website om als bèta-tester betrokken te worden bij nieuwe diensten? Je gemeente die je de optie biedt om als test je bouwvergunning niet op papier maar digitaal in te leveren? 

 

Het lukt blijkbaar slecht, proefdraaien in de publieke sector. Daar is wel een aantal goede redenen voor. Zo leidt de publieke sector hevig aan de wet van afnemend inzicht bij toenemend overzicht. Centrale overheidsinstellingen zijn sterk geneigd om nationaal beleid te maken, simpelweg omdat het kan. In zijn briljante Seeing like a state laat James Scott zien hoe die processen werken: centrale regels en normen winnen het vaak van de lokale praktijk. Of het nou gaat over de boulevards van Parijs, de Pruisische bosbouw of de Sovjet-Russische collectieve landbouw, het patroon is hetzelfde. Een centrale autoriteit zet de werkelijkheid naar zijn hand. Er is geen noodzaak voor experimenten, de staat heeft gelijk.

 

Een tweede reden voor het schaarse gebruik van generale repetities is dat de publieke sector fouten meestal harder straft dan het excellentie beloont. Er is de afgelopen twintig jaar in de publieke arena een voorspelbare angstcarrousel ontstaan: zodra er ergens iets mis gaat, besteden de media er aandacht aan. Er volgen Kamer- of raadsvragen, gevolgd door meer media-aandacht. De bestuurder belooft het probleem op te lossen, de ambtenaren moeten nieuw beleid maken. Vervolgens gaat er weer ergens iets mis (er gaan immers altijd dingen mis) en de cyclus start opnieuw. En als er ergens veel dingen misgaan, dan is het wel bij proefdraaien. Niet doen dus.

 

Zo’n zelfversterkende cyclus is er niet voor dingen die goed gaan. Fouten hebben veel meer nieuwswaarde en krijgen dus veel meer aandacht. Dat leidt binnen veel organisaties tot lichtelijk neurotisch verkramping om fouten zoveel mogelijk te vermijden. Carrière maak je in zo’n omgeving door risico’s te mijden, een fout kan een volgende promotie in de weg staan. De avonturiers vertrekken, de voorzichtige mensen blijven achter. Wat de kans op een experiment nog verder verkleint.

 

Er zijn nog veel meer redenen waarom bèta-testers zo weinig benut worden in het publieke domein. Het is een klein wonder dat ze überhaupt voorkomen en soms tot geweldige resultaten leiden. Bij vrijwel al die successen is er niet alleen sprake van een goed opgezet experiment en enthousiaste projectmedewerkers, maar is er ook vrijwel altijd een moedige bestuurder in het spel die hevig gelooft in de noodzaak van verandering. Zo'n bestuurder die aan de raad uit durft te leggen dat hij blij is dat er dingen fout gegaan zijn omdat er zoveel van geleerd is. Een bestuurder die haar ambtenaren volop dekking geeft als die intern onder vuur komen te liggen van een ministerie of dienst.

 

Met dat in het achterhoofd keek ik de afgelopen maand naar het nieuws rond open source en open standaarden. Heerenveen en Amsterdam hadden beiden een stevige bèta-test opgezet met open source software. Beide steden komen daar nu van terug. Niet omdat open source software niet goed werkt, maar omdat er andere problemen speelden en bovenal omdat de bestuurders het niet belangrijk genoeg vinden. Misschien moeten we eens een bestuurdersconferentie organiseren tijdens de testdagen van het Shetland Ponypark.

 

Frans Nauta is lector Innovatie Publieke Sector

 

 

 

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Ad Gerrits
"Heerenveen en Amsterdam hadden beiden een stevige bèta-test opgezet met open source software." Nou is er een keer serieus gebetatest en is het nog niet goed omdat de uitkomst niet iedereen bevalt.
Advertentie