Dit concludeert de commissie-Havermans na onderzoek van de zogeheten sale and lease back-constructie in Gelderland-Midden. Het noodlijdende politiekorps wilde eind jaren negentig zijn gebouwen verkopen en deels terughuren, in de hoop daarmee kosten te besparen.
Kandidaat-koper kreeg deal niet rond
Het vastgoedbedrijf PHC heeft de politie Gelderland-Midden geen waterdicht bod gedaan om het onroerend goed van dit korps over te nemen.…
PHC was lang met de korpsleiding in onderhandeling, maar de politie ging uiteindelijk in zee met de Rozendaalse Vastgoedgroep. Hier ontstond rumoer over, omdat de korpsleiding goed bekend was met de directie van dit bedrijf. Er waren geruchten over vriendjespolitiek.
De geruchten werden vorig jaar zomer nieuw leven ingeblazen, toen de vakbond NPB na eigen onderzoek concludeerde dat met een in 2007 gepubliceerd rapport ‘de doofpotcultuur’ in stand werd gehouden. Het bedoelde rapport was tot stand gekomen na onderzoek door een commissie onder leiding van Clemens Cornielje, commissaris van de koningin in Gelderland.
Na publicaties over het NPB-onderzoek in onder meer Binnenlands Bestuur, en Kamervragen van PVV’er Hero Brinkman, besloot toenmalig minister Ter Horst om Ad Havermans nader onderzoek te laten doen. Havermans, oud-burgemeester van Den Haag en ex-lid van de Algemene Rekenkamer, was als voorzitter van een begeleidingscommissie rechtstreeks betrokken geweest bij het onderzoek van Cornielje. Ter Horst gaf Havermans de opdracht om uit te zoeken of conclusies in het rapport-Cornielje moesten worden ‘heroverwogen’.
Havermans, die zijn bevindingen eind juni publiceerde, onderzocht onder meer ook enkele opmerkelijke verschillen tussen het laatste concept, en de eindversie van het rapport-Cornielje. Zo ontbrak de visie van PHC-directeur Thom Kenter in het eindrapport. Kenter was hier woedend over en stelde dat de feiten waren verdraaid. PHC was volgens hem als kandidaat-koper afgewezen, omdat de korpsleiding verder wilde onderhandelen met de Rozendaalse Vastgoedgroep. Zo stond het ook in de concept-, maar niet in de eindversie.
Volgens Havermans is de verklaring van Kenter niet in het eindrapport-Cornielje opgenomen, omdat na het voltooien van de conceptversie ‘nieuwe feiten zijn gepresenteerd’. Zo zou een medewerker van Kenter de uitlatingen van zijn directeur tegenover de commissie-Cornielje hebben herroepen.
Havermans meldt nu dat er een duidelijke reden was waarom de deal tussen PHC en Gelderland-Midden niet doorging: PHC zou twijfels hebben laten bestaan over de aankoop van het zogeheten OHRA-pand te Arnhem. Dit was een van de duurste gebouwen die het korps in eigendom had, en de korpsleiding wilde hier zo snel mogelijk van af.
PHC-directeur Kenter heeft aan Havermans een tweede, niet-ondertekende bieding overlegd waarin de afname van het OHRA-pand wél wordt gegarandeerd. Havermans komt na onderzoek echter tot de conclusie dat de authenticiteit van deze ‘zogenaamde’ tweede bieding niet is vast te stellen. Bovendien staat volgens Havermans vast dat de onderhandelingen tussen PHC en het korps toch al ‘stroef’ verliepen.
Toenmalig korpschef Kees Bakker heeft in Binnenlands Bestuur eerder aangegeven dat PHC het OHRA-pand pas wilde kopen als er een nieuwe huurder was gevonden.
PHC-directeur Kenter heeft aan Havermans een tweede, niet-ondertekende bieding overlegd waarin de afname van het OHRA-pand wél wordt gegarandeerd. Havermans komt na onderzoek echter tot de conclusie dat de authenticiteit van deze ‘zogenaamde’ tweede bieding niet is vast te stellen. Bovendien staat volgens Havermans vast dat de onderhandelingen tussen PHC en het korps toch al ‘stroef’ verliepen.
Toenmalig korpschef Kees Bakker heeft in Binnenlands Bestuur eerder aangegeven dat PHC het OHRA-pand pas wilde kopen als er een nieuwe huurder was gevonden.