‘We waren het contact met de werkvloer kwijt’
Frits Bakker (57) oogt niet als een voorzitter onder vuur. ‘Ik wil alleen werk doen waarin ik relaxed kan zijn. En er is niet zoveel reden op dit moment om niet relaxed te zijn’, aldus Bakker.

De Raad voor de rechtspraak is bedoeld als buffer tussen de rechtspraak en de politiek, maar fungeerde dit jaar vooral als schietschijf. Niet voor politici maar voor furieuze rechters. Aan nieuwe voorzitter Frits Bakker om de breuk te lijmen.
De kersverse voorzitter van de Raad voor de rechtspraak Frits Bakker is enorm afgevallen. Geen wereldschokkende mededeling zult u zeggen, maar het zal de critici van de raad deugd doen. Als het de voorzitter lukt, dan lukt het de raad in Den Haag wellicht ook. Een raad die volgens raadsheer Menno Zandbergen in Leeuwarden immers als een ‘vetschort’ om de rechterlijke organisatie is gegroeid, schreef hij eind december. Het is niet het taalgebruik dat je aantreft in vonnissen, maar tamelijk platte van-dik-hout-zaagt-men-plankentaal, bedoeld om de aandacht te trekken. Dat lukte de kritische raadsheren in Leeuwarden wonderwel. Ze lieten de Raad voor de rechtspraak dit jaar met hun kritiek op zijn grondvesten schudden.
Frits Bakker (57) oogt niet als een voorzitter onder vuur. ‘Ik wil alleen werk doen waarin ik relaxed kan zijn. En er is niet zoveel reden op dit moment om niet relaxed te zijn’, aldus Bakker. Tamelijk opmerkelijk, want de Raad voor de rechtspraak heeft het zwaar te verduren gehad van de harde kritiek van het Leeuwarder gerechtshof. Rechters voelden zich niet vertegenwoordigd door een raad die een ambtelijk waterhoofd was geworden en het contact met de werkvloer kwijt was. De rechtspraak was gaan lijken op een groot bedrijf waarin productiecijfers leidend zijn. Een kwart van ‘s lands 2.500 rechters schaarde zich uiteindelijk achter de kritiek.
Aan Frits Bakker, een tamelijk nieuw gezicht bij de Raad van de rechtspraak, om in de slag te gaan met de sympathisanten van het manifest van Leeuwarden. Hij zocht ze op. Weliswaar nieuw bij de raad, waar hij zomer 2012 chief information officer werd, maar als voormalig rechtbankpresident in Haarlem en Den Haag goed bekend in de wondere wereld van de rechters. Edelachtbare dames en heren die, in de woorden van raadsheer Zandbergen in NRC Handelsblad, ‘vinden dat ze ongrijpbaar zouden moeten zijn voor Haagse bestuurders als palingen in een emmer snot’.
‘En dat begrijp ik heel goed’, zegt Bakker. ‘Rechters zijn allergisch voor politieke invloeden. Naast het versterken van de band tussen de raad en de rechters en medewerkers, wil ik mij daarom ook sterk maken voor het zichtbaar neerzetten van de rechtspraak als derde staatsmacht.’ Dan was de staatsiefoto van de nieuwe presidenten van ‘s lands rechtbanken met pal in het midden minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) vorig najaar dus een kapitale blunder?
Frits Bakker denkt lang na. ‘Geen blunder. Op dat moment was die foto wel onhandig. Maar de kritische rechters die ik erover heb gesproken zeggen ook dat als wíj het beeld niet hadden gehad dat de Raad voor de rechtspraak op de bagagedrager van de minister zat, dan van die foto ook niet zo’n punt zou zijn gemaakt.’
Open vizier
‘Ik ben de critici met open vizier tegemoet getreden’, zegt Frits Bakker, over zijn ontmoetingen in het land met toornige rechters. ‘De kritiek kwam in het begin hard aan, maar we zijn snel in gesprek gegaan. Drie dagen nadat het manifest was gepubliceerd, heb ik in Leeuwarden met de initiatiefnemers gesproken. Luisteren naar wat er leeft en niet in de loopgraven duiken. Als je in gesprek gaat, dan ervaar je direct dat rechters enorm betrokken zijn en het ook niet zo zwart-wit bedoelden. Je hebt een goed gesprek en dan neemt de spanning langzaam af. Je merkt dat je niet als dé vijand wordt gezien maar dat het vooral een cri de coeur was van rechters die willen dat de Raad voor de rechtspraak laat zien dat ze er voor de achterban is en niet voor de minister.’
Frits Bakker ergerde zich als rechtbankpresident niet aan het vermeende geheul van de raad met de politiek, ‘maar ik begreep de ergernis wel. De herziening van de gerechtelijke kaart, waarbij negentien rechtbanken begin dit jaar werden samengevoegd tot tien nieuwe rechtbanken, en vanaf april tot elf, was enorm heftig. Voor rechtbankbegrippen is een ongekende reorganisatie doorgevoerd. Met de wijsheid van nu moeten we vaststellen dat de raad het contact met de mensen op de werkvloer kwijt was. Boodschappen die we in onze ogen goed naar de gerechtsbesturen hadden gestuurd, kwamen niet door bij de mensen die het werk doen. Omgekeerd kwamen de signalen van de werkvloer niet bij ons.’
Reorganisaties en saneringen, wie heeft er vandaag de dag niet mee te maken? Ontslagen zijn er bij de vermindering van het aantal arrondissementen en ressorten niet gevallen, want rechters zijn voor het leven benoemd. Dus waar maakten de rechters zich druk over? Frits Bakker: ‘Rechters waren het niet gewend. Er zijn vervelende beslissingen voortgevloeid uit de reorganisatie. Daar zeg je bij een fabriek of bij een krant ook wat van. Misschien niet met een manifest, maar wel bij het koffiezetapparaat. Zo van: welke gek heeft dat bedacht?’
We zijn een half jaar verder, en de rust lijkt weergekeerd in rechtsprekend Nederland. Bakker: ‘De brief die wij naar aanleiding van het manifest hebben rondgestuurd is, denk ik te mogen zeggen, goed gevallen. We hebben duidelijk gemaakt dat de kwaliteit van de rechtspraak vooropstaat. Als de rechtspraak in de rode cijfers komt, dan is dat de verantwoordelijkheid van de raad.’
De Raad voor de rechtspraak is in 2002 opgericht en dient ervoor te zorgen dat de gerechten in Nederland hun werk goed kunnen doen. De raad behartigt de belangen in de politiek en bij de regering en onderhandelt met de minister van Veiligheid en Justitie over de bekostiging van de rechtspraak (een kleine miljard euro per jaar).
Een argeloze lezer heeft wellicht de indruk dat de Raad voor de rechtspraak de baas is van de rechters, of ten minste richtlijnen uitvaardigt waar ‘s lands rechtbanken zich aan dienen te houden. Niets van dat alles. Bakker: ‘Onze bestuursstructuur is enorm ingewikkeld. Op de werkvloer is het voor mensen vaak ook niet duidelijk bij wie ze moeten zijn om een probleem aan te kaarten. Dat komt omdat gerechten in beginsel zelfstandig zijn. De raad gaat over een beperkt aantal bedrijfsvoeringskwesties en heeft verder een faciliterende en initiërende rol. Sommige zaken, zoals de automatisering, moet je centraal organiseren, maar de raad is absoluut niet de raad van bestuur van rechtspraak Nederland.’
Campagne
Toch publiceert de Raad voor de rechtspraak jaarlijks tientallen wetgevingsadviezen. En neemt ook positie in. Zo voerde de raad campagne tegen de verhoging van de griffierechten en de invoering van minimumstraffen. Beide plannen sneuvelden op het Binnenhof.
Net als het kabinet vindt de Raad voor de rechtspraak dat de Raad van State moet worden opgesplitst in een rechtsprekend en een adviserend deel. ‘Een totale scheiding’, zegt Frits Bakker. Ook hij vindt namelijk dat de Raad van State de regering niet kan adviseren over wetsvoorstellen en tegelijk als hoogste rechter kan oordelen in geschillen tussen de burgers en de overheid. ‘De Raad van State denkt daar natuurlijk absoluut anders over’, voegt Bakker eraan toe. En dus loopt vice-president van de Raad van State Donner al lobbyend ook bij hem de deur plat? ‘Ik wil over alles praten, maar hierover niet.’ De zaken liggen gevoelig in ‘s-Gravenhage.
Is het niet een gevoelig punt voor raadvoorzitter Bakker dat politiek Den Haag niet om hem heen wil of kan, terwijl rechtbanken hem liefst links laten liggen? ‘In het geheel niet’, reageert Bakker opgewekt. ‘We moeten de gerechten vooral laten doen waar ze goed in zijn, en dat is het lokale inzicht om een rechtbank zo goed mogelijk te runnen. Binnen een gerecht moet je mensen, waar mogelijk, vrijlaten. Je moet ze niet behandelen alsof ze in een baksteenfabriek werken.’
Met de vuist op tafel slaan heeft in gerechtelijk Nederland geen enkele zin, zegt Frits Bakker. ‘Rechters, raadsheren en medewerkers weten allemaal precies hoe het moet.’ En dus is het in Zwolle anders geregeld dan in Groningen. Bakker: ‘Je wilt toch niet dat de rechter een robot wordt?’
Eigenzinnigheid
Die eigenzinnigheid leidt er ook weleens toe dat Frits Bakker zich op de Kneuterdijk afvraagt hoe een rechter in hemelsnaam tot een bepaalde uitspraak kon komen. ‘Maar dat is dan vooral omdat ik het ook maar uit de krant lees en het dossier niet ken. Als ik dat dossier wel zou kennen, zou ik zeer waarschijnlijk niet verbaasd zijn.’ Dat de rechter in Eindhoven het Openbaar Ministerie (OM) in een recente mishandelingszaak links inhaalt en de rechter in Den Haag het OM in de zaak van het doodrijden van een 13-jarige jongen rechts passeert, verbaast Bakker dan weer niet.
Hij zegt: ‘Voor de burger komt een uitspraak altijd van dé rechter, niet van de rechtbank in Amsterdam of Arnhem. Maar er zijn best lokale verschillen. Of je links of rechts wordt ingehaald, hangt ook sterk af van het OM. Het kan best zijn dat het OM in het ene geval een erg zware eis en in het andere geval een erg milde eis had geformuleerd en dat de rechter in beide gevallen heeft gedacht: ik houd het bij wat ik normaal doe.’
Als je het belangrijk vindt dat rechters zo’n zelfstandige koers varen, dan zul je ook moeten accepteren dat ze eigengereid zijn en amok maken als ze zich in hun onafhankelijkheid voelen bedreigd, meent Frits Bakker. ‘Rechters zijn geselecteerd op hun denkkracht, maar ook op hun eigenwijsheid. Ze moeten echt zelfstandig kunnen denken en niet bang zijn om tegendraadse beslissingen te nemen.’
Dat beroep op denkkracht en tegendraadsheid maakt het rechterschap ook zo leuk, zegt Frits Bakker. ‘Je wordt geen rechter voor het geld. Ga je wel voor het geld, dan staat je een grote teleurstelling te wachten. Je moet ertoe willen doen. Je bent elke dag bezig met maatschappelijke vraagstukken en je mag het verschil maken. Dat is een grote verantwoordelijkheid.’
CV
Frits Bakker (1955) is geboren in Arnhem. Bakker studeerde rechten in Groningen en promoveerde er ook. Na zijn militaire dienst werd hij in 1979 rechter in opleiding in Breda en aansluitend rechter in deze stad. In 1991 werd Frits Bakker vice-president van de rechtbank Haarlem. Hij was er van 1999 tot 2007 president. Bakker verhuisde in 2008 naar de rechtbank Den Haag, waarvan hij tot 2012 president was. Frits Bakker werd in juli 2012 chief information officer bij de Raad voor de rechtspraak. Op 1 april van dit jaar werd hij waarnemend voorzitter en sinds 1 juli is hij voorzitter van de raad.
‘Wanneer ik als rechter stop, begin ik een restaurant’
In een tijdmachine, waar naartoe?
Naar 50 voor Christus. Ik zou willen zien hoe Rome functioneerde, een beetje geïnspireerd op het boek Imperium van Robert Harris over het geromantiseerde leven en werk van Marcus Cicero. Er zijn romantische verhalen die erop neerkomen dat wij ons rechtssysteem aan de Romeinen te danken hebben. Ik denk inderdaad dat dat zo is.
Land en stad (buiten Nederland)
Heel simpel. Italië en Rome. Ik ben een enorme Italofiel. Ik ben verzot op de cultuur en op lekker eten. En ik ben verzot op de Italianen. Leuk en gezellig in de omgang met veel gebaren en enthousiasme. Op een bepaalde manier hebben ze wat van Nederlanders. Redelijk anarchistisch, niet altijd een trots natiegevoel.
U vliegt eruit, en dan?
Als ik ontslagen word als voorzitter van de raad, dan blijf ik rechter. Om als rechter ontslagen te worden, moet je het wel heel bont maken. Daar gaat uiteindelijk de Hoge Raad over. Het komt niet vaak voor. Maar goed, als ik niet meer als rechter zou werken, dan zou ik misschien wel het liefst een restaurant beginnen. Alleen heb je dan volgens mij helemaal geen vrije tijd meer. Na mijn pensionering ga ik een boek schrijven over de Romeinse legioenen in Nederland. Mijn vader heeft twee historische boeken geschreven en hiervoor al een deel van het onderzoekswerk gedaan. Het is mijn droom om zijn werk af te maken.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.