Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

D'r in en d'r uit

Wethouders van buiten hebben de grootste moeite het hoofd boven water te houden. Sinds de laatste verkiezingen zijn er heel wat gesneuveld. De werkelijkheid viel hen soms rauw op het dak.

04 januari 2008

Vincent van den Berg snapt er niets van. Overal hoort hij wethouders klagen over onmenselijke werkdruk, onmogelijke verhoudingen met de raad en relbeluste media. 'Als ik dan weer zo'n verhaal hoor of lees, denk ik wel eens: tjonge jonge, wat een stakkers zijn het toch.' Van den Berg zelf heeft geheel andere ervaringen. 'Na vier jaar wethouderschap dacht ik: dit is wel een héél erg gemakkelijke functie. Aanvankelijk ambieerde ik als vervolgstap een burgemeestersfunctie. Ik ben het zelfs bijna geworden, maar heb me vlak voor de formele voordracht teruggetrokken, omdat ik me realiseerde dat ik dan nóg minder te doen zou hebben.'

 

Van den Berg was in 2002 uit het bedrijfsleven geplukt - 'ik wist niet eens wat een wethouder was' - om Werkendam te dienen. Nadat het nieuwe er vanaf was, vond hij het leuk om 'richting verkiezingen te kijken wat ik kon binnenhalen'. Dat bleek best veel te zijn. 'Desondanks merkte ik dat een tweede termijn mij niet trok. Dat heb ik mijn partij laten weten.' Maar het liep anders. Zijn CDA wist hem over te halen tot het lijsttrekkerschap, hij boekte een klinkende verkiezingsoverwinning en belandde opnieuw in het college.

 

'We hebben een coalitieakkoord in elkaar getimmerd en daarna de begroting. Toen konden ambtenaren eigenlijk de rest wel doen. Maar ja, voor de buitenwereld bleef ik nog even.' Totdat hij werd gevraagd per 1 september 2007 directeur te worden van het Servicecentrum Drechtsteden in wording, dat met vijfhonderd medewerkers vanaf april diensten gaat leveren aan zes gemeenten. 'Die kans kon ik niet laten lopen. Het is een prachtbaan. Eindelijk moet ik weer heel hard denken, heel hard werken en eindelijk kom ik op vrijdag weer heel moe thuis.' Van den Berg combineert zijn huidige functie nog wel met het raadslidmaatschap van Werkendam.

 

Nachtmerrie

 

Wat Van den Berg zag als een makkie, bleek voor nogal wat van zijn ex-collega's een nachtmerrie. Juist wethouders van buiten de raad hebben de grootst mogelijke moeite het hoofd boven water te houden. Sinds de raadsverkiezingen van 2006 zijn er nogal wat opgestapt - vaak gedwongen, maar niet zelden ook op eigen initiatief. Bijna altijd waren er conflicten met de raad over, in de ogen van de gevallen wethouders, een bananenschil. Veelal bleken de verwachtingen van het wethouderschap niet overeen te komen met de rauwe werkelijkheid.

 

Amsterdammer Manfred van der Heijde (57) bijvoorbeeld, zat in de Staten van Noord-Holland toen hij via het Centrum voor Lokaal Bestuur van de PvdA te kennen gaf wel in te zijn voor een wethouderspost na de verkiezingen van 2006. 'Het werkte', vertelt hij. 'Woerden belde of ik geïnteresseerd was. Ik kreeg één dag bedenktijd. Achteraf was dat tekort.'

 

Na dik een jaar de portefeuille Financiën te hebben gedaan, gaf hij er de brui aan, volgens de officiële verklaring 'om persoonlijke redenen'. Maar, zo zegt hij nu, 'de werkelijke reden hebben we onder de pet gehouden'. Zijn bananenschil was een subsidie aan het museum, maar had natuurlijk een langere aanloop. Van der Heijde wilde dat Woerden de finishplaats zou worden voor de wielerronde van het Groene Hart. Dat lukte, maar de voormalig wethouder had niet het idee dat raadsleden hem dit initiatief in dank afnamen, vooral niet omdat de finish op een zondag was. 'Ik heb altijd het gevoel gehad dat men zat te wachten op een gelegenheid om mij terug te pakken', zegt hij.

 

Die gelegenheid kwam toen hij aan het lokale museum een subsidie toekende voor een tentoonstelling, zonder het college daarover van tevoren over in te lichten. 'Dat was natuurlijk een fout van mij', erkent Van der Heijde. 'Maar tegelijkertijd: waar ging het helemaal om? Twintigduizend euro, waar ook nog eens een potje voor was. Tjonge jonge, wat een doodzonde', zegt hij cynisch. Het was voor Van der Heijde de druppel die hem deed besluiten per direct op te stappen.

 

Spijkers op laag water

 

Ook Emmy Witbraad (58) had het zich anders voorgesteld. 'Ik constateer dat het opereren in het politieke krachtenveld niet tot mijn favoriete bezigheden behoort', zo deelde ze half september van het afgelopen jaar mee aan de gemeenteraad van Zwolle. Witbraad gleed uiteindelijk uit over een subsidie aan sterrenrestaurant De Librije voor de bouw van een hotel. 'Het was een besluit van de gehele raad, maar het werd alleen mij aangerekend', zegt Witbraad, die tot haar benoeming gemeentesecretaris was in Hoogeveen.

 

De Zwolse PvdA-fractie benaderde haar na de gemeenteraadsverkiezingen. In september van het afgelopen jaar gaf ze de pijp aan Maarten. 'Ik heb anderhalf jaar lang geprobeerd de discussie op inhoud te voeren, maar de raad bleef spijkers op laag water zoeken. Vooral de oppositie ging tekeer, kreeg daar ook alle ruimte voor van de coalitiepartijen. Het ging over van alles en nog wat, behalve over politiek. Men sloeg het liefst onder de gordel en het liefst publiekelijk. De pers vond al die oneliners natuurlijk om van te smullen. Aanvankelijk dacht ik: ik wen er wel aan. En het hoort bij mijn portefeuille: die is zwaar, dus sta je altijd in de belangstelling.' Maar het wende uiteindelijk niet. 'Het voelde absoluut niet goed. Ik vroeg me af waar ik nu eigenlijk mee bezig was.' En de vraag stellen was in Witbraads situatie hetzelfde als haar beantwoorden.

 

Veenbrand

 

De klachten over de gemeenteraad zijn wijdverbreid onder gevallen wethouders van buiten. Kennelijk hadden ze een verhevener beeld van de lokale volksvertegenwoordiging. Maar ook de verhoudingen binnen het college blijken in enkele gevallen aanleiding te hebben gegeven tot vrijwillig vertrek.

 

Jos Wolterink (56) werd vanwege herindeling in januari 2005 namens de VVD wethouder in het college van Oost Gelre. Tot dan toe was hij zijn levenlang accountant geweest, maar hij had de zaak verkocht en was vervolgens vrij om te doen wat hij wilde. 'Ik werd wethouder Financiën, maar had geen enkele politieke ervaring', zegt hij. Vanwege de herindeling kwam er een discussie over de bouw van een nieuw gemeentehuis. Wolterink was fervent tegenstander van nieuwbouw, terwijl de rest van het college voor was. En met het college ook de directeur Financiën van de gemeente, die de meerkosten calculeerde op 'slechts' 6,5 ton. 'Maar van die berekening klopt helemaal niks', zegt Wolterink, nog steeds op hoge toon. 'Het verschil bedraagt zeker vier miljoen euro.'

 

Onder de bevolking smeulde een veenbrand, die uitmondde in een massale demonstratie tégen nieuwbouw. 'Ik ben daar heengegaan', zegt Wolterink. 'Daar werd mijn standpunt immers gesteund. Bovendien zijn er geen protocollen waarin staat dat ik daar als wethouder niet had mogen zijn.' Het werd wat ingewikkelder toen Wolterink vanaf het bordes van het gemeentehuis de menigte toesprak. De overige collegeleden voelden zich in hun hemd gezet. 'De raad stookte het vuurtje op, het college gooide er olie op door te stellen dat ik vanaf dat bordes iets anders had geroepen dan in het college. Hetgeen pertinent niet waar is.'

 

Vreemdeling

 

Het ontbreken van de collegiale en politieke X-factor leidde ertoe dat de gevallen wethouder van buiten nooit een wethouder 'van binnen' werd. Wolterink groeide in Lichtenvoorde en omgeving uit tot de held van het volk, maar binnen de muren van het gemeentehuis bleef hij een vreemdeling. '99 procent van de mensen steunt mij', zegt hij strijdbaar. Maar het college pruimde hem niet.

 

'Ik kende de Zwolse politieke cultuur niet', zegt Witbraad. 'En de informele pikorde evenmin. Een wethouder van buiten de raad heeft het daar natuurlijk moeilijk mee. De Zwolse politiek is erg procedureel en weinig inhoudelijk. Er werd weliswaar heftig gedebatteerd in de raad - met niet minder dan negen fracties - maar het waren nauwelijks inhoudelijke debatten. Men had het echt op mij voorzien. Ik was niet alleen de enige wethouder van buiten de raad, maar ook nog eens de enige vrouw én de enige verandering in het college na de verkiezingen. Ik ben gewoon niet geaccepteerd.'

 

Van der Heijde heeft evenmin het gevoel de kans te hebben gekregen om van Amsterdammer te veranderen in een Woerdenaar. 'Ik was eerder wethouder van het stadsdeel Bos en Lommer en kan dus een beetje vergelijken. Ondanks dat Woerden qua inwonertal groter is, is het tamelijk dorps gebleven, met een gesloten, christelijk karakter. Het is verbazingwekkend hoe groot de culturele verschillen kunnen zijn tussen twee plaatsen in ons kleine landje. Zo groot, dat ik in Woerden altijd een vreemde eend in de bijt ben gebleven. Ik huurde een kamer in Woerden en ik merkte dat men controleerde of ik daar wel vaak genoeg verbleef. De finish van die wielerronde was op zondag. Daar werd schande van gesproken. Nee, daar kon ik allemaal niet goed tegen.'

 

Zelfkritiek

 

Niet geaccepteerd en niet begrepen door het lokale bestuurlijke establishment en publiekelijk over de kling gejaagd. Dat is wat menig gevallen wethouder sinds de laatste raadsverkiezingen is overkomen. Lag het aan politiek en bestuur of hadden de gevallen wethouders van buiten verkeerde verwachtingen? Wolterink vindt dat hij niets fout heeft gedaan. 'Ik zou precies hetzelfde zo weer doen', zegt hij. 'Iedereen heeft de mond vol van openheid, transparantie en duidelijkheid. En dan zou ik niks mogen zeggen tegen de mensen? Kom nou. Overal waar ik kom, krijg ik steun.' Voor hem is de kous daarom nog niet af. 'Ik ga door met mijn verzet. Huisvesting staat nu nog steeds op de politieke agenda. Nu gaan ze de mening van de burgers weer polsen. In 2010 wil ik voor vier jaar wethouder worden om nieuwbouw alsnog tegen te houden of terug te draaien. In het raadlidmaatschap ben ik niet geïnteresseerd. Want met alle respect: effectief bekeken gebeurt daar niks.'

 

De andere gevallenen hebben meer zelfkritiek. Van der Heijde vindt dat hij te snel ja heeft gezegd, maar ook dat hij de functie heeft onderschat. 'Mijn vrouw is stadsdeelvoorzitter van Osdorp, we hebben drie opgroeiende kinderen. Ik had per saldo een fulltime functie. Ik trok het niet meer. Nee, geworsteld met mijn beslissing heb ik niet. Ik heb mijn hart gevolgd.' Emmy Witbraad: 'Ik werd gevraagd, maar eigenlijk stond ik niet echt te springen om wethouder te worden. Ik ben meer iemand van het regelen op de achtergrond. Ik heb me laten overhalen. Ja, achteraf heb ik daar wel spijt van.'

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie