Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Leren luisteren

In een Haarlems zaaltje stond tijdens een presentatieavond over zonnepanelen een bewoner op die zei dat hij een beter plan had dan de gemeente. De wijkbewoners die zonne-energie wilden, zouden beter gebruik kunnen maken van het zongunstige dak van de nabijgelegen sporthal dan van hun eigen ongunstig gelegen daken.

12 februari 2016

Burgerparticipatie is niet meer weg te denken uit gemeentelijke plannen. Komende tijd onderzoekt Binnenlands Bestuur hoe ambtenaren en bestuurders de burger betrekken. Haarlem ontwikkelde er een cursus voor.

In een Haarlems zaaltje stond tijdens een presentatieavond over zonnepanelen een bewoner op die zei dat hij een beter plan had dan de gemeente. De wijkbewoners die zonne-energie wilden, zouden beter gebruik kunnen maken van het zongunstige dak van de nabijgelegen sporthal dan van hun eigen ongunstig gelegen daken.

Zijn in 2010 gelanceerde idee is uitgevoerd. Met meer dan dertienhonderd zonnepanelen wordt sinds vorig jaar stroom voor ruim tweehonderd huishoudens opgewekt in het Ramplaankwartier. Bewoners richtten er de eerste energie coöperatie voor op die gebruikmaakt van de verruimde rijksregels voor lokale energieopwekking.

‘Inmiddels kan ik me niet meer voorstellen dat wij dit soort plannen op traditionele wijze zouden maken: hier is ons voorstel voor uw wijk of huis, wat vindt u ervan?’, zegt Cora Yfke Sikkema, wethouder (GroenLinks) duurzaamheid van Haarlem. Toch noemt ze het zonnedakproject – en de andere projecten die erop volgden – een eyeopener. ‘Bewoners in de stad hebben zo veel goede ideeën waarvan wij geen weet hebben. Dit was aanleiding om op een andere manier met de stad te gaan samenwerken.’

Want een klimaatneutrale stad zijn in 2030, dat kun je als gemeente niet alleen; je kunt bewoners moeilijk verplichten hun huis te verduurzamen. ‘Het traditionele planproces werkt dus niet. Wat wel werkt, is bewoners actief betrekken: een klimaatneutrale stad is ons doel, daar hebben we jullie bij nodig, hoe zouden jullie dat aanpakken? Daar komt heel veel uit, bij bewoners en bedrijven zit veel kennis en expertise.’

Frisse blik
De Haarlemse gemeenteraad gaf het college de afgelopen jaren ruimte en geld om met wijkinitiatieven duurzaamheid te stimuleren. Daar zijn tien initiatieven uit voortgekomen, vooral rond energie opwekken en besparen. Uiteindelijk resulteerden die in drie wijkcoöperaties en twee buurtbedrijven, zegt Margreet van der Woude, beleidsmedewerker die in Haarlem meeschreef aan de methode De Energieke Stad.

Haarlem huurde een externe trainer in om met frisse blik in kaart te brengen wat al dan niet succesvol was geweest aan de experimenten. Hij sprak daarvoor met alle betrokkenen van binnen en buiten het stadhuis. Dat leverde een schat aan informatie over welke processen en modellen passen bij welk type bewonersgroep en initiatief.

‘De rol die je als ambtenaar hebt, blijkt per groep te verschillen’, zegt Van der Woude. Dat wordt beïnvloed door de dominante leefstijl in een wijk; wonen er veel pioniers, calculerende burgers of harmoniezoekers? ‘Maar het gaat ook over de vraag of je binnen de groep te maken hebt met motivatiekracht, realisatiekracht of beide. Als je dat in een plaatje ziet, begrijp je ineens waarom je in de ene wijk heel anders bezig bent dan in de andere wijk.’

De trainer heeft de bevindingen uitgewerkt tot een cursus over de mechanismen van groepsprocessen bij burgerinitiatieven, leiderschapsstijlen en gedragscompetenties. Binnen de gemeente wordt de methode nu op diverse afdelingen toegepast. Haarlem hoopt de regiogemeenten en de provincie Noord-Holland binnenkort een preview te geven van De Energieke Stad. Haarlem hield presentaties van de methode op een bijeenkomst van de G32 en voor de leerkring participatie van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Wie wil, kan de Haarlemse cursus in zijn eigen gemeente volgen: circa 2500 euro voor vijftien personen. ‘Het leukst is om onze trainer dan te laten bijstaan door een ambtenaar die vanuit jouw eigen gemeente veel met wijkinitiatieven te maken heeft, dan kun je ervaringen uit de eigen praktijk gebruiken.’

Ook is er een boekje samengesteld voor de bewoners: waar moet je aan denken als je een initiatief opzet vanuit de wijk.


Drie hoofdlijnen van De Energieke Stad

De gemeente Haarlem hanteert drie hoofdlijnen bij de praktische uitwerking van De Energieke Stad.

1. Systemisch
De methode gaat uit van een systemische benadering: de wereld buiten het gemeentehuis is een systeem, een dynamisch geheel met eigen kenmerken, eigen kracht en eigen behoeften. Ook een groep bewoners gedraagt zich als een systeem. De groep reageert op wat er om hen heen gebeurt op een wijze die niet geheel te doorzien of te voorspellen is. Door de juiste begeleiding kan de gemeente wijkinitiatieven stimuleren, ondersteunen en soms beschermen, maar ze bepalen zelf of en hoe zij groeien naar een stevige organisatie. ‘Je moet daarvoor goed kijken naar de belangen en relaties die er zijn in de wijk. En dus geen plannen vanachter je bureau bedenken’, licht beleidsmedewerker Margreet van der Woude toe.

2. Organisch
Het groeiproces van wijkinitiatieven is grotendeels organisch. Het verloopt met vallen en opstaan en is dus niet goed voorspelbaar. Van der Woude: ‘Het initiatief gaat vooruit, neemt een verkeerde afslag, stuurt bij en gaat weer voort. Het is een kwestie van gaandeweg leren en ontwikkelen. Voor een wijkinitiatief is het niet handig om in een keer allerlei belangrijke doelstellingen te willen behalen. Begin maar eens met één doel – of beter nog een doelgebied – en ga daar eerst mee aan de slag.’ De kracht van dit proces is dat het makkelijk steeds nieuwe richtingen kan kiezen als reactie op uitdagingen en obstakels. Zwakte kan zijn dat dit proces tijd en ruimte nodig heeft om zich te kunnen manifesteren. De gemeente moet de begeleiding hierop afstemmen.

3. Gelijkwaardig
Uitgangspunt is samenwerken op basis van gelijkwaardigheid. Bewoners, ondernemers en gemeente hebben allemaal een unieke rol. Niemand moet de baas spelen, zegt Van der Woude. ‘Als gemeente moet je loslaten: het zijn niet onze woningen, daken en energierekeningen. Het is onze wens dat burgers die aanpassen voor een duurzame toekomst, maar we moeten dat aan hen overlaten. Zij weten wat ze willen en onder welke condities.’ De gemeentelijke rol is die van facilitator. Zij moet luisteren, observeren en proactief handelen. Door bijvoorbeeld diensten en producten te ontwikkelen waar wijkinitiatieven behoefte aan hebben, of een netwerk op te zetten en te onderhouden.


Opgewekte Woning Club
Een van de activiteiten die voortkwam uit de Haarlemse aanpak is de Opgewekte Woning Club, een door lokale ondernemers ontwikkelde methode om het onpopulaire onderwerp energie besparen te promoten. Samen met adviseurs (zzp’ers) helpt de Opgewekte Woning Club een groep van maximaal 24 bewoners om een energieplan voor hun eigen huis te maken. Bewoners doen dat gezamenlijk en met gebruik van serious gaming. Gemiddeld maken ze hun huis 30 procent energiezuiniger, bijvoorbeeld door woningisolatie. Ze betalen 99 euro voor deelname en de kosten voor eventuele maatregelen. De gemeente geeft nu nog subsidie op het programma, maar verwacht dat de markt het concept binnen een paar jaar volledig overneemt.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie