‘Raad zoekt Vrouw’ in Zeist
Er zitten te weinig vrouwen in de gemeenteraad van Zeist, vindt burgemeester Koos Janssen: 8 op de 33 raadsleden. In de gemeente Zeist is echter meer dan de helft van de inwoners vrouw. Evenredige vertegenwoordiging zou Janssen graag terug zien in de raad en daarom organiseerde hij de workshop ‘Raad zoekt Vrouw’.

Er zitten te weinig vrouwen in de gemeenteraad van Zeist, vindt burgemeester Koos Janssen: 8 op de 33 raadsleden. In de gemeente Zeist is echter meer dan de helft van de inwoners vrouw. Evenredige vertegenwoordiging zou Janssen graag terug zien in de raad en daarom organiseerde hij in samenwerking met de gemeenteraad de workshop ‘Raad zoekt Vrouw’.
Waarom wilt u meer vrouwen in de gemeenteraad?
‘Het is in het belang van de democratie: het samenspel tussen mensen, politiek en samenleving en daar hoort evenredige vertegenwoordiging bij. Dat betekent een zo breed mogelijke afspiegeling van de samenleving in de raad. Mensen die het op hun eigen manier willen doen. Wat betreft herkomst, leeftijd, sociale klasse is daar nog een wereld te winnen. Het is belangrijk dat we herkenbaar zijn voor de samenleving en alle talenten eruit gebruiken. Dat streven viel samen met een aantal vrouwen in raad die zeiden: ben je beschikbaar om actie te ondernemen? Dat was het idee: Raad zoekt Vrouw.’
Dat was de naam van de workshop die afgelopen maandag is gehouden. Hoe ging dat?
‘Een voltreffer. In een mum van tijd hadden we 75 aanmeldingen, de raadszaal puilde uit. Vrouwen in allerlei hoedanigheden waren aanwezig. Een pluriforme groep met verschillende beroepen, leeftijd en achtergrond. Er waren politieke partijen aanwezig en vrouwelijke raadsleden die speeches gaven over hun ervaringen. Inmiddels hebben we de deelnemers een brief nagezonden om verbinding te houden en uit te breiden.’
Wat hield de workshop in en wat leverde deze op?
‘De workshop werd gehouden door vrouwelijke raadsleden, de griffier, de gemeentesecretaris en ik, de burgemeester. Het programma was themagewijs spreken over hoe het raadslidmaatschap in elkaar zit, democratie, de gemeente en raadswerk. Een raadslid is een bezige bij, maar het is ook heel leuk. Daar met elkaar over spreken gaf veel inspiratie. Acht raadsleden vertelden met passie over het raadswerk en stelden de aanwezige vrouwen ook de vraag om politiek deel te nemen op hun eigen manier.’
Wat trok die vrouwen naar de workshop?
‘Het was een zeer open uitnodiging. Ze dachten: die kans grijpen we. Als je wat vindt van dingen, dan is dit de manier om daar iets mee te doen. Anderen hadden op bepaalde terreinen een drive. En als je staat voor inclusiviteit in politiek, kun je dat bewijzen door er zelf in te stappen. De workshop was niet alleen een voltreffer qua opkomst, maar ook qua pluriformiteit en eigenheid. De motieven waren wel verschillend, maar dat vond ik ook wel mooi. De workshop was de dag na Internationale Vrouwendag. We zeiden: we gaan het doen en het bleek de goede snaar die werd geraakt.’
Is er ook een streefpercentage voor vrouwen in de raad?
‘Daar spelen politieke partijen een rol in. Alle politieke partijen hebben eraan meegewerkt. Waarom gaan partijen niet uit van 50-50? Je hebt wel wat uit te leggen als je daar niet voor kiest. Het kan zijn dat je bijvoorbeeld ondernemerschap een belangrijker criterium vindt. Daar kun je dan een gesprek over hebben. Ik ben voor precieze evenredigheid en het vinden van talentvolle vrouwen. Dat moeten we stimuleren.’
Welke instrumenten zetten de gemeenteraad/partijen in om meer vrouwen in de raad te krijgen?
‘We hebben de deelnemers een brief geschreven om de verbinding te houden. Vervolgens verwijzen we de nieuwkomers naar vrouwelijke raadsleden. De persoonlijke relatie is namelijk heel belangrijk in de politiek. Ze kunnen een fractievergadering, raadsvergadering en thema-bespreking bijwonen. In het najaar is dan het vervolg, waarin nieuwkomers verder kunnen komen richting raadsverkiezingen.’
Komt er ook een vervolg voor andere groepen, zoals mensen met een migratieachtergrond?
‘Verschillende leden van de Marokkaanse gemeenschap zijn al lid van raad, bij D66 en GroenLinks bijvoorbeeld. Dat past bij Zeist, wij zijn van de verscheidenheid. Dat is een kwaliteit en dat helpt om eraan te werken. We organiseren al workshops voor andere doelgroepen. De praktijk moet het dan bewijzen, maar je moet ergens beginnen. Het enthousiasme is nodig en de resultaten zijn veelbelovend. Ik hoop dat politieke partijen hier werk van maken. Dat uitnodigende is toch iets waar behoefte aan is. Ik ben daar heel blij mee.’
Vervolgens maken de deelneemsters en de politieke partijen zelf hun eigen afwegingen. Dat heeft dus niets met het opleggen van een gendercratie te maken. Het staat allen namelijk volkomen vrij om wel of niets met de opgedane inzichten te doen. En het heeft ook niet met positieve discriminatie te maken. Het is prima om je als partij regelmatig af te vragen of je kandidatenlijst een beetje een afspiegeling is van de bevolking en hoe je erin staat. Het is juist fijn als je door zo’n initiatief in aanraking komt met inwoners die anders misschien niet zo snel op jou als partij zouden zijn afgestapt.
De kwaliteitsvraag die bij dit soort discussies helaas vaak meteen gesteld wordt (door veelal oudere, witte en wat knorrige mannen die zich wellicht bedreigd gaan voelen door al die leuke getalenteerde vrouwen, zeg ik geheel gekscherend?) is helemaal niet aan de orde: natuurlijk moet je geschikt zijn voor het vak van raadslid. Dat is vanzelfsprekend dus hou toch eens op met die dooddoener. Die wordt ook niet gebruikt als het over mannen gaat, het is zó zwak als argument. De termen excuustruus of troetelallochtoon zijn onnodig denigrerend en omdat ze helaas nog gebruikt worden toont dat voor mij juist aan dat dit soort initiatieven nuttig en nodig zijn.
Dus chapeau voor Zeist!