Van Rijn laat rechter zijn werk doen en grijpt niet in
Staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) wil nog niet ingrijpen bij gemeenten die de huishoudelijke hulp in strijd met de wet stopzetten of versoberen. Hij is daartoe pas bereid als gemeenten uitspraken van de rechter aan de laars lappen en hun beleid niet aanpassen. Met name het CDA, GroenLinks en PVV vinden dat Van Rijn het niet zo ver moeten laten komen.
Tot onvrede van de Kamer gaat staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) nog niet ingrijpen bij gemeenten die de huishoudelijke hulp in strijd met de wet stopzetten of versoberen. Hij is daartoe pas bereid als gemeenten uitspraken van de rechter aan de laars lappen en hun beleid niet aanpassen. Met name het CDA, GroenLinks, SP en PVV vinden dat Van Rijn het niet zo ver moeten laten komen.
Aan laars lappen
De Kamer vindt het te gek voor woorden dat zoveel mensen naar de rechter moeten stappen om hun huishoudelijke hulp (terug) te krijgen. ‘Ik erger me kapot aan gemeenten die de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, red) en gerechtelijke uitspraken daarover aan hun laars lappen’, stelde Van Rijns partijgenoot Agnes Wolbert. Hoewel ook zij actie van Van Rijn verwacht, stelde Wolbert dat gemeenteraden hierin hun rol moeten pakken, door hun wethouder te dwingen de wet uit te voeren. Die raden komen daarbij vaak van een koude kermis thuis, stelde Hanke Bruins Slot (CDA) in het debat met Van Rijn over de hausse aan bezwaarschriften tegen stopzetting of versobering van de huishoudelijke hulp. Het debat was aangevraagd na onderzoek en berichtgeving hierover door Binnenlands Bestuur.
Ingrijpen
‘Gemeenten overtreden stelselmatig de wet’, benadrukte Bruins Slot. Zij vindt met een aantal oppositiepartijen dat Van Rijn gemeenten moet dwingen in het gelid te gaan en als dat niet gebeurt, de taak van gemeenten moet overnemen. Zo ver wil Van Rijn niet gaan, zo werd woensdag tijdens het debat duidelijk. Gemeenten die door de rechter worden teruggefloten, passen volgens hem hun beleid aan. ‘Ik zie geen gemeenten die uitspraken van rechters naast zich neerleggen.’ Met name in de uitvoering gaan gemeenten de fout in, zo is hem gebleken. Uit de gerechtelijke uitspraken die tot nu toe zijn gedaan, blijkt dat gemeenten zonder gedegen keukentafelgesprek en zonder te kijken naar persoonlijke omstandigheden op de vingers worden getikt, aldus Van Rijn.
Geen rode draad
In de uitspraken van rechters zit een duidelijk rode draad, stelde Van Rijn. De rechter bevestigt wat er in de Wmo staat: doe zorgvuldig onderzoek en kijk naar de persoonlijke omstandigheden van de zorgbehoevende. In de jurisprudentie zit helemaal geen rode draad, stelde een deel van de Kamer. De Raad voor de Rechtspraak heeft er medio maart op gewezen dat de gevoerde rechtszaken voorlopig geen duidelijkheid geven, bracht Bruins Slot te berde. Het wachten is op uitspraken van de Centrale Raad van Beroep; dat duurt nog minstens een jaar. Van Rijn was echter niet te vermurwen en vindt dat de gemeenteraden en de rechters hun werk moeten doen.
Overleg met VNG
Over het gedegen en volgens de wet uitvoeren van die keukentafelgesprekken gaat de staatssecretaris op aandringen van de Kamer op korte termijn in overleg met gemeentekoepel VNG. ‘Dat kan en moet beter’, aldus Van Rijn. Dit geldt ook over het kenbaar maken aan burgers dat er bezwaar en beroep openstaat tegen aanpassingen in de huishoudelijke hulp. Het is de Kamer een doorn in het oog dat veel gemeenten dat niet doen.
Daar is echt onvoldoende aandacht voor!