Advertentie
sociaal / Blog

Roddel en achterklap

Met rancuneuze collega’s is het oppassen geblazen. Er kunnen zo maar achter je rug om allerlei beschuldigingen over je worden geuit, die uiteindelijk tot ontslag leiden. Het overkwam in elk geval een medewerker van de Koninklijke Marechaussee. Hij zou tijdens wachtdiensten op Paleis Noordeinde, bij de Koninklijke Stallen en op het Catshuis herhaaldelijk misbruik hebben gemaakt van zijn dienstwapen.

04 augustus 2010
De beveiliger zou collega’s met een pistool hebben bedreigd. Ook zou hij regelmatig met een getrokken pistool hebben rondgelopen en het pistool als een soort cowboy om zijn vinger hebben gedraaid, aldus de collega’s. Hij zou zijn pistool in strijd met de ambtsinstructie zo hebben geladen en ontladen dat de patronen er uit vlogen. Redenen te over voor een onvrijwillig ontslag wegens wangedrag, dacht zijn werkgever. Niettemin heeft de man de rechtszaak die hij had aangespannen tegen dit ontslag gewonnen (LJN:BN2349).

De man ontkende alle beschuldigingen, en de Centrale Raad van Beroep gaat daarin mee. Het probleem was dat de verklaringen van de collega’s veel onduidelijkheden bevatten. Geen van de verklaringen bevatten een precieze datum en tijdstip. Niet duidelijk was in hoeverre de verklaringen op elkaar aansloten. Er was geen ondersteunend bewijs. Opmerkelijk is nog dat uit de processen-verbaal van de getuigenverklaringen totaal niet bleek dat de dienstdoende wachtcommandant ook maar iets had gemerkt van alle incidenten. Opmerkelijk, omdat de verklaringen volgens de Raad een bijna grotesk beeld opleverden van zeer ernstig wangedrag op bij uitstek veiligheidsgevoelige objecten. Voor de Raad waren deze tegenstrijdigheden voldoende om aan de getuigenverklaringen voorbij te gaan. En hoewel in dit geval niet was gebleken dat er een sfeer van rancune onder de collega’s was, was het allemaal wel zeer vreemd.

Juist met verklaringen van collega’s moet altijd voorzichtig worden omgegaan, aldus de Raad. Er moet altijd worden gekeken naar de achtergrond en de verhoudingen binnen de betrokken groep van medewerkers. Dat geldt te meer als de collega’s pas met hun verklaringen komen nadat de betrokken medewerker is overgeplaatst naar een andere afdeling, zoals hier het geval was. Het is niet zo dat verklaringen van collega’s nooit kunnen worden gebruikt, maar de werkgever die iemand wil straffen op grond van die verklaringen doet er goed aan om nader onderzoek te doen. Hij zal moeten kijken of er mogelijk objectieve gegevens zijn die duidelijk maken dat een medewerker zich heeft misdragen.

Een terechte overweging. De werkgever moet maar zorgen dat de feiten die aan het ontslag ten grondslag worden gelegd duidelijk zijn. En als het niet lukt om die feiten duidelijk boven tafel te krijgen omdat de collega’s vaag blijven, gaat het over. Dan was er wellicht wat anders aan de hand. Ontslag mag nooit zijn gebaseerd op roddel en achterklap.

Anja Hoffmans

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie