Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

Open ramen en geheime achterkamers

Minister Plasterk van Cultuur opent vandaag in Den Haag de Dag van de Architectuur, die dit keer in het teken staat van Architectuur & Politiek. Den Haag weet wel raad met dit thema.

20 juni 2008

Terwijl zijn eigen Architectuurnota nog steeds op zich laat wachten - ‘Eind juni’ denkt zijn voorlichter, ‘maar misschien wordt het wat later’ – opent minister Plasterk van Cultuur vandaag de Dag van de Architectuur. In het hart van de Nederlandse politiek, de Statenpassage van de Tweede Kamer. Een perfecte locatie natuurlijk, ook al omdat dit ontwerp van architect Pi de Bruijn niet echt het ‘open huis van de democratie’ werd zoals het de architect in eerste instantie voor ogen stond. Het glazen atrium dat De Bruijn als publieke passage had bedacht ‘om meer openheid in politieke zaken te geven’ werd direct na de realisatie afgesloten in verband met de veiligheid. En in de loop der jaren kwamen er ook in de rest van het gebouw heel wat poortjes en balies bij.

 

Zaterdag en zondag zijn er in vele gemeenten publieksactiviteiten in het kader van de Dag van de Architectuur: rondleidingen, fietstochten, discussies, open huizen. En prijsuitreikingen. Groningers bepalen wie de Gouden Baksteen krijgt voor het mooiste gebouw en Drentenaren kiezen het mooiste gemeentehuis. Enschede focust op Roombeek. De na de vuurwerkramp herbouwde wijk zet alle deuren open tijdens het weekend, ook die van particuliere huizen. Nijmegen bouwt een ‘stad van latten’ waarvan de ‘lattedraal’ het hoogtepunt moet worden. Utrecht heeft naast het Rietveld-Schröderhuis ook het Van Schijndelhuis, waar de weduwe van de in 1999 overleden architect woont, en dat gaat op 21 en 22 juni voor het eerst voor publiek open voor one minute visits.

 

Code

 

Maar Den Haag tovert het mooiste konijn uit de hoge hoed: de achterkamertjesroute. Bedacht bij Stroom Den Haag, centrum voor beeldende kunst en architectuur. Hans Andringa, sinds 1995 politiek journalist bij de Wereldomroep, stelde de route samen. Heel wat Haagse ‘geheimen’ komen hier langs: van de chambres séparées in het souterrain van restaurant Julien, tot Nieuwspoort, waar de gehanteerde code (‘Wat je hier hoort heb je niet van mij’) als achterkamertje functioneert. De bekendste achterkamer is Le Bistroquet, zegt Andringa, waar Van Agt en Wiegel in 1977 Den Uyl buiten spel zetten.’ Na een uitgebreide maaltijd in dat restaurant aan de Lange Voorhout ontstond niet het tweede kabinet Den Uyl, maar Van Agt I. Andringa: ‘Het was natuurlijk een opzetje. Ze waren niet echt verbaasd toen er een fotograaf verscheen.’ Vrij recent binnen gekomen in deze hitlijst: Plein XIX, waar de mislukte couppoging van Rita Verdonk op het partijleiderschap van Mark Rutte plaats vond. Op datzelfde Plein is er ook nog de Haagsche Kluis, waar Femke, Wouter en Jan regelmatig ‘Kluisberaad’ hielden om een mogelijk links alternatief te bespreken.

 

Andringa heeft zelf een zwak voor Hotel Des Indes, bekend van het des Indes-beraad waar de kiem werd gelegd voor het eerste Paarse kabinet in 1994. ‘Dat spreekt natuurlijk heel erg tot de verbeelding en past ook bij Den Haag. Een prachtig gebouw , met goede stoelen en kroonluchters.’

 

Het achterkamertje wordt natuurlijk niet als zodanig ontworpen: het ontstaat. ‘Omdat het op loopafstand van de Tweede Kamer ligt. Dat speelt zeker een rol’ zegt Hans Andringa ‘iedereen heeft een volle agenda’. Basisvoorwaarde voor de achterkamer is dat je er een beetje privé kunt overleggen, maar dat betekent niet dat het echt een afgescheiden ruimte moet zijn, zegt Andringa. ‘Dat kan ook heel goed in een vol restaurant. Het achterkamertje is zeker niet per se een donker krocht, geen geheime kamer waar je alleen via een losse wand in een boekenkast kunt komen.’

 

Achterkamertjes verdwijnen en verschijnen: ‘In de tijd van Den Uyl zat de PvdA graag en vaak in een Indonesisch restaurant. Omdat Den Uyl daar graag at. Het gaat net zo als bij iedereen: de éne keer is die tent hip, zit iedereen daar, en een volgende keer gaat iedereen weer ergens anders naartoe.’ Het echte achterkamertje geniet van z’n positie, hoopt op een plekje in de historie, maar loopt er niet mee te koop, vindt Andringa: ‘dan haal je de magie weg.’

 

De bestuurders en politici die de achterkamertjes gebruiken voor hun geheime overleg, het smeden van allianties en het voorkoken van besluiten, doen hun dagelijks werk elders. Die locaties heeft Stroom in beeld gebracht in een gids over architectuur en macht, getiteld We Rule This City . Juist Den Haag staat vol met gebouwen waar ‘de macht’ is gehuisvest. De Resident, het stadhuis, Paleis Noordeinde, de Malietoren, de Hoftoren: in de gids neemt Stroom 36 panden onder de loep. De verschijningsvorm wordt vanuit een interessant perspectief bekeken, namelijk als resultante van een machtsspel.

 

Dat levert een interessante gids op die vergeten relletjes en compromissen weer eens naar boven haalt en in een breder kader plaatst. Hier wordt een mechanisme zichtbaar, een laag bloot gelegd, die maakt dat je sommige gebouwen met andere ogen bekijkt. Waarom heeft het Nederlands Danstheater een van golfplaat gemaakt golvend dak? Omdat het oorspronkelijk in Scheveningen zou komen. Het dak is een plagerige verwijzing van de architect naar een verloren machtsstrijd.

 

Private partijen, de economie, de internationale politiek, burgers, het programma van eisen: allemaal factoren die een rol spelen in het machtsspel dat leidt tot de uiteindelijke vorm van een gebouw. De Utrechtsebaan was verkeerstechnisch geen succes, maar leidde wel tot bijzondere overbouwing. Het ministerie van Vrom heeft indrukwekkende atria omdat in het programma van eisen was opgenomen dat elke ambtenaar z’n raam moet kunnen openen, op een plek waar dat gezien de geluidsoverlast eigenlijk niet kon.

 

Burgers zorgden er met hun protesten voor dat de Malietoren veertig meter lager werd dan aanvankelijk gepland. Shell kreeg het voor elkaar dat Den Haag een rij karakteristieke woningen sloopte voor de uitbreiding van het hoofdkantoor van die international. Zonder het geld en de lef van ontwikkelaar Gerard Stevers was het opvallende winkelgebied Haagse Bluf nóóit zo gebouwd, maar het staat er nu wel en het is een succes. We rule this city vertelt een verhaal over koehandel, falend bestuur, terugtrekkende partijen en angst. Maar ook over poëzie, doorzettingsvermogen en prachtige oplossingen.

 

Dag van de Architectuur
21 en 22 juni.
Programma zie www.dvda.nl
Meer informatie over We Rule This City en de Achterkamertjesroute: www.stroom.nl

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie