Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Hoogbouw heeft behoefte aan menselijke maat

Hoogbouw in de stad; kennis uitwisselen; groen in de stad; menselijke maat

05 januari 2022
shutterstock-412333285.jpg

Bij de hoogbouw die gemeenten komende jaren neerzetten is het cruciaal dat ze rekening houden met de ‘fijnmazigheid van de menselijke maat’, aldus lector Bouwtransformatie Frank Suurenbroek van de Hogeschool van Amsterdam (HvA). Tips: gebruik ‘warme materialen’ en laat zien dat er mensen leven.

Automatisch proces

‘We hebben onderzocht hoe stadsbewoners een omgeving met een hoge dichtheid beleven’, vertelt Suurenbroek. Volgens hem beïnvloeden architectuur en straatruimte ons gemoed en onze gezondheid vaak onbewust. ‘We scannen voortdurend onze omgeving; dit is een automatisch proces, vergelijkbaar met lopen. We verwerken die informatie en passen ons gedrag aan.’

 

Nieuw type woonmilieu

Uitgangspunt van het HvA-onderzoek is ‘een nieuw type woonmilieu’ waarmee Nederland kennismaakt: woontorens zijn geen solitaire gebouwen meer, maar ‘ingepakt’ in woongebouwen van bijvoorbeeld zes verdiepingen. Kijk, illustreert de lector, naar aanstaande nieuwbouw in de Merwedekanaalzone in Utrecht, het NDSM-terrein in Amsterdam en Eindhoven. ‘Bedoeld om onze steden te verdichten en vaak neergezet op wat perifere plekken.’ Daar wonen straks veel, vaak in kleine appartementen, in een omgeving die nog geen leefomgeving is. ‘Hoe kun je dat toch een fijne plek maken voor bewoners?’, motiveert hij het onderzoek.

 

Omgevingspsychologie

De HvA-onderzoekers lieten proefpersonen dicht verstedelijkte woonomgevingen beleven. Daarbij zetten ze eyetracking in, een methode die neuroscience, omgevingspsychologie en ruimtelijk ontwerp combineert. De eyetracker volgt dertig keer per seconde hoe proefpersonen kijken, hoe lang en in welke volgorde. Dat geeft aan wat iemands aandacht trekt, en wat juist afstoot. Sommige proefpersonen kregen slideshows met verschillende woonomgevingen te zien uit onder andere Oslo, London en Vancouver. Die steden kennen al het voor Nederland nieuw type woonmilieu met hoge bebouwing. Andere proefpersonen zijn door bebouwde omgeving van de Amsterdamse Zuidas gelopen. ‘En ook in Boston hebben mensen met eyetrackers gelopen vanuit het idee: wat wij hier willen is daar al.’

 

Balkonnetjes

Uit het onderzoek blijkt enerzijds de aantrekkingskracht van ‘warme materialen’ als baksteen en groen in tegenstelling tot beton. Anderzijds leken proefpersonen op zoek naar de medemens. Suurenbroek: ‘Mensen keken naar plekken waar je mensen zou kunnen verwachten: winkelruiten, balkonnetjes, fietsnieten (fietsrek in de vorm van omgekeerde U, HP).’ Tegelijkertijd werd er stress gemeten als de blik viel op geparkeerde of rijdende auto’s. ‘Hoe je het parkeren faciliteert, maakt uit voor hoe mensen de omgeving beleven.’

 

Reflectief vermogen

Uit een sessie met architecten en ontwikkelaars concludeerde Suurenbroek dat er nog een wereld te winnen is bij het ontwerpen van hoogstedelijke omgevingen. ‘Iedereen vindt het wiel uit, maar er is schreeuwend gebrek aan reflectief vermogen om kennis te delen over: hoe bouwen we nu eigenlijk?’, zegt hij. ‘De ontwerper vertelt vaak mooie dingen over waarom een ontwerp gaat werken, maar zien we dat ook terug? Wat bouwen we? Wat werkt? Zodat je niet nu het hele land volbouwt met hybride stadsblokken en er over tien, vijftien jaar achter komt dat het niet goed werkt.’

 

Op kavelniveau

De conclusie dat groen in de leefomgeving bijdraagt aan het welbevinden van bewoners, verrast niet, weet ook Suurenbroek. Maar de finetuning is hier belangrijk, legt hij uit. Zo gebeurt het nogal eens dat op kavelniveau wel groen wordt toegepast, maar dat dat achter een hek zit of anderszins niet bereikbaar is voor bewoners. ‘We signaleren vooral kansen om de beleving te versterken.’ Tot slot constateert Suurenbroek dat het ontbreekt aan ‘regie over de straat’. ‘Er zijn landschapsontwerpers en er zijn kavelontwikkelaars. Maar hoe je de tussenliggende publieke ruimte ontwikkelt en wie daarover gaat … dat valt tussen wal en schip. Goede keuzes over de publieke ruimte maken is cruciaal, zeker omdat woningen steeds kleiner worden.’

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Cornelis
Hoe je het ook wendt of keert, te veel mensen op elkaar leidt tot onbehagen, ongenoegen, stress en agressie. Daar is al genoeg onderzoek naar gedaan.
Piet / Jeugdzorg
Liever een leefbaar land met weinig hoogbouw, maar dat veronderstelt dat de politiek stuurt op bevolkingsgroei. Helaas doet de politiek dat niet en een partij die een zeer groot voorstander is van bevolkingsgroei, D66, heeft een flink stempel op de coalitie onderhandelingen gedrukt. Volgens D66 is immigratie de enige echte “redding” van onze economie. Daarbij zijn ze gemakshalve vergeten dat de meeste arbeidsmigranten (800.000 personen) werken in economische sectoren waar D66 juist vanaf wil, zoals de vleessector. Sterker nog, zonder goedkope arbeidsmigranten is die sector snel weg uit Nederland. Maar daar kiezen we niet voor, nee, we gaan varkensstallen van Nederlands belastinggeld uitkopen om nog meer woningen te kunnen bouwen. Maar goed, dat was even een uitstapje. Als we dan toch de hoogte in moeten, dan maar zo mooi mogelijk. Eens met het artikel.
H. Wiersma / gepens.
In relatie met het hanteren van nieuwe bouwregels dient met name ook te worden gelet op de kwaliteit van de hoogbouw. Als daar iets misgaat is het echt mis!
Is wel zo
Hoe kun je dat toch een fijne plek maken voor bewoners?

Niet. Hoogbouw is leuk als je als single midden in een wereldstad woont. Daarbuiten of met een gezin is het meestal gewoon ruk. Ook met een bakstenen gevel.
Advertentie