Lagere overheden varen wel bij aanbestedingswet

Lokale middenstand
Dat stelt woordvoerder Bart Visser van het ministerie van Economische Zaken in een toelichting op de kabinetsplannen om het aanbesteden in ons land minder ingewikkeld te maken. Voornaamste doel is om het Midden- en Kleinbedrijf meer kans te geven succesvol in te schrijven op een aanbesteding. Nu maakt de veelheid aan eisen en het hoge bureaucratische gehalte dit bij voorbaat al lastig voor de lokale middenstand om in te schrijven op een klus bij het lokale bestuur.

Transparanter
De aanbesteders zullen sterker dan voorheen moeten uitleggen waarom ze voor een bepaalde vorm van aanbesteding hebben gekozen en welke eisen ze waarom stellen. ‘Dat maakt het wat lastiger, maar tegelijkertijd worden de criteria zoveel eenvoudiger dat de totale bureaucratische last voor zowel de overheid als voor het bedrijfsleven zal dalen’, aldus Visser.

School schilderen
Ander voordeel is dat de lokale overheden makkelijker het bedrijfsleven om de hoek zal kunnen inschakelen. Dat komt omdat er een aantal extreme eisen zullen vervallen. Zo geldt nu dat een schilder pas een school mag schilderen als hij al eerder een school heeft geschilderd. Onder de nieuwe wet zal elke schilder die aantoonbaar wel eens een groter gebouw in de verf heeft gezet de klus mogen doen’, legt Visser uit.

Europese richtlijnen niet ontduiken
Om kleinere bedrijven een kans te geven, mogen veel kleine orders niet langer worden geclusterd tot een grote. Maar Europese regels stellen dat een grote orders Europees moeten worden aanbesteed en dat opknippen juist uit den boze is. Om Brussels wantrouwen voor te zijn gelden de nieuwe regels volgens de woordvoerder dan ook alleen voor orders waarvan de totale som onder de Europese drempel blijven.

Drempels
Lagere overheden mogen tot 4,85 miljoen vrij aanbesteden voor de bouw van bijvoorbeeld een viaduct of een gemeentehuis. Diensten en inkooporders moeten onder de 193.000 euro blijven om lokaal te mogen worden aanbesteed.