Enschede eerste gebruiker Servicehuis Parkeren
Als eerste gemeente maakt Enschede gebruik van het Servicehuis Parkeren. Digitaal parkeren krijgt met dit centrale parkeerregister een relatief goedkope infrastructuur.
Digitale registratie
Bij digitaal parkeren geldt niet het uit een automaat getrokken parkeerkaartje of papieren vergunning als bewijs van betaling, maar een digitale registratie van het kenteken. Dat laatste kan in een aantal gemeenten via een ‘parkeer&bel’-aanbieder (Yellowbrick, SMS Parking en anderen) en via een digitale vergunning.
Goedkoper
De centrale opslag van die gegevens is door Amsterdam zelf ter hand genomen, maar een landelijke opslag zou veel efficiënter en goedkoper zijn en meer gemeenten over de drempel kunnen helpen. Dat is de gedachte achter de coöperatie Servicehuis Parkeren, waartoe al een jaar of twee geleden enkele gemeenten het initiatief hebben genomen.
RDW
Wethouder Hans van Agteren heeft het Servicehuis officieel geopend door zijn auto aan het Van Heekplein in Enschede te parkeren. Vervolgens meldde hij met zijn telefoon zijn kenteken aan zijn parkeerprovider. Kenteken, lokatie (parkeerzone) en begin- en eindtijd werden daarmee opgeslagen in het door de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) beheerde register. Met een handscanner (die kentekens herkent) stelde een parkeerwachter aan de hand van die centrale gegevens vast dat de auto daar mocht staan.
Niet verplicht
De RDW is door de coöperatie uitgekozen vanwege haar ervaring met kentekenregistratie, maar “dat register is geheel los van het kentekenregister opgezet”, zegt woordvoerder Sjoerd Weiland desgevraagd. “De gegevens worden 24 uur bewaard en daarna nog een tijd gecodeerd opgeslagen.” Volgens hem staan er nog niet meteen andere gemeenten klaar om aan te sluiten. “Er is geen verplichting; het hang op politieke besluitvorming in de gemeenteraden.” Hij verwacht wel dat gemeenten als Amsterdam, Amersfoort, Utrecht en Zutphen snel zullen volgen.
Aanbieders
Met de centrale infrastructuur kunnen gemeenten op ICT- en organisatiekosten besparen, waarmee het handhaven goedkoper wordt. Ook kunnen ze makkelijker het bel/sms-parkeren en internetparkeren invoeren. De aanbieders van mobiele parkeerdiensten hoeven niet meer bij registers van losse Nederlandse gemeenten aan te sluiten, maar kunnen bij één centraal loket terecht voor het controleren van de parkeerrechten. Veel nieuwe aanbieders van dat soort diensten staan daarom al te trappelen.
Blijkt dat ook de initiafiefnemers van het Servicehuis Parkeren ook geen enkel gevoel hebben voor de privacyaspecten.