'Nieuwe software Ketelbrug is ad hoc oplossing'
De nieuwe bedieningsmodule die moet voorkomen dat de Ketelbrug onverwacht opengaat, laat vooral zien dat Rijkswaterstaat geen oplossing heeft voor de onderliggende softwareproblematiek, vindt professor Jan Friso Groote van de Technische Universiteit Eindhoven.
De Ketelbrug, die de Noordoostpolder met oostelijk Flevoland verbindt, heeft een nieuwe bedieningsmodule. Die moet voorkomen dat de brug opengaat zonder dat de slagbomen gesloten zijn, zoals op 4 oktober 2009 gebeurde. Maar volgens professor Jan Friso Groote van de Technische Universiteit Eindhoven is de module een ad hoc oplossing waarmee Rijkswaterstaat laat zien geen grip te hebben op de onderliggende softwareproblematiek. ‘Er moet precies boven water komen wat er aan de hand is.’
Vier gewonden
Vier automobilisten raakten gewond bij het incident in oktober. De oorzaak is niet opgehelderd, Rijkswaterstaat zegt dat de politie het geval nog onderzoekt. Professor Groote, gespecialiseerd in softwareveiligheid, vindt dat onacceptabel. ‘Dit soort software-ongelukken gebeuren overal. We hebben gelazer gehad met de beveiliging van de hogesnelheidslijn, gedonder in tunnels, maar er gebeurt niets aan.’
‘Strengere regelgeving’
Volgens de Groote moet de overheid voor strengere wet- en regelgeving zorgen. ‘De werking van software moet eerst schriftelijk worden vastgelegd en door een onafhankelijke organisatie gecontroleerd, voordat die in gebruik kan worden genomen.’
Sofwaredenken
Dat dergelijke regelgeving er nog niet is, komt omdat het ‘softwaredenken’ in Nederland nog niet is doorgedrongen, zegt hij. ‘Als je een huis gaat bouwen, komt er een constructeur van de gemeente langs om te kijken of het allemaal veilig is. Als Rijkswaterstaat een brug laat bouwen, worden er eindeloze sterkteberekeningen voor het staal op losgelaten. En bij software aankomt, denkt men: makkelijk, je drukt op een knop en de brug gaat open. Men onderschat dat de regels code in, zeg, een televisie, duizend keer complexer zijn dan de staalconstructie van de Eiffeltoren.’
Gebrekkige kennis
De oorzaak van de gebrekkige informatica-kennis is volgens de Groote te herleiden tot het middelbare schoolonderwijs. ‘Op middelbare scholen werd op een gegeven moment informatica gegeven door afgekeurde gymnastiekleraren. Het ging helemaal niet om het vak. Er is in Nederland niet één informatica-faculteit meer, het onderwijs is onderdeel van andere studies. Overal is tegenwoordig informatica ingestopt en tegelijk doen we of het er niet is,’ verzucht de professor.
Zou dat komen omdat de gymnastiekleraren als vakdocent in het basisonderwijs nog maar weinig ingezet worden?