bestuur en organisatie / Partnerbijdrage

Hoe verhogen we de arbeidsmobiliteit en beperken we het beroep op uitkeringen?

Hoe versoepelen wij het ontslagrecht, hoe verhogen we de arbeidsmobiliteit en beperken we het beroep op uitkeringen?

03 juni 2014

AfbeeldingMr. M.J.M. (Marc) Schoonhoven

Het is een actueel onderwerp en dat zal het voorlopig ook wel blijven. Hoe versoepelen wij het ontslagrecht, hoe verhogen we de arbeidsmobiliteit en beperken we het beroep op uitkeringen?

Onze (initiatief)wetgever heeft in elk geval gemeend om door middel van de “normalisering” van de arbeidsverhoudingen binnen de overheid, een stap in de goede richting te zetten. Al eerder gaf ik aan dat het hier in feite alleen een harmonisering van het, laat ik het maar noemen, arbeidsprocesrecht betrof. Van een materiële harmonisering is nog geen sprake. De arbeidsvoorwaarden tussen bedrijfsleven en overheid zijn nog lang niet geharmoniseerd. Binnen de politiek wordt daarbij de stelling betrokken dat dit primair op de weg van de Cao-partijen ligt. Daar is zeker iets voor te zeggen. Bonden en werkgevers hebben hier in hoge mate een bepalende rol in. Maar niet alleen. Wil men echt tot een vergroting van de arbeidsmobiliteit komen, moet doorstroming op de arbeidsmarkt vergemakkelijkt worden, moet publieke en private samenwerking gestimuleerd worden, dan zal men ook eens met een andere bril naar die materiële arbeidsvoorwaarden, neergelegd in Cao’s en rechtspositieregelingen, moeten kijken. Wellicht dat in dit verband ook een keer het in het Nederlandse overlegstelsel gehanteerde sectorenmodel kritisch tegen het licht moet worden gehouden.

Vastgesteld kan worden dat wanneer mensen van baan wijzigen, ze dat veelal binnen hun eigen regio doen. Een verhuizing vanwege een nieuwe baan is veel meer uitzondering dan dat het regel is. Als dit nu in aanmerking wordt genomen, dan zou het streven er veel meer op gericht moeten worden om binnen de regio’s de arbeidsvoorwaarden te harmoniseren in plaats van het creëren van uniforme arbeidsvoorwaarden per sector. Uit het oogpunt van arbeidsmobiliteit is het immers minder van belang dat een ambtenaar in Maastricht een vergelijkbare rechtspositie heeft als de ambtenaar in Den Helder, maar is het veel belangrijker dat die arbeidsvoorwaarden van die Maastrichtse ambtenaar vergelijkbaar zijn met bedrijven in de regio. Dat nu vaststellend zou het tot stand brengen van regio-cao’s, mogelijk als koepel bijvoorbeeld voor de sectorale Cao, een nader onderzoek meer dan waard zijn.

Voorts dan nog het volgende. Als over harmonisering van arbeidsvoorwaarden wordt gesproken, over normalisering zelfs, is het dan niet zaak de arbeidsvoorwaarden binnen het openbaar bestuur te harmoniseren? Het is toch van de gekke dat een ambtenaar binnen de Rijksoverheid van 50 jaren met een 25-tal dienstjaren bij diverse overheden per ongeschiktheidsontslag nog recht heeft op een uitkering tot vrijwel de pensioengerechtigde leeftijd en diezelfde ambtenaar die 25 dienstjaren werkzaam is bij de gemeente en die 25 dienstjaren ook bij verschillende overheden heeft doorgebracht, slechts recht heeft op een uitkering van zo’n drie jaren. Wordt het nieuwe ontslagrecht ingevoerd met een versobering van de WW-rechten, dan zal hier bij het incorporeren in de ambtelijke uitkeringsstelsels toch degelijk naar gekeken moeten worden.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.