Overheid mag vervoersbedrijven coronasteun geven

Vervoersbedrijven mogen door het rijk worden gecompenseerd voor de verliezen die ze lijden door de coronacrisis. De Europese Commissie heeft de staatssteun in de vorm van een beschikbaarheidsvergoeding aan de NS en regionale OV-aanbieders goedgekeurd

Beschikbaarheidsvergoeding

Hiermee heeft staatssecretaris Stientje van Veldhoven de handen vrij om de in augustus toegezegde 1,5 miljard euro aan de vervoerders uit te keren. De beschikbaarheidsvergoeding is een compensatie voor de kosten die vervoerders maken om treinen, metro’s en bussen te laten rijden. Sinds dit voorjaar gelden er strenge beperkingen op openbaar vervoer en is het aantal reizigers fors teruggelopen. De vervoerders zijn wel gewoon blijven rijden, ook al worden hun kosten niet meer gedekt door de kaartverkoop. In totaal kunnen 14 vervoersbedrijven, die in opdracht van het rijk of een decentrale vervoersautoriteit rijden, aanspraak maken op de vergoeding. Van Veldhoven beloofde de bedrijven al eerder een compensatie, maar noemde de regeling wel een ‘financiële puzzel’, omdat de Europese regels staatssteun in de weg zitten.

Verlies

Het kabinet neemt nu 93% van de kosten die de ov-bedrijven maken op zich. Toch neemt dat niet alle pijn weg: de vervoerders nemen ook zelf een deel van het verlies. Volgens experts betekent dat voor de marktpartijen een verlies van in totaal tientallen miljoenen. Voor de eerste helft van volgend jaar heeft Van Veldhoven de bedrijven al 740 miljoen steun beloofd. Daar hoeft ze geen toestemming van Europa meer voor te vragen: die steun wordt gerealiseerd door de concessie-overeenkomsten tijdelijk aan te passen, en daar is geen melding voor nodig.