Lelystad verrast door stort Amsterdams afval

Raadsleden en bestuurders van Lelystad zijn verrast door de ontheffing die de provincie Flevoland verleende voor het storten van 6000 ton bedrijfsafval uit Amsterdam. Maar volgens gedeputeerde Jop Fackeldey is er niet zoveel aan de hand. ‘We hebben er de facto geen last van.’

Overvallen

Het bedrijfsafval wordt in Lelystad gestort omdat een deel van de Amsterdamse afvalcentrale AEB stil ligt vanwege de veiligheid, en niet al het afval meer kan worden verbrand. Een deel ervan wordt nu naar Lelystad doorgestuurd, en gestort op een stortlocatie aan de Zeeasterweg. De gemeente voelde zich overvallen door het besluit, maar kon er weinig aan doen. De ontheffing is een provinciale taak.

Calamiteit

Gedeputeerde Fackeldey benadrukt tegen Omroep Flevoland dat de provincie ook niet veel keus had. Als er sprake is van een calamiteit en er geen verbrandingscapaciteit meer is, dan moeten provincies elkaar helpen. ‘Als dat zo is dan heb je niet zoveel keus en moet je meewerken aan storten.’ Volgens Fackeldey ligt Flevoland voor de hand, omdat het afval het best een zo kort mogelijke route moet afleggen. Een deel van het Amsterdamse afval wordt ook in Noord-Holland zelf opgeslagen.

Capaciteit

Volgens de provincie is het storten van afval niet wenselijk, maar moet het omdat er geen capaciteit is. Om de overlast van stank voor de omgeving te voorkomen zal de berg worden afgedekt. Allemaal binnen de vergunning, zegt Fackeldey. ’In feite gebeurt er niet zoveel spannends.’ De ontheffing geldt tot 1 november dit jaar.