Kwetsbaar ambt
Anders dan voor een wethouder of minister leidt een motie van wantrouwen of afkeuring niet automatisch tot het vertrek van een burgemeester. Er moet in overleg met de commissaris van de koningin worden vastgesteld of er sprake is van verstoorde verhoudingen.
Dat de ‘normale staatsrechtelijke spelregels’ op de burgemeester niet van toepassing zijn, heeft te maken met diens bijzondere positie. De burgemeester heeft, zoals dat in bestuurlijk jargon heet, een eigenstandige positie: hij is lokaal bestuurder en vervult ook taken als rijksorgaan. De burgemeester is verantwoordelijk voor het bestuurlijk functioneren van de gemeente, een argument waarop Ruud Vreeman zich in Tilburg beriep.
De burgemeester wordt ook geacht besluiten van de gemeenteraad die in strijd zijn met de wet voor te dragen voor vernietiging. Deze bovenlokale verantwoordelijkheid betekent dat hij moet balanceren tussen verschillende belangen en rollen: burgemeester van de gemeente, voorzitter van het college en voorzitter van de gemeenteraad. De burgemeester doet dat in het besef dat sinds de invoering van het aanbevelingsrecht in 2001 de invloed van de gemeenteraad op zijn benoeming en herbenoeming fors groter is.
Door het aanbevelingsrecht wordt de burgemeester materieel door de gemeenteraad benoemd. Formeel is deze benoeming een zaak van de Kroon, maar sinds 2001 is in geen enkele gemeente een burgemeester tegen de aanbeveling van de gemeenteraad benoemd of herbenoemd.
Het effect van het aanbevelingsrecht is dat de positie van de burgemeester gewoner wordt. Zijn functioneren wordt steeds meer bepaald, net als dat van de wethouder, door de vertrouwensbasis in de gemeenteraad. Als hij het vertrouwen van de raad verliest, is vertrek vrijwel altijd onvermijdelijk, zeker als het gebrek aan vertrouwen wordt geventileerd door een motie van wantrouwen of afkeuring. Maar ook in die gevallen is opstappen niet vanzelfsprekend.
Johanna Liemburg van Littenseradiel overleefde twee moties van wantrouwen. Jan Oosterhof in Kampen bleef op zijn post ondanks een motie van afkeuring: na bemiddeling van de commissaris van de koningin en een gesprek met de fractievoorzitters mocht hij blijven.
Een burgemeester die het vertrouwen verliest, kan door de gemeenteraad niet zomaar de deur worden gewezen. De gemeentewet voorziet in een zwaardere procedure om te voorkomen dat de gemeenteraad over één nacht ijs gaat. Als de raad het ernst is, kan die aansturen op ontslag. Dat vereist een afkoelingsperiode waarin overleg wordt gevoerd met de commissaris van de koningin en met de burgemeester. Doel daarvan is om vast te stellen dat het niet om een incident gaat, maar dat er sprake is van verstoorde verhoudingen tussen de raad en de burgemeester. Als het zover komt, is dat schadelijk voor de bestuurlijke verhoudingen.
Het was daarom niet verwonderlijk dat de Brabantse commissaris van de koningin Van de Donk vorige week al gesprekken voerde met de Tilburgse fractievoorzitters toen duidelijk was dat het aanblijven van burgemeester Vreeman ter discussie kwam te staan omdat hij informatie voor de raad had achtergehouden over de bouwkosten van het zogeheten Adje-theater.
De oorzaken voor verstoorde verhoudingen tussen gemeenteraad en burgemeester zijn verschillend, maar leiden vrijwel altijd tot het vertrek van de burgemeester. In de huidige regeling, die op het punt staat gewijzigd te worden, ontvangt de burgemeester alleen wachtgeld als een verstoorde verhouding is vastgesteld.
Dualisme a la Francaise.