Advertentie

De regio: hoezo democratisch?

Toen ik met het wethouderschap begon vorig jaar mei, ontdekte ik dat we in Nederland een extra bestuurlijke laag hebben. Naast de drie bekende overheidslagen—nationaal, provinciaal en gemeentelijk- is er dus nog één. Vraag ik mensen buiten de gemeentelijke overheid hiernaar, dan hebben ze geen flauw idee waar ik op doel. En daaronder zijn collega-hoogleraren.

12 februari 2015

Toen ik met het wethouderschap begon vorig jaar mei, ontdekte ik dat we in Nederland een extra bestuurlijke laag hebben. Naast de drie bekende overheidslagen—nationaal, provinciaal en gemeentelijk- is er dus nog één. Vraag ik mensen buiten de gemeentelijke overheid hiernaar, dan hebben ze geen flauw idee waar ik op doel. En daaronder zijn collega-hoogleraren.

Ik doel op de regio als bestuurlijk niveau. Nog niet zo lang geleden was dat het gewest. Om één of andere reden spreken we nu van de regio. Het belooft—of is het “dreigt?”—de belangrijkste bestuurslaag te worden. Als wethouder van Hilversum werk ik het meest met collega’s in Hilversum, maar mijn interacties met de wethouders die dezelfde portefeuilles hebben in de andere steden van de regio Gooi- en Vechtstreek worden steeds belangrijker. Met de provincie heb ik geen bemoeienis als wethouder Sociale Zaken, Participatie, Hoger Onderwijs en Welzijn. Ik zou niet weten wat ik daar te zoeken heb. 


De landelijke overheid zie ik als wetmaker. Overleg met de staatssecretaris is belangrijk voor mij voor verheldering van wetten en beleid en voor haar omdat zij belang heeft bij een goede uitvoering. Maar gaat het om het vormgeven van beschutwerk, de werkkamer, de arbeidsontwikkeling en de uitvoering van de participatiewet, dan heb ik het vooral te doen met de regio.
 

Hetzelfde geldt voor de uitvoering van de nieuwe zorgtaken. Het belangrijke werk wordt in de regio gedaan. De regio neemt de inkoop van het merendeel van de “zorgproducten” op zich. De zogenaamde drie decentralisaties versterken dus niet zozeer de macht van de gemeenten, maar eerder die van de regio’s. Daar zijn er 35 van in Nederland. De logische weg is dat we afstevenen op 35 regiobesturen met 35 centrumgemeenten. Die regiobesturen zullen steeds meer macht krijgen zeker gezien de toenemende twijfels over de rol van het provinciale bestuur en de afnemende macht van nationale overheden in een Europese politieke unie.
 

Ik beleef de toenemende macht van de regio met gemengde gevoelens. Problematisch is dat ze vooral ingegeven is door bestuurlijke overwegingen. Het is duidelijk dat gemeenten alleen de nieuwe zorgtaken en de uitvoering van de participatiewet niet aankunnen. Ook een gemeente als Hilversum (met 86.000 inwoners) moet samenwerken. Dus spreken bestuurders over de noodzaak van de vorming van Gooistad: één stadsbestuur in de regio. Daarmee worden de afzonderlijke gemeentes opgeslokt. Het is de natte droom van de minister van Binnenlandse Zaken. Maar de redenering is louter bestuurlijk. Democratisch gezien is deze bestuurlijke toekomstvisie problematisch.
 

Laat me duidelijk zijn: het regionaal bestuur is nu niet democratisch geborgd. De Volkskrant had onlangs een hoofdartikel over dit probleem. Besturen met 10 bestuurders is lastig en wordt onmogelijk als 10 gemeenteraden zich er mee gaan bemoeien. De strategie is de regionale taken zoveel mogelijk te depolitiseren, en de regie aan de regionale ambtenaren te laten. Het komt veelvuldig voor dat wij, bestuurders, naar het regionale hoofdkantoor in Bussum togen om daar te vernemen wat de ambtenaren bedacht en ontworpen hebben. Daar hebben we wat discussies en nemen het compromis mee naar onze gemeenten om de gemeenteraad voor een fait accompli te stellen. ‘Want men begrijpt toch wel dat er in dit stadium niet veel veranderd kan worden.’ 

Deze manier van opereren doet verdacht veel denken aan de werkwijze van de EU. Ook daar maken ambtenaren de dienst uit en kunnen nationale parlementen niet veel meer doen dan instemmen met wat in Brussel bekokstoofd is. Bestuurlijk is dat effectief, maar deze werkwijze heeft een negatief effect op de democratische kwaliteit van deze samenleving.
 

In de Gooi- en Vechtstreek leeft het probleem en we zoeken naar oplossingen zoals de aanstelling van gemeenteraadsleden als ambassadeurs. Maar dat is niet afdoende. Het probleem is dat de logica van de democratie niet bestuurlijk is, maar sociaal. Jammer genoeg denkt menigeen dat democratie een zaak is van parlementen en gemeenteraden, met representatieve vertegenwoordigingen en kiesrecht. Maar zoals onder meer Robert Putnam en Jos de Beus duidelijk hebben gemaakt is een waarlijke democratie populistisch, in de goede zin van het woord. In een goede democratie zijn burgers betrokken bij wat hun vertegenwoordigers doen in de raden en het parlement, maakt de politieke besluitvorming nieuws in de media, zijn verschillen van meningen en zienswijzen onderwerp van discussie in cafés, op de sportvelden, op het werk en aan eettafels.

Op gemeentelijk niveau is het realiseren van die democratie al problematisch. We discussiëren in de raad alsof de wereld ervan afhangt maar de Hilversumse wereld doet in werkelijkheid sporadisch mee. En dat terwijl we met veel Hilversummers spreken. Maar de verbinding met de wereld van regio ontbreekt geheel. Bussum, Huizen en Muiden voelen als het buitenland. Ze zijn net als België en Spanje in Europees verband: ze staan ver van ons af en echte wederzijdse interesse ontbreekt. We hebben geen gedeelde leefwereld, laat staan een publieke ruimte. Een democratisch lichaam met een ontbrekende samenleving die haar kan bezielen, is levenloos en wordt louter een bestuurlijke aangelegenheid. 
 

Ik zou inzetten op de lokale democratie. Alleen een plaatselijke context biedt kansen voor een ware democratie. Voor de regio is een senaat een mogelijkheid, waarin vertegenwoordigers van de diverse gemeenteraden zitting nemen. Hoe dan ook willen we voorkomen dat de bestuurlijke logica de overhand neemt en de democratie weg kwijnt.

Arjo Klamer

Reacties: 6

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Marjo Sinoo
Prima column, Arjo!

Jennie
In plaats van columns te schrijven, kan wethouder Klamer beter een aan het werk gaan. In zijn gemeente Hilversum is er opnieuw flink gefraudeerd met uitkeringsgeld. Kennelijk leert men daar niet van eerdere misstappen.

Klamer is een echte SPer: Sociale Praatjesmaker.

Maar daden, ho maar !
Marcel van Osch / Raadslid Zaltbommel
Vraag aan de heer Klamer. Wat is het verschil tussen een 'senaat' (vertegenwoordigers van de raden) en de gemeenschappelijke regeling waarin raadsleden zitting hebben? U snijdt een probleem aan maar biedt geen oplossing. Jammer.
Rik / journalist
En dan is de heer Klamer nog min of meer 'democratisch gekozen'. Maar soms zijn het de burgemeesters die in een regio samen besluiten in een regiobestuur over openbare orde, brandweer of politie. Ze zijn vast wel van goede wil, maar dan is de democratie compleet buiten spel gezet.
Wim Helder / adviseur
Ik ben het helemaal met je eens. De drie decentralisaties

die nu actueel zijn worden gemotiveerd door de redenering dat de gemeente zo dicht bij de burger zou staan. Tegelijkertijd wordt in de uitvoering van alles in regionaal verband uitgevoerd, zonder democratische controle en zonder inspraak via burger- of cliëntenparticipatie.
F. Hakstro / Beleidsmedewerker
Laat alsjeblieft de ambtenaren in de luwte hun werk doen. Democratie is geen doel op zich. Een gemeente is meer dan alleen politiek, maar ook een organisatie met taken dicht bij de burger. De eenzijdige belichting is erg vermoeiend.
Advertentie