Advertentie
carrière / Nieuws

Jonge ambtenaren willen coach, geen baas

Een coachende stijl van leidinggeven, met veel vrijheid bij het invullen van taken. Jonge ambtenaren geven daar veelal de voorkeur aan. Van leidinggevenden bij de overheid vraagt dat veel. Die zijn zelf vaak opgegroeid in hiërarchische structuren.

10 maart 2020
jonge-ambtenaren-stock.JPG

Een coachende stijl van leidinggeven, met veel vrijheid bij het invullen van taken. Jonge ambtenaren geven daar veelal de voorkeur aan. Van leidinggevenden bij de overheid vraagt dat veel. Die zijn zelf vaak opgegroeid in hiërarchische structuren.

Niet topdown

Over de stijl van leidinggeven die hij waardeert zegt Danny van de Laarschot (36), projectleider Woningbouw in Bernheze: in ieder geval niet topdown. ‘Geen manager die jou zegt wat je moet doen, maar een die vertrouwen geeft en vraagt: waar heb jij behoefte aan, en dan JIJ met hoofdletters? Gelukkig hebben de leidinggevenden waar ik tot nu toe mee heb gewerkt deze rol goed opgepakt; ik kreeg en krijg veel vrijheid in de wijze waarop ik mijn functie kan vervullen.’   


Personeelsschaarste
J
onge ambtenaren weten vaak goed wat ze willen. Onderzoek (A&O fonds Gemeenten en jonge ambtenarennetwerk FUTUR) geeft aan dat vrijheid, zelfstandigheid, autonomie, en flexibiliteit voorwaarden zijn waar hun werk moet voldoen. Het zijn zelfs de meest genoemde redenen om te (blijven) werken bij een gemeente. Kunnen jonge medewerkers zich niet ontwikkelen op de manier die zich voorstellen, dan raken ze gefrustreerd. Met de huidige krapte op de arbeidsmarkt kunnen leidinggevenden er niet omheen tegemoet te komen aan de behoeften van de nieuwe generatie. Gebeurt dat niet, dan zijn ze snel weer vertrokken – binnen een jaar vaak.


Frisse blik
Anna Reith (26) is eveneens te spreken over de ruimte die haar wordt gegund. Zij werkt bij de gemeente Apeldoorn als adviseur-projectleider burgerparticipatie en gebiedsgericht werken. Uit gesprekken met generatiegenoten en collega’s in netwerken van jonge ambtenaren weet ze dat het ook anders kan gaan. ‘Je ziet vaak dat beginnende ambtenaren super-ambitieus en creatief zijn, buiten bepaalde kaders durven te denken. Die frisse blik is wat van hen verlangd en verwacht wordt. Maar hun managers en opdrachtgevers vinden het dan soms toch lastig die ruimte echt te geven.’


Informeler
Astrid Benschop (29) is sinds kort communicatieadviseur bij de gemeente Deventer en deed eerder ervaring op bij twee private werkgevers. Zij ziet de “klassieke” rol van de manager veranderen, ook in haar huidige baan. Het gaat informeler, waarbij volgens haar feedback vaak wordt gegeven ‘bij het koffieapparaat’ in plaats van tijdens periodiek vastgestelde momenten.


Omgaan met verschillen
Een eenduidig recept voor het begeleiden van jonge medewerkers is er niet, volgens Brandon Pouw (26), beleidsmedewerker Bestuurlijke Zaken bij de provincie Zuid-Holland. Hij benadrukt dat lang niet alle jonge medewerkers hetzelfde zijn, al horen bij de nieuwe generatie wel gemeenschappelijke kenmerken. ‘Om die reden vind ik het belangrijk dat leidinggevenden goed omgaan met verschillen en niet een soort vast stramien hanteren om mensen te beoordelen op het vlak van hun persoonlijke ontwikkeling en hun inhoudelijke prestaties.’

Lees het hele verhaal over jonge ambtenaren deze week in BB05 (inlog).

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Janet / beleidsadviseur
En dit geldt alleen voor jonge ambtenaren? Ik ben een oude ambtenaar en heb dezelfde behoeftes. Ik weet zelf hoe ik mijn werk kan indelen en kan zelf bepalen wat ik precies doe en veel collega's van mij kunnen dat ook. En ik werk ook bij een gemeente.

Er wordt te vaak alleen maar gekeken hoe jongeren bij de organisatie kunnen en willen blijven. Dat is heel belangrijk want je moet zorgen dat je alle generaties behoudt. Maar de wat oudere medewerkers zijn net zo belangrijk. Juist in het samenspel kan je het meest profijt krijgen van de specifieke kennis en kunde van iedere leeftijdsgroep en iedere persoon.
Manu / Beleidsadviseur
Ik kan alleen maar beamen wat Jantje reeds heeft geschreven. Daar heb ik helemaal niets meer aan toe te voegen. Jantje slaat de spijker op z'n kop.
Advertentie