Advertentie

'Jeugdzorg kan kwart goedkoper'

De jeugdzorg in Nederland kan veel effectiever, efficiënter en daarmee minstens een kwart goedkoper. Dat stelt de Nijmeegse hoogleraar speciale kinder- en jeugdzorg Jan Willem Veerman.

29 augustus 2013

De jeugdzorg in Nederland kan veel effectiever, efficiënter en daarmee minstens een kwart goedkoper. Dat stelt de Nijmeegse hoogleraar speciale kinder- en jeugdzorg Jan Willem Veerman in een interview met Binnenlands Bestuur.

Onvoldoende ondersteuning professionals

Volgens de aan de Radboud Universiteit verbonden professor modderen we zomaar wat aan waar het de zorg om onze jeugd betreft. Met de inzet en de bedoelingen van de professionals in de sector is volgens hem weinig mis. Maar de vraag is of ze wel de goede dingen doen en er genoeg wetenschappelijke en beleidsmatige ondersteuning voor krijgen.

Slechts 50 behandelingen bewezen effectief

Van de naar zijn schatting duizend mogelijke interventies in de jeugdzorg blijken er volgens hem ten hoogste 5 procent bewezen effectief. Over nog eens 10 procent van de behandelingen valt hooguit ‘met enige indicatie’ wat te zeggen over de effectiviteit. Zo’n 30 procent is maximaal theoretisch onderbouwd, zonder dat er onderzoeksgegevens zijn. ‘Maar van bijna 60 procent van alle interventies weten we het gewoon niet!’, zegt Veerman.

Effectladder

Veerman pleit voor het hanteren van een effectladder in de jeugdzorg. ‘ Alle duizend interventies zou je naar gelang hun positie op de effectladder kunnen financieren. Op de hoogste sporten komen dan de interventies die qua effect cijfermatig zijn te staven, een treetje lager interventies die theoretisch zijn onderbouwd en onderaan die waarvan je kan laten zien dat ze zinnige dingen doen, maar waarvan de onderbouwing nog ontbreekt.’

Desinteresse bij ambtenaren

Politici en hun ambtenaren, zo constateert Veerman, zijn bitter weinig geïnteresseerd of de praktijk zich met de goede dingen bezighoudt. De beleidsmakers vinden de inhoud een zaak van de instellingen van jeugdzorg. De bestuurders van die instellingen – de goede niet te na gesproken – hebben vaak te weinig feeling met wat er zich op de werkvloer afspeelt. Bij inhoudelijke beleidsvragen verwijzen die naar de managers. Die managers delegeren op hun beurt die vragen gelijk door aan de professionals. En zij hebben niet de tools, de middelen en de tijd om te ontdekken of hetgeen ze aan interventies plegen – behandelingen, trainingen, opname in een instelling, plaatsing in een pleeggezin, etc. – werkelijk effect sorteert. Veel van wat ze doen, gebeurt volgens hem ‘op intuïtie, op wat ze goed ligt, wat goed bij ze past.’

Efficiënter en goedkoper

Hij denkt dat de jeugdzorg veel efficiënter en daardoor minstens een kwart goedkoper kan door onder andere het beter benutten van kennis en minder lang behandelen. Voorwaarde is wel dat er meer moet worden gemeten. Door na iedere behandeling systematisch de opgetreden verandering vast te leggen, krijgen hulpverleners een beeld van bij wie wel en bij wie geen vooruitgang wordt geboekt. Als dat op grote schaal gebeurt komen bepaalde patronen eerder aan de oppervlakte. Dat vergroot de kennis over wat werkt in de jeugdzorg en wat niet.

De overheveling per 1 januari 2015 van de jeugdzorg van het rijk richting gemeenten biedt volgens hem dé kans om juist daar eindelijk eens serieus en diepgaand naar te kijken.

Lees het volledige interview in Binnenlands Bestuur nr. 17.

Reacties: 16

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

ambtenaar / secretaris
Ik werkte ooit 13 jaar in de jeugdzorg en aanverwanten op uitvoerend niveau. Toen was jeugdzorg speelbal van normaliserende krachten, mensen aanpassen aan de normen moest, dat zal nu vast niet anders zijn. Ik had veel onbekwame collega's met weinig effectiviteit van hun werk. Ik had weinig krachtige leidinggevenden en als uitvoerende zocht je het dus zelf wel uit. De laagopgeleiden geholpen door de iets hoger opgeleiden met de nog iets hoger opgeleiden leidinggevenden. Alles bij elkaar lijkt er weinig veranderd te zijn. Ik zie wel elke keer en steeds meer dat verdomde geloof in meten bovendrijven. Ik denk dan aan de thuiszorg of -verpleging waar men aan het meten is i.p.v. aan het werk, waar de individuele inzet van mensen bepaald wordt door minuten toe te kennen aan handelingen. De weg van het eindeloos meten moeten we niet opgaan met de jeugdzorg. Gecertificeerde zorg idem dito, ik heb zelden zoveel bureaucratie bij elkaar gezien als in certificeringstrajecten. Het geloof dat alles goedkoper kan ( toe maar een kwart goedkoper) is ook niet meer weg te denken. Wat de "ongeinteresseerde ambtenaren" betreft is het handig om eens te kijken hoeveel uren er beschikbaar zijn om de jeugdzorg te "sturen". Hoeveel kan je bereiken met zo weinig uren? De vraag is of dat sturen door ambtenaren wel zo nodig is. Ik denk nog na over nieuwe wegen en oplossingen met simpele gedachten en modische kreten gaan we de jeugdzorg niet vooruit helpen.
Lex Hofstra / Wethouder Jeugd, Onderwijs, Zorg & Welzijn
Om de 'pedagogische civil society' en preventie meer vorm te kunnen geven in onze gemeente Krimpen met 29.000 inwoners, voer ik o.a. gesprekken met zorgaanbieders in de jeugdzorg, huisartsen en Wmo-adviesraad. Om de al ingeboekte 'efficiencywinst' van de bezuiniging van 20 tot 25% te kunnen realiseren, sommigen spreken zelfs al van 1/3, ben ik in overleg om meer in te zetten op lokale, ambulante zorg in en rondom het gezin en de school. Daarmee hoop ik te realiseren dat er minder een beroep wordt gedaan op de dure, gespecialiseerde, intramurale zorg. Daarbij kies ik voor het principe van 'high trust, high penalty', dat uitgaat van vertrouwen, samenwerken, innoveren, creëren, initiëren en communiceren. Dit is het nieuwe paradigma vanuit het sociaal-constructivisme, dat wij nu nodig hebben om de maatschappelijke vraagstukken waarvoor wij staan aan te kunnen pakken i.p.v. het oude paradigma van het logisch-positivisme van waaruit professor Veerman redeneert.
Jacques Wim van Weperen / Voormalige afnemer jeugdzorg
Wat mij vooral opviel tijdens de zorg is dat daar veel mensen werken die zelf geen kinderen hebben (en vaak geadopteerd zijn). Dan is een gemis. Het is leuk dat je een uitstekende cursus volgt van Triple P, maar dan nog. Het aan kinderen geven van een cursus denken in alternatieven en mindfulnes is prachtig, maar zijn ze daar niet nog te jong voor? Het zou beter zijn als iedere volwassene hem (verplicht) volgde.
annelies
Fijn dat er professoren zijn als deze! Gooi er nog een schema tegenaan, maak er nog een extra lijstje bij, laat vooral de mensen in het veld nog meer verslagen maken en papieren opstellen en bij de jeugdzorg zit het goed... Tjonge, als al dit soort theoretisch geneuzel nou eens achterwege bleef, dan had het management de tijd om met eigen ogen te zien of een medewerker effectief werkt of niet. Dát zou de jeugdzorg eindelijk echt ten goede komen!
janicos / Maatschappelijk werker
Jeugdzorg kan goedkoper. maar dan in de zin van het afschaffen van allerlei werkgroepjes, en voor hun eigen belang opkomende "professoren". Meneer Veerman heeft uiteraard een eigen bureautjes dat gelieerd is aan een universiteit en een politieke partij. Het zou transparant zijn meneer Veerman als u al u nevenfuncties opsomt en open vertelt wat uw werkelijke bedoelingen zijn met artikelen als dit. Als oranisatie hebben wij meneer Veerman uitgenodigd om zijn verhaal empirisch te komen onderbouwen. dat kan, mits riant vergoed en na minimale afname van een boekje. Wat mij vooral opvalt aan de transitie is dat niemand luistert naar het werkveld en de ideeen die vanuit deze laag medewerkers komt. Mijn stellige indruk en dat heb ik niet empirisch onderzocht, is dat deze transitie, een verkapte bezuiniging is. Jeugdzorg (wat dat ook moge zijn) krijgt 25 % minder financiele middelen. De politiek en nu ook de wetenschap proberen ons te verkopen dat dit het werken met jeugdigen efficienter en beter voor de client maakt. Er is niemand van deze partijen die kan uitleggen hoe dit dan werkt? Als het zo goed werkt, waarom dan deze lijn niet doortrekken naar bv de bijschnabbelende hoogleraren en graaiende bestuurders? Als u nou geheel en al gratis ons komt uitleggen hoe bezuinigingen de jeugdzorg beter maken, dan wordt het vast nog wel wat. Of is al dit artikel een laatste poging tot politieke bijval? Deze bezuinigingen zijn rampzalig, meneer d eprofessor. Transitie prima! ben ik voor. Maar het gaat meer en meer kostenm. meer dan u ooit heeft voorzien. en dat zou uw inbreng moeten zijn: visie!. In de gemeente waar ik woon gaat de vrouw van de burgermeester CJG coorrdinator worden?!?! He? deze mevrouw: voorheen onze gereformeerde groentenboer en altijd bereid tot sociale preeksels. Zonder opleiding, dat wel, gaat ons redden! De rest gaat naar vrijwilligers. De voormalig groenenboer die LVG-ers aanstuurt om de sociale nood te lenigen. Ik heb er nu al zin an: de soap die transitie heet. En god is nu ook al met ons! Na 2015 gaan er doden vallen meneer Veerman en dan wil ik graag uw visie horen op deze bezuinigingen. Dan verwacht in minimaal het boetekleed, geflankeerd door bonusloos ontslag.
Marchand
Meer vastlegging lijkt tot op heden nooit gewerkt te hebben. Geld weer terugverdienen door bv. zoiets als parlementair enquete-rijpe CJG's voor 80% te ontmantelen, lijkt me zinvoller. Gewoon aan het werk, in instellingsonafhankelijke teams met interventies die de afgelopen 20 jaar succesvol waren (er ligt genoeg ervaringsmateriaal ondertussen).
Cora Janssen / 1e lijnspsycholoog, k&j psycholoog, spec.
Deels ben ik het eens met met Dhr Veerman. Voorwaarde is echter wel dat de evidence based behandelingen, die vaak gevat zijn in standaard protocollen, ook door de juiste professionals uitgevoerd worden. Vaak wordt dat overgelaten aan psychologen in opleiding of HBO geschoolden. De evidence is verkregen in onderzoekssettingen waarbij er juist goed op het protocol geselecteerd wordt middels diagnostiek en de behandeling nauwlettend gevolgd en getraind. De evidence verliest zijn waarde als dat in protocollen gebruikt wordt als een standaard' kunstje'. In de jeugdzorg, met nadruk, is procesdiagnostiek van belang. Dit gezien de ontwikkeling van kind/jeugd, maar ook kan de diagnostiek soms toch wat minder hard zijn. Dan is de klinische blik en ervaring van groot belang en kan de behandeling aanpassing vereisen. Dat is dan volgens de wetenschap niet meer evidence based, maar levert wel maatwerk en betere zorg op individueel niveau.

Ik snap de redenering dat we zoveel mogelijk evidence based moeten werken, maar het is de toepassing waar het soms aan schort. Diezelfde directies en managers moeten met hun budget uitkomen en kiezen dan. voor goedkopere krachten in de uitvoering van protocollen, behandelingen. Het kan zijn dat dan evicence based het kind met het badwater weggegooid wordt.
JaapvV / adviseur
Goeie analyse, m.n. wat betreft de desinteresse bij politici en ambtenaren. Die willen juist goedkoop en laten inderdaad aan instellingen over wat ze ervan bakken. Lijnrecht in dus tegen hun verantwoordelijkheden.



'Goedkoper' past dus goed in de eendimensionale doelstellingen van een aantal gemeentelijke overheden. En meer meten? Beter lijkt me om meer aan 'resultaatmanagement' te gaan doen en goed af te spreken wie daarvoor verantwoordelijk is op basis van de inzet van welke middelen.
Verontruste ouder / Ouder
Prof. Veerman is nog redelijk mild in zijn oordeel over de jeugdzorg. Er is ook een onderzoek van prof. Slot uit 2002 waaruit naar voren kwam dat jeugdzorg in 28% van de gevallen effectief was, in 38% van de gevalllen er geen vooruitgang was en in 33% van de gevallen zelfs achteruitgang.



Kortom het aantal kinderen dat door jeugdzorg van de regen in drup wordt geholpen ligt hoger dan het aantal kinderen dat wel geholpen wordt. Om die reden zijn er ook deskundigen die pleiten om de volledige jeugdzorg af te schaffen, want per saldo is het een maatschappelijke verliespost.



Van OTS en UHP is zelden het maatschappelijk nut aangetoond.



Mijn stelling is dan ook dat jeugdzorg er niet is voor de kinderen, maar de kinderen zijn er om de jeugdzorg in stand te houden.



Er zijn kinderen die geholpen worden, maar dat weegt niet op tegen het grote aantal slachtoffers van de jeugdzorg.





PH
Ja leuk en aardig, maar heeft de professor ook van achter zijn bureau nagedacht hoeveel die bewezen methodieken kosten? Nee waarschijnlijk niet! Al die methodieken komen overgewaaid uit de VS en kosten minimaal 80.000 Euro per jaar, per traject en hij wil de jeugdzorg goedkoper maken? De nu beschikbare jeugdzorg is veel goedkoper dan al die zogenaamd bewezen methodieken. Al die ladders enz.. ja, ook dat kost geld, want als instelling moet je dat allemaal bijhouden, moeten je mederwerkers continu geupdated zijn, je moet ze registreren en jaarlijks hiervoor betalen enz..

Laten we beginnen met het creeren van de laagdremplige zorg wat de gemeenten tot nu hadden nagelaten waardoor al die kinderen in de zwaardere zorg en de zogenaamde tweede lijn zorg terecht kwamen. Dan neemt de druk op de geindiceerde jeugdorg af en komen alleen kinderen die echt specifieke zorg nodig hebben bij de specialistische zorg terecht. Daarna kunnen we praten over wat echt effectief is. Nu zijn heel wat zorgtrajecten niet effectief, omdat de kinderen onnodig in zulke trajecten terecht komen en omdat de indicatiestelling, lees: de diagnose niet klopt. Laten we de volgorde niet gaan omdraaien.
janicos / Maatschappelijk werker
Ik lees weinig empirische onderbouwing voor wat de hypothesen en stellingen van heer Veerman betreft. Natuurlijk is er bijval vanuit de beroepsgroep die hier het meest bij te winnen heeft bij zijn plannen. Ik vraag me ook af of de collega psychologe werkzaam is in Nijmegen? na de heren Diekstra en Stapel verbaast mij niets meer. Echter, het is wel de beroepsgroep die niet zelden de voortgang van AMK onderzoeken of onderzoeken vanuit de Raad voor de Kinderbescherming onmogelijk maakt. De psychologen en ivoren torens van de GGZ. De Raden voor Kinderbescherming vragen al decennia om informatie bv bij eerste lijnspsychologen, maar krijgen die zelden of nooit. Ook al geven ouders toestemming. Ik stel voor dat het VERPLICHT wordt voor deze uiterst kostbare club wereldverbeteraars om informatie te geven. het is bekend dat slechteen paar % van alle interventies boor bv de RIAGG effectief is. Ik ben dan ook van meing dat meten een geweldig idee is, naast d eplicht tot informatieberschaffing. Dan kunnen andere priofessionals hun werk een stuk beter doen en kan er uiteindelijk een afrekening plaatsvinden op de plaats waar de wanprestatie wordt geleverd. Het meten mag en kan natuurlijk ook niet door de GGZ zelf gebeuren. Een slager kan natuurlijk niet zijn eigen vleesch keuren, hoe geweldig en oprecht men zichzelf ook inschat. Recente frauduleuze blunders in de wereld van de wetenschap zijn hier het duidelijkste bewijs voor. Ook De GGZ en de vrijgevestigde psychologen moeten targets krijgen en een slagingspercentage van minstens een procent of 80. Laten we niet alle fouten bij 1 instyelling neerleggen en vooral onafhankelijk toetsen. Dat levert heel veel op. De jeugdzorg wordt beter en het kan zuiniger. Dat staat vast.
C. Rogt
Het verhaal van Veerman wordt prachtig geillustreerd in Amsterdam. Daar stijgen de kosten de pan uit en zijn er constant wachtlijsten en is er bijna continu verscherpte aandacht van de Inspectie vanwege het gebrek aan zorg van BJAA voor kinderen.



Maar gek genoeg doen politici en BJAA zelf alsof het gewéldig gaat. BJAA blijft dan ernstig in gebreke qua veiligheid voor dekinderen maar niet getreurd: dan neemt men een reclamebureau in de hand die T-shirts, buttons en banners maakt met 'elk kind veilig'. En men organiseert met veel vertoon een congres daarover.



De Amsterdamse Rekenkamer wijst er jaar na jaar op dat zaken niet goed gaan op deze manier. Geld voor wachtlijsten komt niet bij de kinderen aan, de jeugdzorg is in werkelijkheid totaal niet verbeterd. Zie de rapporten van 2012 en 2013 van de Amsterdamse Rekenkamer. Maar zo'n rapport verdwijnt dan in de la.



Ouders klagen zich suf maar de gemeente, wethouder en de DMO, hebben daar geen zin. Ze sturen klachten over BJAA zo door naar BJAA, alsof dat de bedoelng van klagers is. Gerritsen, de bestuurder, doet op internet en in de media dat klagers zich dan bij hem moeten melden. En dan schuift hij het af op managers, precies zoals door Veerman beschreven.



En ondertussen is de situatie ten hemel schrijend, steeds meer Amsterdamse ouders klagen zich helemaal gek, ook op Twitter en internet (zie jeugdzorg dark horse).



En let op, wat gebeurt er nu dit artikel van Veerman hier is verschenen? Uitgerekend deze bestuurder van BJAA, Erik Gerritsen die ook in columns in Binnenlands Bestuur niets anders doet dan om geld bedelen, reageert io Twitter dat hij denkt dat de jeugdzorg nog veel goedkoper kan dan Veerman zegt.



Dat is de vlucht naar voren. Want Gerritsen meent dat niet, hij wil altijd maar meer geld dat weet iedereen die hemvolgt. Maar zo probeert hi jde angel uit de kritiek te halen en toch weer het vertrouwen van gemeenten te krijgen. En die geven hem dat vast weer, hij is de adviseur van de VNG immers. (ook al onbegrijpelijk gezien de nauwe banden met Jeugdzorg Nederland, die altijd meer geld wil en klachten afdoet.



Gemeenten moeten dit spel gaan doorzien, of anders wordt de jeugdzorg nooit goedkoper.
wim.van.geffen / directeur
De stelling van Veerman roept een belangrijke discussie op over het nut van meten van resultaten in de Jeugdzorg. Als interventie MST (Multisysteem Therapie) vinden wij het vanzelfsprekend om verantwoording af te leggen over onze resultaten. Ouders, financiers en eigenlijk idereen is erbij gebaat om de kosten tegen de baten van de zorg af te zetten. Op basis van onze metingen kunnen we zeggen dat we in 2012 809 jongeren, die op het punt stonden uit huis geplaatst te worden, gedurende gemiddeld 139 dagen behandeld hebben. Na afloop woont daarvan nog 92% thuis. Wij zijn hier wel trots op, maar zouden het graag vergelijken met andere interventies. Helaas wordt door andere programma's niet zoveel gemeten nog ....
Frits van Vugt / Public Consulancy & voorzitter van 2 lokale rekenkamers
Helemaal eens met Veerman!

Ook ik merk in mijn werk als (extern) adviseur en onderzoeker dat veel politici en ambtenaren nauwelijks geïnteresseerd lijken in de mate dat de (vaak zwaar gesubsidieerde) interventies (voldoende) effectief zijn. Dat is niet alleen op het terrein van jeugdzorg, maar ook in het welzijnswerk, ouderenzorg, geestelijke gezondheidszorg (op dit punt eens met "Janicos"). Er wordt soms wel lippendienst aan bewezen (het wordt bv vooraf wel als voorwaarde gesteld), maar het speelt geen rol bij de verantwoording/afrekening.

En dan hoeft een methode niet per se (liefst wel natuurlijk) evidence based te zijn in de zin dat er niet alleen goed is geëvalueerd, maar ook vergeleken met controlegroepen. Minimaal zou er voldoende 'aantoonbare baat' (resultaat) moeten zijn, dat toe te rekenen valt aan de interventie.

Ik snap nog steeds niet dat dat niet als harde voorwaarde wordt gesteld bij sociale interventies, welke doelgroep ze ook betreffen.

Te vaak blijkt achteraf - als er dan eindelijk wel een adequate evaluatie plaatsvindt door een onafhankelijke organisatie - dat de methode niet of nauwelijks heeft gewerkt. Weggegooid geld dus. Heeft dan alleen maar werkgelegenheid voor professionals opgeleverd i.p.v. goede zorg voor betrokkenen.

Ik roep alle gemeenten op om véél consequenter te gaan kijken, bij de overheveling van zorgtaken (AWBZ, jeugdzorg), welke interventies nou echt nut hebben: aantoonbaar bijdrage aan het oplossen van het sociaal-psychisch probleem van de client. En niet alleen afgaan op de signalen van professionals dat alles goed gaat, altijd al goed is gegaan, en dat ze geen pottenkijkers in de vorm van opdrachtgevers nodig hebben. Laat de Transities de bedden maar eens opschudden. Dat is beter voor de zorgbehoevenden en beter voor de financiën...

Ik vermoed dat Veenman er overigens niet ver naast zit dat de jeugdzorg een kwart goedkoper (en beter!) kan.... Dat geldt ook voor andere zorgterreinen. En dan neemt Veenman nog eens niet mee dat de kostprijzen van zorg (vooral intramurale zorg) de laatste 10 jaar fors hoger zijn geworden. Ik heb het dan niet over het volume maar over de prijs per behandeling/bed. Ministerie en provincies zijn er afgelopen jaren niet in geslaagd om scherp naar die prijzen te kijken. Ook dat vergt een andere opstelling van gemeenten in de toekomst: scherpe zorginkopers..... Ik denk dat veel gemeenten hier nog onvoldoende bij stil staan.
Cees / sectorhoofd
Al dat gepraat over effectiviteit betekent dat de idealen waar politici voor staan naar de achtergrond verdwijnen. In veel onderzoek naar effectiviteit van interventies komt naar voren dat deze niet werken voor laag opgeleide mensen. Betekent dit dan dat we deze mensen niet moeten helpen?
Sascha Baggerman / oud-gedeputeerde Jeugdzorg Noord-Holland, lid RvT Parlan (jeugd- en opvoedhulp)
Er wordt veel gezegd en geschreven over de jeugzorg, maar de vraag blijft wie daar beter van wordt. De transitie biedt zeker een mogelijkheid om zaken tegen het licht te houden en te verbeteren, maar het is de vraag of dat ook gebeurt. De jeugdzorg wordt door alles en iedereen op de vingers gekeken en de kritieken zijn negen van de tien keer niet mals. Begrijp me niet verkeerd, er kan zeker veel verbeterd worden in de jeugdzorg. Het kan vast goedkoper, effectiever en met meer respect voor jongeren, ouders en pleegouders, maar ook voor alle werkers in de jeugdzorg. Ik heb vooralsnog niet gehoord hoe dat dan kan.

Tja, bewezen effectief. Maar hoe meet je dat dan? En wat meet je? Of een kind niet uit huis geplaatst wordt? Of het gelukkig is? Niet op het verkeerde pad terecht komt? Over 10 jaar nog steeds tevreden is? Wat meten we? En wat is onze standaard?

Mijn ervaring met de jeugdzorg is dat er twee kinderen in de jeugdzorg zitten. Ten eerste de kinderen met aangeboren gedragsproblematiek, die geholpen moeten worden met het accepteren hiervan en een positie te verwerven binnen onze samenleving. Aangeboren gedragsproblemen zijn lastig, want niet zichtbaar en ook niet altijd definieerbaar voor wetenschappers (want is ADHD nu aangeboren of aangeleerd? Waar ligt de grens?).

En ten tweede kinderen die als gevolg van hun situatie thuis extra ondersteuning nodig hebben. Bij deze groep moeten niet de kinderen hulp en zorg krijgen, maar de ouders. Als kinderen onhandelbaar worden doordat geestelijke of fysieke mishandeling, soms veroorzaakt door schuldenproblematiek of verslavingen bij de ouders, moet je niet de kinderen de zorg intrekken, maar de ouders.

Hier valt mijns inziens de "winst"te behalen voor gemeenten. Zorg ervoor dat de schotten tussen zorg en welzijn worden weggehaald en dat hulpverleners kunnen bieden wat nodig is, ongeacht uit welk 'potje' het komt. Maak de problemen niet groter dan ze zijn.

Uiteraard is dit een gechargeerde weergave van de werkelijkheid, maar wel een die ik de afgelopen jaren veelvuldig heb gezien.

En belangrijker dan een wetenschappelijke onderbouwing is het luisteren naar het kind. Zij weten als geen ander waar ze behoefte aan hebben.
Advertentie