ruimte en milieu / Partnerbijdrage

'Geef het bedrijfsleven een rol bij verduurzamen'

'Geef het bedrijfsleven een rol bij verduurzamen'. 'Onderhoud en verduurzaming van vastgoed is geen taak voor gemeentelijke afdelingen'.

jan-franx-gooise-merenf0d470ecac286a468325ff00005f5efc.jpg

De gemeente Gooise Meren wil vijf belangrijke gemeentelijke gebouwen verduurzamen tijdens het reguliere langjarige onderhoud. Dat is niet bijzonder. Wel dat onderhoud en verduurzaming worden uitbesteed aan particuliere bedrijven. Onderhoud en verduurzaming van vastgoed is geen taak voor gemeentelijke afdelingen, vindt wethouder Jan Franx (VVD) van ruimtelijke ontwikkeling, vastgoed- en grondbeleid.

In de diverse kernen van Gooise Meren gaat het om vijf panden: het gemeentehuis, een instelling voor dagbesteding voor mensen met een beperking, een groot zwembad, een multicultureel centrum met bibliotheek en huisartsenpost. “En de grootste uitdaging van allemaal, het oude monumentale stadhuis in Naarden”, vertelt Franx. De vijf panden zijn slechts een klein deel van de 158 objecten in de gemeentelijke vastgoedportefeuille en zijn juist gekozen vanwege hun variëteit.


Welke rol speelt de markt?

De aanpak in Gooise Meren is een pilot, waarbij wordt gekeken welke rol de markt kan spelen bij de verduurzaming van overheidsgebouwen. In het experiment werken het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn), BNG Bank en adviesbureau BMC met Gooise Meren samen. BNG Bank heeft een financiële scan gemaakt, BMC heeft in het bedrijfsleven partners bijeengebracht en het Stimuleringsfonds toetst de ingediende plannen. 


Het beheer van vastgoed is geen kerntaak

Tot tevredenheid van wethouder Jan Franx, die met de pilot een grote wens in vervulling ziet gaan. De VVD-wethouder vindt beheer van vastgoed geen kerntaak van de gemeente. “Te veel mensen op verschillende gemeentelijke afdelingen gaan over een pand, en dat leidt niet tot goede besluitvorming. Het gaat meestal om deeltrajecten en dat kan zelfs geld kosten als je de verkeerde besluiten neemt. Daarom is de markt beter toegerust om verduurzaming van grootschaliger panden uit te voeren.”


Gemeenten denken onvoldoende bedrijfsmatig

“Bovendien denken de gemeenten onvoldoende bedrijfsmatig. We zijn goed in beleidsstukken, de regie voeren en de gemeenteraad in stelling brengen bij het formuleren van beleid, maar in de uitvoering is het bedrijfsleven gewoon beter. Laten we dit nu gewoon eens erkennen als gemeenten en bedrijfsmatiger leren denken. Zo werk ik voor 57.000 aandeelhouders, de bevolking van Gooise Meren. Eens in de vier jaar hebben we een aandeelhoudersvergadering, de gemeenteraadsverkiezingen. Daar wordt een raad van toezicht gekozen, de gemeenteraad. Wij als bestuurders zijn dan het uitvoerend orgaan. Als je op deze wijze bedrijfsmatig naar een gemeente kijkt, kun je dat ook toepassen op je gebouwen en accommodaties. Grote concerns doen hun vastgoedonderhoud ook niet allemaal zelf. Die zetten dat in de markt. Gemeenten kunnen veel leren van grote bedrijven.”


Roept deze bedrijfsmatige filosofie geen weerstand op, zowel politiek als intern?

Franx: “Ik denk het niet. In het huidige coalitieakkoord staat 103 keer het woord duurzaam. Dat maakt wel duidelijk dat we een maximale inspanning moeten leveren als gemeente. Maar we kunnen het als kleine regieorganisatie niet allemaal zelf doen. We moeten alleen de regie houden, via de manager gemeentelijk vastgoed die aanspreekpunt is voor alle betrokken partijen, ook als zaken niet goed gaan. Alleen zo kun je met een kleine organisatie als een gemeente echt iets bereiken.”


U wilt de vijf heel verschillende panden aan één partij gunnen, die momenteel wordt geselecteerd. Waarom niet elk pand een eigen partij? Een monument verduurzamen is heel wat anders dan een zwembad.

“Partijen vinden het een uitdaging om het monumentale stadhuis van Naarden mee te nemen. Onderhoud en verduurzaming van meerdere panden onderbrengen bij één partij dwingt verschillende bedrijven tot samenwerking. Want ze hebben elkaars expertise nodig. Zo zien we samenwerkingen ontstaan, waarbij bedrijven elk hun eigen expertise inbrengen. We zien aannemers nu in kleine consortia samenwerken met installateurs en energiespecialisten, in speciaal opgezette bv’s of een coöperatie. Vijf van die samenwerkingsverbanden hebben zich nu bij ons gemeld. Zo willen we de markt triggeren om met zoveel mogelijk ideeën te komen, van installaties met warmtepompen tot kozijnen die energie kunnen opwekken.”


Is het een moeilijk traject geweest, om al die partijen te vinden?

“Het meest spannende was voor mij het moment dat wij onze uitnodigingen naar het bedrijfsleven stuurden. Mijn grootste angst was dat niemand zou reageren. Want als gemeente kun je wel ambitieus willen verduurzamen in samenwerking met het bedrijfsleven, maar is de markt al zo ver? Gelukkig meldde een eerste partij zich al snel, vrijwel meteen gevolgd door de vier andere consortia. De markt staat er klaar voor, blijkt nu wel.” “Wel is het belangrijk geweest dat BMC ons hierbij heeft geholpen. Zij hebben veel energie gestoken in het bijeenbrengen van de verschillende soorten bedrijven. In eerste instantie is veel tijd gaan zitten in hoe we de uitbesteding wilden vormgeven. Want marktpartijen zijn niet geïnteresseerd in projecten van twee jaar. Daar steken ze hun nek niet voor uit. We hebben gekozen voor lange contracten van vijftien jaar. Dit is zowel in het voordeel van de gemeente als van de bedrijven.”


Wordt door uitbesteding verduurzaming dus goedkoper?

“Dat is wel de bedoeling. Als gemeente hebben we natuurlijk een begroting voor langjarig onderhoud. Dus we weten hoe duur het in principe mag zijn. Ons uitgangspunt is dat marktpartijen het beter en efficiënter doen en dat de kosten die verduurzaming met zich meebrengt niet hoger worden dan de huidige onderhoudsbudgetten. Om die reden is de BNG-scan over financiële haalbaarheid en subsidiemogelijkheden voor ons van groot belang geweest. En als het bij ons inderdaad zo blijkt te werken, hoop ik dat andere gemeenten en het Rijk hun voordeel met onze aanpak van verduurzaming zullen doen. Overheidsgebouwen, ggd’en, ministeries, rechtbanken, monumenten. In het hele publieke domein valt echt wel wat te winnen.”

Dit artikel verscheen eerder in (H)eerlijk over morgen, een uitgave van Binnenlands Bestuur in opdracht van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.