Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

'Rekenkamers moeten taal spreken van vastgoeddienst'

Distantie is voor een elk controlerend orgaan van belang. Maar rekenkamers die het gemeentelijke vastgoed onderzoeken, kunnen ook teveel afstand nemen. Ze moeten wel dezelfde taal spreken.

02 oktober 2014

Gemeentelijke rekenkamers die de vastgoedportefeuille binnen hun gemeente onderzoeken, doen er goed aan om de vastgoedafdeling op niet al te grote afstand te zetten. ‘Distantie is een groot goed, maar definities en toon moeten wel aansluiten bij de praktijk binnen het veld’.

Recente rapporten

Dat stelt Ingrid de Moel, directeur van ‘Bouwstenen voor Sociaal’ een platform voor bestuurders, managers en professionals in maatschappelijk vastgoed. Zij stelt dit naar aanleiding van recente rapporten van gemeentelijke rekenkamers, die kritisch waren over de uitvoering van het beleid.

Rekenkamers Leiden, Enschede en Eindhoven kritisch 

Zo bracht de rekenkamer van Leiden vorige week een rapport uit waaruit blijkt dat de gemeente haar vastgoed te goedkoop van de hand doet. Mede doordat er geen adequate waardebepalingen van de panden zijn, loopt Leiden volgens de rekenkamer miljoenen mis.

Eerder kwamen de kamers in Eindhoven en Enschede met kritische bevindingen over het beheer van de gemeentelijke vastgoedportefeuilles. Ook hier kwam vooral de uitvoering onder vuur te liggen. Over de doelmatigheid van het beleid werd daarentegen niets gezegd.

Heldere keuze noodzakelijk

De Moel: ‘Belangrijk is dat een rekenkamer voor het begin van het onderzoek een paar heldere keuzes heeft gemaakt. Richten we ons inderdaad op de uitvoering, of gaan we ook werkelijk het achterliggende beleid onder de loep nemen. Wat wil de gemeente met het vastgoed, welke maatschappelijke visie zit erachter en is het beleid doelmatig?' Die vragen zijn volgens Bouwstenen voor Sociaal minstens zo interessant om te onderzoeken.


Complex

Wel is het gemeentelijke vastgoed een zeer complex dossier, waarin je als rekenkamer makkelijk de weg kwijt kunt raken: ‘De omvang en breedte van de vastgoedportefeuille maakt het lastig om behapbaar onderzoek te doen. Kiezen voor specifieke deelportefeuilles, zoals sport, cultuur of onderwijs bevordert de diepgang van het rekenkameronderzoek, zeker als casussen worden gekozen. Want de verschillen tussen een schouwburg en een leegstaand kantoor zullen qua beleidsdoelen, subsidieafspraken en aspecten als vastgoedwaarde onvergelijkbaar zijn.’

Geen cijfers, snel klaar          

Feitelijk kan een rekenkamer die geen cijfers vindt in de optiek van De Moel snel klaar zijn. ‘Dat kun je melden en je kunt de diensten aansporen om het op orde te brengen. Daarmee is op dat moment de kous af, over het beleid of de uitvoering ervan is dan verder weinig meer te zeggen’. Volgende vraag die zij opwerpt is of de rekenkamers dan niet zelf de gegevens boven water moeten zien te halen. Het opstellen van lijsten met gemeentelijk vastgoed en bijbehorende waardebepalingen zijn arbeidsintensief en behoren niet automatisch tot de taak van een rekenkamer. ‘Voor je het weet zitten ze het werk van de afdeling te doen’.

Niet teveel distantie 

Hoe dan ook noemt Bouwstenen voor Sociaal het verstandig als de rekenkamer niet teveel afstand neemt van de uitvoerende afdeling. ‘Distantie is voor elk controlerend orgaan een groot goed, maar definities en toon moeten wel aansluiten bij de praktijk binnen het veld’. Wordt de afstand te groot, dan kan het zijn dat een begrip als kostendekkende huur verschillend wordt uitgelegd. Neem je daarin de  boekhoudkundige waarde als uitgangspunt, of verreken je ook de risico’s en beleidskosten? Dat moet per gemeente wel eenduidig zijn, uitvoerders en controleurs moeten wel dezelfde taal spreken’.

Open voor kritiek
Bouwstenen voor Sociaal belegde naar aanleiding van de recente rapporten een gesprek met de rekenkamers van Eindhoven en Enschede. Daaruit bleek dat de sector zelf open staat voor kritische beschouwingen en adviezen. Wel blijkt de toon van de rapportages daarbij een rol te spelen. ‘Rekenkamers zoeken vanzelfsprekend naar prikkelende titels voor hun rapporten. Maar hoe uitdagend ook, met een kop als ‘Veronderstelde werkelijkheid’ kom je samen niet veel verder.’

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

ing. Jan Veuger MRE FRICS / Lector Maatschappelijk Vastgoed
Jammer dat Ingrid de Moel niet het openbare rapport Veronderstelde Werkelijkheid van de gemeente Enschede heeft gelezen van ons lectoraat Maatschappelijk Vastgoed. Daarin wordt helder weergegeven wat de overwegingen van de Rekenkamer Enschede was om onderzoek te doen: 'In hoeverre zijn de doelstellingen en haar missie, waarmee het Vastgoedbedrijf Enschede in 2001 is opgericht, waargemaakt? Het accent moet daarbij liggen op de maatschappelijke kant van het vastgoed.'.

Het onderzoek is uitgevoerd door verschillende analyses van verschillende (deel)portefeuilles te maken waarmee wel degelijk vergelijkingen te maken zijn tussen kantoren voor eigen gebruik, theater e.d. Naast de harde conclusies die door ons zijn getrokken zijn ook aanbevelingen gegeven die allemaal zijn overgenomen door het gemeentebestuur, gemeenteraad en het Vastgoedbedrijf Enschede. Dus je komt zeker wel verder dan alleen met de titel van ons rapport Veronderstelde Werkelijkheid. Dus eerst lezen Ingrid voordat je commentaar geeft!.
Cees-Jan Pen / Programmamanager
Dit artikel slaat echt de plank mis. Toon en definities moeten meer aansluiten bij het veld??? Dat zgn veld moet juist flink gecontroleerd worden. De rekenkamer controleert of de gemeente grip en zicht heeft op haar vastgoed en professioneel omgaat met haar vastgoed. Ik vind dit artikel vooral de plank misslaan als je kijkt naar de volgende 3 zaken: 1 onderzoek Kadaster over forse nieuwbouw maatschappelijk vastgoed; 2. Gemeenten hebben weinig grip en zicht op voorraad; 3. Organisaties die maatschappelijk vastgoed huren zijn relatief lui. We moeten gewoon professioneel omgaan met onze voorraad en weten wat de waarde is, ik mocht meelezen met rekenkamer Eindhoven en vond het echt een ontnuchternd rapport en nog steeds ziet rekenkamer weinig verbeteringen. Titel is beter vastgoeddienst moet professionaliseren en raad moet controleren.
Peter Smolders / Manager Vastgoedinformatiediensten
Ik denk dat iedereen het erover eens is dat het gemeentelijk vastgoed wat een enorm kapitaalbeslag met zich mee brengt professioneel moet worden gemanaged. Veel gemeenten moeten echter van ver kome, voor een volledig en betrouwbaar inzicht in hun vastgoed. Dat heeft enerzijds te maken met het feit dat het vastgoed vaak nog decentraal wordt beheerd en anderzijds met het feit dat het bestuur jarenlang geen oog heeft gehad voor dit type vastgoed. Immers alle ogen waren gericht op het ontwikkelingsbedrijf. Onder druk van bezuinigingen en politiek, wordt nu verwacht dat wat jarenlang qua registratie en exploitatie is verwaarloosd door de eigen organisatie in één tot twee jaar up to date is. Dat is wel mogelijk, maar dan zal een stevige investering nodig zijn voor een eenmalige inhaalslag maar ook geld voor het structureel adequaat organiseren van alle vastgoedprocessen. Dus niet alleen data, maar ook een compleet vastgoedsysteem, competente medewerkers en een duidelijke beleidsvisie. De oproep voor het vaststellen van eenduidige uitgangspunten voor onderzoek snijden ook zeker hout. Discussies over afwijkende aantallen en metrages zijn vaak al verklaarbaar uit een lopende definities. Zo las ik in een rapport een verschil van enkele honderden gebouwen. Het aantal objecten genoemd in een beheeradministratie of het aantal adressen volgens de basisregistratie BAG, kan dit verschil al verklaren. Daarmee is niet gezegd dat één van beide aantallen foutief is, enkel de definities zijn anders. Zo zijn er tal van voorbeelden. Het is beter om een duidelijke fasering in de professionaliseringslag af te spreken. Dat voorkomt teleurstellingen en ook te hoge verwachtingen die niet waar gemaakt kunnen worden. Vastgoedmanagement is een vakgebied waar soms te lichtvaardig over wordt gedacht. Stap voor stap met duidelijke mijlpalen en termijnen houdt het voor iedereen overzichtelijk



Ingrid de Moel / Bouwstenen
Beste Jan, helemaal waar. Ik heb de rapporten nauwelijks gelezen. Ik verwoord hier ook niet wat ik er van vind, maar de inzichten die rekenkamers én vastgoedafdelingen met elkaar hebben opgedaan en gedeeld (gezien de onderzoeken én de doorwerking daarvan). Zowel rekenkamers als vastgoedafdelingen hebben belang bij goed onderzoek en dat mag best pittig zijn als daar aanleiding voor is, Cees Jan. Dat vinden we allemaal. Maar wel pittig op de goede punten, met de gewenste doorwerking. Voorbij de krantenkoppen. Peter doet daarvoor goede suggesties (voorbij de vastgoedsystemen). Wat ons betreft is dit het begin van een goede discussie hierover die we op 4 december graag voortzetten, samen met rekenkamers. http://www.bouwstenen.nl/?q=rekenkamer%20maatsch …
Advertentie