Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Metropoolregio Amsterdam heeft grenzeloze ambitie

Met de vandaag gepresenteerde ruimtelijk-economische Actie-agenda 2016-2020 toont de Metropoolregio Amsterdam welke acties op korte termijn nodig zijn om in de top 5 van stedelijke regio's van Europa te blijven. 'We denken voorbij gemeentegrenzen.'

18 februari 2016

De Metropoolregio Amsterdam (MRA) wil in de top 5 van stedelijke regio’s van Europa blijven. Hoe die regio eruit gaat zien staat in de vandaag gepresenteerde ruimtelijk-economische Actie-agenda 2016-2020. ‘Het is één voor allen en allen voor één.’

Concurrerend blijven

De Metropoolregio Amsterdam is de sterkste economische regio van Nederland. Zo opent de Actie-agenda 2016-2020 die 32 gemeenten, de Stadsregio Amsterdam en de provincies Noord-Holland en Flevoland vandaag op het congres De Grenzeloze Stad in Haarlem presenteren. De regio wil op lange termijn internationaal concurrerend blijven “met compacte steden in een voor recreanten aantrekkelijk landschap en met een infrastructureel netwerk dat de kernen met elkaar, het landschap en de rest van de wereld verbindt”. De regio zet in op creatieve industrie, maakindustrie en circulaire economie, wil een omslag naar duurzame energiebronnen en koestert grote bedrijven als het Havenbedrijf Amsterdam. Er staat: ‘We zien de MRA nu en in de verre toekomst als e´e´n samenhangend stedelijk en ruimtelijk systeem waarbinnen mensen wonen, werken en recree¨ren.’

De hoogte in
Om dat te bereiken zijn op korte termijn acties nodig. De MRA wil wendbaarder en flexibeler worden om snel en daadkrachtig te kunnen inspelen op internationale veranderingen, bestaande kwaliteiten beter benutten en uitnodigen tot experiment en innovatie. In de agenda staan zeven ontwikkelrichtingen. Tot 2040 komen er in de regio bijvoorbeeld 250 duizend woningen bij. Met name binnenstedelijk, door onder meer “verdichting”. ‘Je kunt woningen bouwen op water, op groen of bij bestaande bebouwing. We kiezen voor het laatste: meer hoogstedelijke dichtheid, gebouwen op Manhattan-hoogte, aldus de Amsterdamse wethouder Eric van der Burg (VVD). Dat is ook duurzaam, want je behoudt veel groen.’ Woningbouw zal vooral plaatsvinden bij bestaande ov-knooppunten. Er zijn drie uitleglocaties: bij Almere, Amsterdam (IJburg2) en in de Haarlemmermeer.


Snel duidelijkheid over Schiphol

Speciale aandacht is er voor de relatie tussen woningbouw en de luchthaven. De MRA en Schiphol hebben het Rijk voorgesteld om zowel vliegen als woningbouw meer ruimte te bieden. ‘We wachten nu op antwoord van het ministerie’, aldus de Noord-Hollandse gedeputeerde Jaap Bond (Economische Zaken, CDA). ‘Demografische voorspellingen wijzen uit dat we er 1 miljoen mensen bij krijgen. Om te weten waar we kunnen bouwen, bijvoorbeeld meer eengezinswoningen, en daar als provinciale overheid op te kunnen anticiperen, willen we op dit punt snel duidelijkheid.’ Schiphol is erg belangrijk voor de regio. ‘We moeten bijvoorbeeld het aantal vluchten in beeld hebben om helderheid te hebben over het invullen van andere belangrijke waarden voor de regio, zoals duurzaamheid en de circulaire economie.’

Nabijheid natuur pluspunt

Naast versterking van de internationale concurrentiepositie zet de MRA namelijk ook in op een transitie naar een schone economie door zich te ontwikkelen als internationale grondstoffenhub. Daarbij wil de regio maximaal aantrekkelijk zijn door goede bereikbaarheid en nabijheid van natuur. Van der Burg: ‘In vergelijking met steden als Parijs en Londen is het een pluspunt dat je vanaf de Dam in 25 minuten in de natuur bent.’ Dat zal dus ook zo blijven, want Waterland en landelijk Noord zijn “de tuinen van Amsterdam” en het Amsterdamse Bos de “groene longen”. ‘Voor het toerisme is het aantrekkelijk dat we de meeste musea per vierkante meter ter wereld hebben, maar je kunt ook naar de “buitenwijk” van Amsterdam, Haarlem, om Frans Hals te zien.’ Dat je in 9 minuten van Schiphol op de Zuidas bent is helemaal ongekend. ‘Dat kan nergens. Als je investeert in bereikbaarheid is alles dichtbij.’

Werkambassadeur
Als het met groen en bereikbaarheid wel goed zit, komen er met die versterkte concurrentiepositie dan ook banen voor iedereen? Een interessante vraag, vindt Bond. Volgens hem onderscheidt de MRA zich met de sectoren dienstverlening en toerisme. ‘Daar zie je al verschil in niveau van banen. In de havens van Amsterdam en Greenport Aalsmeer zijn ook tienduizenden banen op alle niveaus nodig.’ Onderwijs is geen kerntaak van de provincie, maar toch zet de provincie zich volgens Bond in voor een betere aansluiting tussen onderwijs, arbeidsmarkt en het bedrijfsleven. ‘We brengen mbo, hbo en het bedrijfsleven bij elkaar om af te stemmen wat bedrijven van scholen verwachten en over welke vaardigheden studenten moeten beschikken. Daarbij jaagt Dook van den Boer, oud-directeur van Tata Steel, als “werkambassadeur” bestaande initiatieven aan en brengt hij kansen, mogelijkheden en relevante ontwikkelingen onder de aandacht.’ In de MRA speelt de provincie een verbindende rol. ‘De gemeenten zien ons als neutrale partij. We dienen het belang van de hele provincie in plaats van één gemeente. Belangrijke taak is kijken naar crossovers met omliggende regio’s, zoals bijvoorbeeld tussen de MRA en Noord-Holland Noord.’


Denk voorbij gemeentegrenzen

Wendbaarder en flexibeler opereren bij woningbouw, bestemmingsplannen en de aanpak van grote infrastructurele projecten klinkt ook als minder inspraak, meer ruimte voor innovatie en experimenten klinkt als minder regels. Volgens Van der Burg moeten bestemmingsplannen minder dichtgetimmerd zijn om gemakkelijker te kunnen anticiperen. ‘Dat geeft meer vrijheid voor burgers. Natuurlijk is er dan ook minder vastgelegd waar je je op kunt beroepen. Daar zit spanning tussen en daar moeten we goed naar kijken.’ Daarbij denken bestuurders in gemeentegrenzen, maar burgers niet. ‘Die zien die verschillen niet. Als wij bijvoorbeeld iets willen doen in het grensgebied tussen Zaandam en Amsterdam kunnen we een gezamenlijk bestemmingsplan maken. We moeten op gemeenteniveau creatief zijn. Stop niet met denken bij de gemeentegrenzen. We hebben allemaal hetzelfde belang: dat het goed gaat met de regio. Het is één voor allen en allen voor één.’

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hans / afdelingsmanager
Mooi hoor. Als het in 20 jaar niet eens lukt een hoge snelheidstrein naar Parijs te laten rijden, heb ik er een hard hoofd in.
Sibrand Gratama / juridisch adviseur ruimtelijke ordening
Jawel, daar zijn we weer. Fantastisch ambitieus verhaal! Wat mij betreft, ga ervoor! Echter, om de 7 jaar zo'n beetje horen we het en bij elke neergang ebt het weer weg helaas. Investeerders haken af en we polderen maar weer aan in ons participatiemodel. Een paar dwarsliggers met hun not in my backyard bezwaren en we nemen al genoegen met halfslachtige compromissen, doodzonde want hoe meer kansen je mist des te lastiger wordt het de winst uiteindelijk binnen te halen.. Kortom, zet nu met meer lef in op de meest strategische plekken, dan zien we de eerste resultaten en creëer je draagvlak voor het vervolg. Verrijk en versterk de contrasten tussen grootstedelijke allure en robuuste groene longen (parken, lanen, pleinen, waterpartijen, etc. De realisatie van hoogwaardige en duurzame openbaar vervoer- en fietsnetwerken en ondergrondse voorzieningen zijn dan ook makkelijker te realiseren. Het nieuwe omgevingsrecht is in aantocht, wellicht ook een voordeel.

Jan Steem
Het valt me vooral op dat wat voor de Bühne wordt gezegd, niet de praktijk is.



Stadsdelen hebben allemaal hun eigen "stadsrand-rafelrand-gebied", zelfs stadsdeel centrum. En die zijn toch leuk voor ... (vul maar in), maar de eigenaren van die gronden willen wel investeren en vernieuwen, maar niet in de zin van het "leuk", maar wel het nuttig.



De hele stadsdeel-opzet leidt niet zozeer tot meer betrokkenheid van "de" burger, maar tot kansen van kleine groepen belanghebbenden, directe buren van de stadsdeelbestuurders, om hun zin na te streven. Deze directe relatie met de bestuurders leidt tot clientelisme, niet perse tot een goed beleid voor buurt of stad. De zittende belanghebbenden zijn vaak conservatief, afwerend tegenover nieuwe ontwikkelingen, die hun status quo eventueel zouden kunnen bedreigen.

Daarin stem ik helemaal in met de reactie van Sibrand.



Het gemeentebestuur van Amsterdam bakt ze helemaal bruin. Veel geweeklaag over het gebrek aan investeerders, afgeven op hen die een boterham verdienen met het bouwen en verhuren van woningen en bedrijfsruimten, maar via het erfpachtstelsel, is de gemeente zelf de grootste inhalige.



Er zijn woningen te koop van 30 m2 voor een p

rijs van 80.000. Deze woningen zijn gestapeld tot 10 verdiepingen hoog. De jaarlijkse erfpacht bedraagt daar 1.900, oftewel ruim 5,27 per m2 per maand voor de gemeente. Afkopen kan ook: 80.000, oftewel 2.666,67 per vierkante meter (ongeveer het dubbele wat in de grondprijzenbrief staat voor stadsdeel Oost). En dat natuurlijk 10 verdiepingen hoog. Zelfs met een GBO/BVO verhouding van 75%, betekent dit een kale grondprijs van 20.000/m2.



Zou zo'n woning een sociale huurwoning zijn, dan was de afkoop slechts 15.000. Zou je zo'n woning willen verhuren, dan zou het een sociale huurwoning zijn.



Maar de gemeente wast zijn handen in onschuld. De erfpacht is immers door een "tender" tot stand gekomen? Maar ja, grond-monopolist Amsterdam dient de brokken zo gefaseerd op, dat de prijzen wel blijven stijgen. Het is overigens wethouder Van den Burg zelf, die de gemeente een monopolist noemt op het gebied van de grondeigendom in de gemeente.



Verder wordt in de gemeente Amsterdam stelselmatig het bestuursrecht misbruikt om de erfpachtsinkomsten te verhogen. Grotere bouwvolumes kunnen doorgaans alleen worden gerealiseerd op pas uitgegeven grond, zelden op particuliere eigen grond of op reeds uitgegeven erfpachtgronden.



En als men het erfpacht bedrijf nu eens voortvarend zou aanpakken ... maar nee, men kan gerust 8 maanden wachten op een indicatie voor een tijdelijke herziening van de erfpacht. Woningbouwvereniging Stadgenoot schijnt 20 (twintig!!) jaar onderhandeld te hebben over een alternatieve aanpak voor erfpacht, waarbij bestemmingsvrij gebouwd wordt en de hoogte van de erfpacht pas later, a.d.h.v. het feitelijke gebruik, wordt bepaald.



Het zijn deze praktijken die maken dat Amsterdam niet makkelijk met de markt ontwikkelt. Ik betwijfel dat er behoefte is aan een Manhattan aan de Amstel, of aan meer van de blokkendozen, van allen dezelfde maat, zoals langs de Piet Heinkade. Maar het levert de gemeente wel colloïdaal veel geld op.
Advertentie