Advertentie
carrière / Column

‘Zeg maar nee, dan krijg je er…’

Van managers en medewerkers die hoge werkdruk vaker agenderen, hoort Schouman nu: ‘zeg maar nee, dan krijg je die extra taak tóch mee’.

10 november 2022

Al ontelbare keren heb ik het teruggehoord. Van ambtenaren met groot overspanningsrisico die, om dat te voorkomen, met mij aan de slag zijn in een coachingstraject. Ik heb ze met lichte verbazing en enigszins triomfantelijk zien binnenkomen. Een weekje of twee na onze vorige sessie. Waarin was afgesproken om eens te zien wat er nu eigenlijk gebeurt. En hoe erg dat nou daadwerkelijk zou zijn. Wat er nu eigenlijk gebeurt als ze… eindelijk eens NEE zeggen tegen weer een taak erbij!

Die verbazing en triomfantelijkheid komen door de (doorgaans) zeer positieve reacties op hun NEE. Bazen die ineens laten blijken dat ze heus wel zien hoe vol iemand zit. ‘Maar ja, je bent ook zo’n betrouwbare kracht. Ik dacht, ik probeer het toch eerst even bij jou. Je weet maar nooit.’ En dan nog de collega’s die plotseling met hernieuwd respect kijken naar iemand die eindelijk eens een grens trekt.

Het ‘zeg maar nee dan krijg je er twee’-effect van wijlen Bart de Graaff’s chocoladekoekjesreclame, is hier volop van kracht. De voormalige ja-zegger ervaart dat het nachtmerriescenario helemaal niet heeft plaatsgevonden. Dat die angst voor totale verbanning uit team of organisatie, een tikje overdreven was. En dat er een onverwachte beloning voor in de plaats is gekomen. Heel fijn, zeer gegund en meer hiervan zou je zeggen. Op individueel niveau blijft dat ook zeker een goed idee, maar…

Van managers en medewerkers die hoge werkdruk vaker agenderen, hoor ik inmiddels ook iets anders terug. Het effect genaamd: ‘zeg maar nee dan krijg je die extra taak tóch mee’. En dat is dan niet bedoeld om hen de mond te snoeren. Maar het simpele doch zorgwekkende gevolg van een stortvloed aan extra crisistaken, boven op het complexe werk dat er al was, gecombineerd met personeelstekort en oplopend ziekteverzuim, in de context van een hyperkritische samenleving waar eigenlijk niks meer wordt getolereerd en alles a la minute moet worden gefikst.

‘We horen je, we zien en voelen het zelf ook, maar we moeten door, dus hou alsjeblieft vol’ laat de ambtelijke top weten. Zelf ook zwaar onder druk van de onophoudelijke stroom aan hoog gegrepen ambities, ingewikkelde stelselwijzigingen en de ene na de andere crisis die daar doorheen komt denderen. En dan ook nog het besef dat het allemaal razendsnel en hélemaal goed moet gaan. Pfff, ik word al moe nu ik er over schrijf.

Eén ding is wat mij betreft zeker: dit gaan we hélemaal zo niet volhouden! Dat kun je met z’n allen nog een tijdje zo denken. Maar dan moet er toch echt ergens een eindstreep staan, die niet al te ver weg is. Als dat niet het geval is zal de averij alleen maar groter worden. Het ziekteverzuim steeds hoger, de motivatie steeds lager, het aantrekken van nieuwe mensen steeds moeizamer, de kans op extra fouten steeds groter. Sorry, het is geen vrolijk beeld.

En toch is er misschien dat ene lichtpuntje… Dat sterke gevoel dat de wal het schip zou kunnen keren. Dat onder druk de dingen vloeibaar kunnen worden. Wat als we eens met deze bril op gaan kijken en ons afvragen. Wat moet er nu écht en wat moet er echt nú? Wat raakt burgers direct en moet dus inderdaad nú? Wat kan er later? Is dit echt het moment voor dat nieuwe beleid? Maar ook: zit er nog overmaat in het werkproces en kan dat eruit? En: welke mensen zijn er intern te mobiliseren voor tijdelijk andere taken?

Tijdens de coronacrisis konden we dit! Ik heb hr-collega’s en financials aan het werk zien gaan op XXL-priklocaties. Ik heb werkprocessen in rap tempo verplaatst zien worden naar de virtuele wereld. Ik heb politieke ambities ondergeschikt zien worden aan het belang van ieders welzijn en gezondheid. En, ik heb nog nooit zulke heldere (korte, visuele) overheidscommunicatie voorbij zien komen als toen. Alle ogen tezamen waren op de belangrijkste bal gericht: we moeten door, maar wel op een manier die kán en waarin we overeind kunnen blijven.

Laten we aan onszelf en aan elkaar toegeven dat we opnieuw, of eigenlijk nog steeds, in crisis verkeren. Dan kunnen we onze ogen opnieuw op die allerbelangrijkste bal gaan richten.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie