Advertentie
sociaal / Nieuws

Vergeet de andere migranten niet, waarschuwt de WRR

‘De afgelopen tien jaar kwamen er elk jaar 150.000 tot 200.000 migranten Nederland binnen. Het percentage asielzoekers varieert van jaar tot jaar maar is niet meer dan tussen de 7 en 20 procent', zegt Mark Bovens van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbelied.

18 februari 2021
Schiphol-aankomst.jpg

De nieuwe inburgeringswet is weliswaar een verbetering, maar vult slechts een deel van het beleidsvacuüm rondom migratievraagstukken. Dat zeggen de auteurs van een recente publicatie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) over de migratiesamenleving. Zij vinden dat beleid zich niet alleen zou moeten richten op asielzoekers met een verblijfsvergunning, maar op alle migranten.

Migratiesamenleving
In Binnenlands Bestuur nummer 3 van dit jaar beschreven vier wethouders het ‘gezicht’ van de migratiesamenleving in hun gemeente. Ze reageerden op het rapport ‘Samenleven in verscheidenheid. Beleid voor de migratiesamenleving’, dat de WRR onlangs publiceerde. Daarin constateert het adviesorgaan dat Nederland nog onvoldoende is ingericht op het faciliteren van de huidige en toekomstige migratiestromen. Het nieuwe inburgeringsstelsel, dat vanaf 1 januari 2022 moet gaan gelden, brengt daar enige verandering in. De nieuwe wet geldt echter alleen voor statushouders. Ook voor alle andere typen migranten (denk aan kennis-, studie- of arbeidsmigranten) zijn voorzieningen nodig, vinden Godfried Engbersen en Mark Bovens, die meeschreven aan het WRR-rapport.

Uiteenlopend
Mark Bovens: ‘De afgelopen tien jaar kwamen er elk jaar, ongeacht de politieke kleur van het kabinet, 150.000 tot 200.000 migranten Nederland binnen. Dat zijn in overgrote mate arbeidsmigranten en gezinsmigranten. Het percentage asielzoekers varieert van jaar tot jaar maar is niet meer dan tussen de 7 en 20 procent.’ De motieven voor migratie naar Nederland worden, net als de landen van herkomst, steeds meer uiteenlopend. Eén van de centrale boodschappen van het WRR-rapport is dan ook: bouw voorzieningen op voor álle typen migranten.

Weinig taken
Hoe ziet er beleid er op dit moment uit? ‘Gemeenten hebben weinig taken, als het gaat om de integratie van migranten’, vertelt Inge Razenberg, onderzoeker bij het Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS). ‘Onder de huidige inburgeringswet hebben gemeenten geen officiële taak in de inburgeringsplicht. Wat ze doen voor statushouders, doen ze eigenlijk vanuit het wettelijk kader van de Participatiewet.’ Die wet is gericht op de begeleiding naar werk, en niet op andere onderdelen van inburgering, zoals het leren van de taal. Ook schrijft de wet geen aparte aanpak voor statushouders voor. ‘Toch hebben gemeenten de Participatiewet aangegrepen om speciale aanpakken te ontwikkelen voor statushouders’, aldus Razenberg.

Getrouwde vrouwen
Hoewel gemeenten ‘een beetje gehandicapt’ zijn door het gebrek aan een passend wettelijk kader, zijn gemeenten de afgelopen jaren wel actief aan de slag gegaan met begeleiding naar werk, ziet Razenberg. ‘Gemeenten zijn sneller begonnen met begeleiden en zijn duale trajecten gaan inzetten, waarbij statushouders naast de taallessen alvast worden begeleid richting werk.’ De eenzijdige focus van de Participatiewet op werk heeft wel nadelen. Zo krijgen getrouwde vrouwen die niet werken vaak weinig aandacht, waardoor de inburgering van die groep kan achterblijven. Zodra een van de twee echtgenoten werk heeft gevonden, valt het hele gezin namelijk buiten de Participatiewet. ‘Zo zijn er voor die vrouwen minder kansen om ook te participeren’, zegt Razenberg.

Langzaam
Toch werpt de inzet van gemeenten vruchten af. Het aandeel werkende statushouders is de afgelopen jaren toegenomen, hoewel het nog achterblijft bij het landelijk gemiddelde. ‘Het gaat wel langzaam’, zegt Razenberg. ‘Het is niet zo dat opeens de meerderheid van de statushouders werk heeft gevonden. Bovendien is het vaak geen duurzame arbeidsparticipatie met een vast contract.’

Goede richting
De nieuwe Wet inburgering, die als alles goed gaat op 1 januari 2022 in werking treedt, breidt de verantwoordelijkheid van gemeenten op het gebied van de integratie van vluchtelingen flink uit. Dat is volgens WRR-raadslid Mark Boven een stap in die goede richting. ‘Het is de afgelopen jaren eigenlijk overgelaten aan de markt en aan de statushouders zelf, die daar helemaal niet voor geëquipeerd waren.’

Kleine groep
Bovens voegt er meteen een kanttekening aan toe: ‘De inburgeringswet geld alleen voor migranten die inburgeringsplichtig zijn. Wat wij zeggen is: ja, maar er zijn ook allerlei andere migranten waarvoor het ook goed zou zijn als ze direct toegang krijgen tot taalvoorzieningen. Deze nieuwe wet is eigenlijk herstel van schade die in het verleden is aangericht. Wij zeggen: je moet daar voorbij denken. Je moet je als gemeente de komende jaren niet alleen maar richten op die relatief kleine groep asielzoekers.’

Lichtere voorzieningen
Dat betekent niet dat een arbeidsmigrant uit Bulgarije, een expat uit India en een studiemigrant uit Mexico dezelfde behandeling moeten krijgen als een asielzoeker uit Eritrea. Veel migranten zullen genoeg hebben aan ‘lichtere voorzieningen’ en hebben niet zozeer behoefte aan ‘dure leerwerktrajecten’, aldus Godfried Engbersen. Veel migranten hebben immers al werk of onderwijs gevonden in Nederland voordat ze hier aankomen. Daar hebben ze dus geen hulp bij nodig.

Socialisatie
Ook is volledige naturalisatie tot Nederlander voor die groep vaak niet het doel. 60 procent van de migranten blijft niet permanent in Nederland, brengt Bovens in herinnering. ‘Die willen helemaal geen Nederlander worden.’ Voor hen zal het aanbod vooral gericht moeten zijn op taallessen, die eventueel door de werkgever of door de migrant zelf betaald kunnen worden. Ook wat Bovens ‘culturele socialisatie’ noemt – meedoen in het Nederlandse verenigingsleven, bijvoorbeeld – kan bij deze groep gestimuleerd worden.

Realistisch
Onderzoeker Inge Razenberg vindt het een mooi idee om de begeleiding uit te breiden naar migranten in de volle breedte van het woord. ‘De WRR stelt vast: iedereen moet met elkaar samenleven. Dat lijkt me een heel realistische kijk op de zaak.’ Ze beaamt dat gemeenten op dit moment nauwelijks regelingen voor EU-migranten hebben. Uit onderzoek van haar hand bleek dat zes op de tien gemeenten geen enkel beleid voor die groep had, terwijl zeven op de tien gemeenten wél knelpunten ervoer ten aanzien van de EU-migranten.

Inburgeringsplicht
Een van de redenen voor het beleidsvacuüm rondom migranten uit de EU is het feit dat deze groep geen wettelijke inburgeringsplicht heeft. Bovens en Engbersen verwachten echter dat er in de toekomst steeds meer arbeidsmigranten van buiten de EU naar Nederland zullen komen. De migratie van laaggeschoolde arbeiders uit Midden- en Oost-Europa zal op termijn opdrogen vanwege de sterke vergrijzing in die landen en de opkomende lokale economieën, die migratie minder aantrekkelijk zullen maken. Dat biedt kansen, zeggen Bovens en Engbersen, om aan toekomstige groepen arbeidsmigranten, die vermoedelijk van buiten de EU komen, meer eisen te stellen wat betreft de inburgering in Nederland.

Reacties: 5

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

K.M. Schaap / afdelingshoofd burger- en bestuurlijke zaken
Misschien moet je de instroom van migranten een tijdje helemaal stoppen. Er komen er ieder jaar bijna 100.000 bij en we hebben niet eens de middelen om de door migratie groeiende bevolking fatsoenlijk te huisvesten.
Peter Ploeger, / zzp er.
Men kan het niet laten om iemand toch weer de schuld te geven van b.v. het gebrek aan huisvesting. Vervolgens gaan we lekkere strenge maatregelen voor stellen ic. het stoppen van migratie, Bekt lekker, kan niet. Wat betreft het artikel: de nieuwe inburgeringswet is niet alleen voor statushouders, ook buitenlandse partners, van buiten de EU dienen zich te laten inburgeren. Maar dat was al zo. Verder meldt het artikel geen nieuw gezichtspunt. Dus overbodig.
pieter / wegkijker
migratie overkomt ons. We kunnen daar geen enkele rem op zetten. Afremmen kan alleen door rigoreuze maatregelen en die gaan in (west) Europa nooit opgelegd worden. Dus bouwen maar en integreren stellen we even uit totdat we er middelen voor hebben.
Jan Beerenhout azn / Buitenlid IPSV=Bende van Schaefer
´Migratiebeleid´hoort bij de gemeente, zegt men, maar

het Emigratiebeleid en het Remigratiebeleid ook? Ik merk daar nix van!
K.M. Schaap / afdelingshoofd burger- en bestuurlijke zaken
Men kan het niet laten om net te doen alsof je niets kunt doen tegen migratie. Makkelijk, dan ben je overal van af.
Advertentie