Van Rijn moet bij Kamer op matje komen
Staatssecretaris Van Rijn (VWS, PvdA) moet niet alleen luisteren naar de noden en zorgen van gemeenten, maar overgaan tot concrete actie. Dat stellen CDA, D66 en SP in reactie op de enquête onder gemeenteambtenaren en –bestuurders van Binnenlands Bestuur naar de drie decentralisaties. Het politieke geduld raakt op.
Het geduld in de politiek raakt op. Staatssecretaris Van Rijn (VWS, PvdA) moet niet alleen luisteren naar de noden en zorgen van gemeenten, maar overgaan tot concrete actie. Dat stellen CDA, D66 en SP in reactie op de enquête onder gemeenteambtenaren en –bestuurders van Binnenlands Bestuur naar de drie decentralisaties.
Kamervagen
Het CDA gaat het vragenuurtje benutten om Van Rijn aan de tand te voelen over de zorgelijke geluiden die uit gemeenteland komen. D66 en SP gaan dat volgende week woensdag doen, tijdens het algemeen overleg (ao) met de staatssecretaris over de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015). Uit een enquête van Binnenlands Bestuur en het NCRV-programma Altijd Wat blijkt dat ambtenaren vrezen dat de decentralisaties tot grote problemen zullen leiden. De grootste zorgen liggen bij de jeugdzorg en de Wmo. Er is te weinig budget, te weinig personeel, de zorg voor burgers zal er na 1 januari niet beter op worden en de overgang van taken zal een chaos worden of op zijn minst stroef verlopen, stellen de ambtenaren.
Garantstelling
‘Het wordt tijd dat de staatssecretaris ziet hoe het mis aan het gaan is. Hij moet zijn systeemverantwoordelijkheid nu daadwerkelijk gaan invullen’, stelt Mona Keijzer (CDA). ‘Van Rijn moet handelen, en dat doet hij niet. Gemeenten sluiten geen contracten omdat ze onzeker zijn over budgetten en hoeveelheid cliënten.’ Keijzer vindt onder meer dat Van Rijn financieel garant moet staan voor gemeenten die, buiten hun schuld om, in problemen komen door zorggarantie te bieden aan bestaande cliënten. ‘Dat zal gemeenten comfort bieden, zorginstellingen weten dan waar ze in ieder geval op kunnen rekenen en bestaande cliënten zijn verzekerd van zorg.’
Erkenning
‘Er moet nu echt wat gebeuren’, stelt ook D66-Kamerlid Vera Bergkamp. ‘Het begint met de erkenning dat er problemen zijn. Dat besef lijkt nu een beetje bij Van Rijn door te dringen, maar er moet vervolgens ook een oplossing voor de geconstateerde problemen komen.’ Het irriteert haar bovendien dat gemeentekoepel VNG niet lijkt te willen inzien dat er in gemeenteland grote zorgen en problemen zijn bij de voorbereidingen op de drie decentralisaties. ‘De VNG moet niet alleen zeggen “het komt wel goed”. Ambtenaren uitten niet voor niets hun zorgen. De VNG moet aangeven welke problemen er zijn, aangeven hoe die kunnen worden opgelost en op welke termijn.’
Sirene
SP-Kamerlid Tjitske Siderius noemt het ‘echt ongekend’ en een ‘teken aan de wand’ dat ambtenaren, loyaal als ze zijn, op deze manier hun zorgen naar buiten brengen. ‘Meer dan een kwart van de ambtenaren en bestuurders verwacht een stroeve overgang en één op de vijf ambtenaren en bestuurders verwacht chaos. Dit is een sirene die afgaat.’
Temporiseren
De chaos die veel ambtenaren vrezen ‘is iets waar we als SP altijd al voor hebben gewaarschuwd. Drie grote decentralisaties in een klap doorvoeren is vragen om ongelukken’, aldus Siderius. In het ao met Van Rijn volgende week zal de SP met een voorstel komen om de bezuinigingen op onder meer de huishoudelijke hulp en de dagbesteding over meerdere jaren heen uit te smeren. ‘Gemeenten hebben dan iets meer tijd om alles goed te regelen, de zorg voor kwetsbare burgers en het behoud van werkgelegenheid blijft gegarandeerd.’
Lees meer over het onderzoek in Binnenlands Bestuur nr. 19 van deze week. Op NPO 2 besteedt Altijd Wat vanavond (dinsdag 30 september) om 20.29 uur aandacht aan het onderzoek.
Het is echt niet te verantwoorden naar ouders en kinderen dat er gegokt wordt met hulp aan kinderen en onmisbare expertise weggegooid wordt. En dan hebben we het nog niet eens over al die kinderen die jeugdhulp nodig hebben wegens misbruik of mishandeling. Als het om een lichamelijke ziekte bij kinderen zou gaan, zou er een volksopstand uitbreken. De regering zegt wel: de burger kan een gemeentebestuur of -raad wegstemmen. Maar de meesten hebben de voorkeur voor goede voorzieningen voor ouderen, hun ouders. Wij worden ten onrechte gezien als slechte opvoeders, ondanks dat de wetenschap wel beter weet. Daar wil de burger niet in investeren. Los van dat is zorg voor kinderen met niet-functionerende ouders natuurlijk het hardst nodig, maar de burger wil eerst eigen dierbaren redden, begrijpelijk. Ik heb het erg te doen met ambtenaren en gemeentepolitici, al die ondraaglijke verantoording die vroeger bij de landelijke overheid lag, of de directeur van een instelling voor jeugdhulp. Je kunt niet gokken met een paar kinderen met wie het per ongeluk niet goed gaat. Dat beschadigt kinderen levenslang, ze durven nooit meer volwassenen te vertrouwen of aan het werk of te studeren als ze in de steek gelaten zijn. En in dat geval rest hen levenslang bijstand en psychische ellende, wat soms neiging tot zelfdoding zal geven. En ouders kunnen dat echt niet alleen verhelpen bij hun kinderen, zonder professionals.