Advertentie
sociaal / Nieuws

Resultaatfinanciering jeugd werpt vruchten af

De negen gemeenten in de jeugdhulpregio West-Brabant-West werken sinds 2015 met resultaatgerichte financiering. Er is een duidelijke verschuiving zichtbaar van complexe naar reguliere gespecialiseerde jeugdhulp. De gemiddelde kosten jeugdhulp per inwoner liggen aanmerkelijk lager dan elders.

18 mei 2020
contract.jpg

Vijf jaar werken de negen gemeenten in de jeugdhulpregio West-Brabant-West nu met resultaatgerichte financiering. Er is een duidelijke verschuiving zichtbaar van complexe naar reguliere gespecialiseerde jeugdhulp. De gemiddelde kosten jeugdhulp per inwoner liggen daarnaast aanmerkelijk lager dan in de rest van het land.

Resultaatafspraken

De jeugdhulpregio West-Brabant formuleerde in aanloop naar de decentralisatie jeugdzorg een aantal belangrijke uitgangspunten. De negen betrokken gemeenten wilden een jeugdhulpstelsel inrichten waar niet over ‘productie’ wordt gesproken, maar waar het resultaat voor ouders en jongeren centraal zou worden gesteld. Het stelsel moest daarnaast samen met het hele zorglandschap worden vormgegeven en met kinderen en hun ouders. Aanbieders wilden zelf naar een ander financieringssysteem toe. ‘Als je dat combineert met de wens van gemeenten om het resultaat centraal te stellen, kom je al snel uit op resultaatafspraken’, aldus Ruut van Andel, Informatiemakelaar Zorg Informatie en Inkoop Team West-Brabant West.

Arrangementen

Samen met jeugdhulpaanbieders zijn ‘arrangementen’ tot stand gekomen. Het gaat om een overzichtelijk aantal arrangementen voor zowel hoogcomplexe zorg (vijf) als voor laagcomplexe zorg (40). ‘De enorme wirwar aan diagnose behandelcombinaties (dbc’s) en andere financierginsvormen, met meer dan 1.000 verschillende prijzen voor 2015, hebben we teruggebracht naar 45 prijzen’, vat Peter van Batenburg, strategisch beleidsadviseur van Etten-Leur terug samen.

Afname hoogcomplexe hulp

De inrichting van het stelsel werpt zijn vruchten af, stellen de jeugdwethouders Barry Jacobs (Bergen op Zoom) en René van Ginderen (Roosendaal). Er worden ten eerste veel meer jongeren bereikt. In 2017 werden ruim 2.100 jongeren geholpen door een jeugdprofessional; vorig jaar was dat gestegen naar ruim 4.100 jongeren. Bij de laagcomplexe hulp is tussen 2017 en 2019 sprake van een toename van 19 procent, en bij de hoogcomplexe hulp van een afname van 34 procent. De gemiddelde jeugdhulpkosten per inwoner daalde van 277 euro in 2017 naar 257 euro in 2019; de landelijke bedragen voor diezelfde jaren bedroegen respectievelijk 299 euro en 295 euro.

Verwijzer

‘Dat de jeugdhulpkosten per inwoner zijn gedaald, heeft te maken met de beweging van hoogcomplexe zorg naar laagcomplexe zorg’, vertelt Van Batenburg. Wat ook meespeelt, is dat de jeugdprofessionals goede contacten hebben met de huisartsen; nog altijd een belangrijke verwijzer naar jeugdhulp. ‘Huisartsen kennen ons aanbod niet altijd goed. De jeugdprofessionals helpen hen daarbij, zodat de huisarts in een keer goed dan doorverwijzen’, aldus Jacobs. En dat hoeft niet altijd hoogcomplexe zorg te zijn. ‘Als je zo snel mogelijk de juiste zorg kunt leveren dan druk je die kosten.’

Innovatie

Innovatie wordt onder meer bereikt door het grote aantal aanbieders voor de laagcomplexe zorg die via open house zijn gecontracteerd, meent Jacobs. ‘Met een groot aantal aanbieders dwing je innovatie af. Als je langdurige subsidierelaties aangaat, zoals minister Hugo de Jonge (VWS) wil, dood je innovatie.’

Kwaliteitsmonitor

Data zijn belangrijke sturingsinstrumenten voor West-Brabant-West. De regio heeft in 2015 een kwaliteitsmonitor opgezet. ‘Daar is een dashboard uit ontstaan waaruit je goede analyses kunt maken. Welke aanbieders bereiken sneller resultaten voor welke doelgroep, en bij welke doelgroepen gaat het minder snel. Daar kun je dan het gesprek over voeren. Sinds 2018 hebben we daar ook kwaliteitsdata aan toegevoegd. Hoe is de kwaliteit van zorg, gemeten in cliënttevredenheid en in uitvalcijfers. We hopen tegen de zomer voldoende kwalitatieve data te hebben zodat we ook daar het gesprek over kunnen voeren’, aldus Van Andel.

Black box

Beide wethouders stellen dat ze met het stelsel zoals dat in West-Brabant-West is ingericht, meer grip hebben gekregen. ‘We proberen zo veel mogelijk gebruik te maken van data. Met de kwaliteitsmonitor kunnen we de lengte van zorgpaden op een rijtje zetten, weten we hoe vaak kinderen in zorg komen en kunnen op basis daarvan ruwe inschattingen maken’, aldus Van Ginderen. ‘Samen met een overzichtelijk aantal zorgaanbieders en een overzichtelijk aantal zorgcombinaties kunnen we daar een bepaalde richting aan geven, tendensen in ontdekken. Dit alles geeft ons de mogelijkheid om te sturen. Als je dat niet kunt, dan lijkt het een black box. Voor ons is het minder een black box geworden.’

De jeugdhulpregio West-Brabant-West bestaat uit de gemeenten Bergen op Zoom, Etten-Leur, Halderberge, Moerdijk, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Woensdrecht en Zundert.

Lees het hele artikel in Binnenlands Bestuur nr. 10 van deze week (gratis inlog)

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie