Advertentie
sociaal / Nieuws

Meningen over nut onrustprotocol verdeeld

Gemeenten krijgen regelmatig te maken met incidenten die ontreddering of onrust teweegbrengen of voor individuen en groepen een ingrijpende nasleep hebben. Bij gebeurtenissen die aanvankelijk weinig impact hebben, kan opeens de vlam in de pan slaan. Met het oog op deze incidenten is er in een aantal gemeenten een 'onrustprotocol'.

25 november 2017

Gemeenten stellen met het oog op onverwachte situaties in het sociale domein een ‘onrustprotocol’ vast. Over het nut van zo’n werkbeschrijving lopen de meningen uiteen.

Vlam in de pan
Gemeenten krijgen regelmatig te maken met incidenten die ontreddering of onrust teweegbrengen of voor individuen en groepen een ingrijpende nasleep hebben. Bij gebeurtenissen die aanvankelijk weinig impact hebben, kan opeens de vlam in de pan slaan.

Calamiteitenplan
Door de decentralisaties is de verantwoordelijkheid van gemeenten bij allerlei denkbare incidenten toegenomen. Met dat besef voelen zij zich vaak geroepen een ‘onrustprotocol’ vast te stellen, meestal ‘sociaal calamiteitenplan’ (SCP) genoemd. Het document beschrijft hoe ambtenaren, bestuurders en andere betrokken partijen die geen deel uitmaken van de generieke crisisorganisatie, met (potentiële) calamiteiten moeten omgaan. De gedachte achter zo’n protocol is vaak dat het beter is het dak te repareren als het niet regent. Ten tijde van onrust en calamiteiten heeft de organisatie nauwelijks tijd om adem te halen. Op rustiger momenten wordt de agenda doorgaans beheerst door andere prioriteiten.

Onzekerheidsreductie
Maar soms wordt het opstellen van een protocol mede ingegeven door een behoefte aan onzekerheidsreductie, beweert onderzoeker Roy Johannink, (co-)auteur van een recent boek over besluitvorming in het stelsel van crisisbeheersing. Het protocol dient mede de externe verantwoording. Johannink: ‘De neiging bestaat te denken dat met een protocol ook een probleem verdwijnt. Terwijl het niet meer en niet minder is dan een hulpmiddel. Waarbij ik voorspel, dat als zich een calamiteit voordoet, het waarschijnlijk niet wordt gebruikt.’ Johanninks stelling is dat een apart sociaal calamiteitenplan vaak contraproductief uitpakt en personele onrust in de hand werkt. Die wijsheid ontleent hij aan elf bijeenkomsten met medewerkers van negentien gemeenten.

Scherpte
Toon Schuiling, woordvoerder en adviseur van burgemeester en wethouders in Apeldoorn en gepokt en gemazeld als het om crises gaat, is het hartgrondig oneens met de opmerking dat een apart sociaal calamiteiten protocol overbodig is. Schuiling: ‘Het brengt scherpte in de organisatie. Bij calamiteiten moet er full commitment zijn in alle geledingen, zowel in de sociale hoek als binnen de crisisbeheersing en -communicatie. We constateerden dat met name in de sfeer van Wmo en de Jeugdwet de vanzelfsprekendheid binnen het sociaal domein om op te schalen en te verbreden onvoldoende was geland, terwijl dat besef elders in de organisatie wel bestond. Het protocol draagt bij aan verbinding en elimineert de vrijblijvendheid. Met boerenverstand kom je inderdaad een eind, maar een protocol geeft body.’

Lees het volledige artikel in Binnenlands Bestuur nr. 22 van deze week (inlog)

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie