Advertentie
sociaal / Nieuws

Hoe verder van de Randstad, hoe raker de klappen

Dat blijkt uit een doorrekening van Deloitte van de in het regeerakkoord aangekondigde (bezuinigings)maatregelen die samenhangen met de nieuwe Participatiewet, zeg maar de opvolger van de Wet werken naar vermogen.

23 november 2012

Gemeenten in de periferie gaan er door de kabinetsplannen op sociaal terrein financieel het hardst op achteruit. Alleen al als gevolg van de invoering van de Participatiewet krijgen sociaal zwakke gemeenten bijna 90 euro per inwoner minder.

Dat blijkt uit een doorrekening van Deloitte van de in het regeerakkoord aangekondigde (bezuinigings)maatregelen die samenhangen met de nieuwe Participatiewet, zeg maar de opvolger van de Wet werken naar vermogen. Die wet brengt de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), de Wet werk en bijstand (Wwb) en een deel van de Wajong samen. In het onderzoek zijn de budgettaire gevolgen van dat plan voor 60 gemeenten – van klein tot groot en qua ligging verspreid over het land – op een rij gezet. De belangrijkste conclusie is dat gemeenten aan de rand van het land, het verst weg van de Randstad, het meest worden geraakt door een stapeling van maatregelen die met de nieuwe wet samenhangen. 

De Participatiewet moet een bezuiniging opleveren van 1,2 miljard euro. In het kort komt de wet erop neer dat de meeste mensen die nu nog hun werk vinden in een sw-bedrijf naar de reguliere arbeidsmarkt moeten worden begeleid. Van het huidige aantal van 90.000 sw’ers is uiteindelijk nog maar plaats voor 30.000 beschutte werkplekken. Die werken straks tegen 100 procent van het wettelijk minimumloon – nu is dat nog 120 procent. Althans, het minimumloon is wat de sw-bedrijven voor de bekostiging krijgen overgemaakt. Het gat van twintig procent zullen ze – of de verantwoordelijke gemeenten – moeten dichten, vanwege de afgesproken cao-rechten.

Om de reductie te halen, zal de inzet zijn gericht op de uitstroom van sw’ers. Wat daarbij moet helpen, is dat reguliere bedrijven (die met meer dan 25 werknemers) worden verplicht een vast quotum aan arbeidsgehandicapten in dienst te nemen. Dat quotum loopt geleidelijk op naar 5 procent. Een bedrijf dat er niet aan voldoet, krijgt jaarlijks een boete van 5.000 euro per werkplaats voor een arbeidsgehandicapte.

‘Veel sociaal economisch zwakkere regio’s hebben echter een gebrek aan werkgevers, waardoor het verplichte quotum een enorme wissel zal trekken op de kleine groep werkgevers die wel tot de doelgroep worden gerekend’, aldus de onderzoekers Cor van Oorschot en Jaco Uittenbogaard. Conclusie is dat gemeenten die sociaal economisch toch al een grote opgave hebben, door het regeerakkoord nog verder op achterstand zullen worden gezet. Punt is dat sw-bedrijven die er niet in slagen de voorgeschreven reductie van het aantal beschutte werkplekken te halen, voor het ontstane tekort moeten opdraaien.

Krimpregio’s
Bij de voorganger, de Wet werken naar vermogen, was er nog een zogeheten transitiebudget van 400 miljoen euro beschikbaar voor deze omvorming van de Wsw. Dat bedrag is echter geschrapt. ‘Bij tekorten zullen gemeenten dat bedrag uit de algemene middelen moeten halen. Temeer daar gemeenten onder meer opdraaien voor de loondispensatie van het zittend sw-personeel. Dat betekent dat gemeenten moeten bijpassen en dus op andere terreinen moeten gaan bezuinigen’, voorziet Van Oorschot. Dat is alleen wat het participatiebudget betreft al een erg grote opgave in de krimpregio’s. Los dus nog van de bezuinigingen op het gemeentefonds.’

Het treft de gemeenten die als sociaaleconomisch zwak te boek staan, en dan met name die in de krimpregio’s Limburg en Groningen. Daar meten de onderzoekers uitschieters die oplopen tot 88 euro per inwoner minder, wat voor een stad met 80.000 inwoners ruim 7,5 miljoen euro per jaar scheelt. Maar ook andere aan de grens gelegen gemeenten krijgen het relatief zwaar voor de kiezen, met een gemiddelde min van zo’n 50 euro per inwoner.

De grootte van de gemeenten blijkt er niet zo heel veel toe te doen. Onderverdeeld in drie categorieën van gemeenten van ongeveer 30.000, 80.000 en meer dan 100.000 inwoners, schommelt het gemiddelde verlies per inwoner respectievelijk rond de 29 euro. ‘Dat een omvang van 100.000 inwoners de ideale schaal is, blijkt hieruit in elk geval niet’, aldus Patrick Jussen, sectormanager lokaal bestuur van Deloitte. ‘Het gaat vooral om de sociaal economische kenmerken en minder om bedrijfseconomische uitgangspunten.’

De ligging en de economische activiteit blijken veel belangrijker. Grote steden in het midden van het land, onder de rook van de Randstad, worden door de aangekondigde maatregelen minder getroffen dan vergelijkbare steden verder van de Randstad. Die grote steden leveren volgens het onderzoek 30 tot 50 euro in. Groeikernen rond de grootste steden van het land blijken het minst te worden geraakt door de mutaties in het participatiebudget – minder in elk geval dan de naburige grote steden. De verliezen in die doorgaans nieuwe steden blijven beperkt tot gemiddeld nog geen 20 euro per inwoner. De vier grote steden zelf nemen een middenpositie in, waarbij Amsterdam en met name Rotterdam slechter af zijn dan Den Haag en vooral Utrecht.

Onduidelijk is nog hoe de regels precies gaan uitpakken, zo stellen de Deloitte- onderzoekers. ‘Maar gemeenten zullen wel moeten voorsorteren op wat er ongeveer komen gaat, al weten ze waarschijnlijk pas in september volgend jaar wat de financiële (meerjaren)kaders bij benadering zullen zijn. Daarop wachten is echter niet verstandig. Voor de zomer moet je op hoofdlijnen al scenario’s klaar hebben liggen.’

Nivellering
Een deel van de oplossing die Van Oorschot en Uittenbogaard zien voor de krimpregio’s – ‘je mag op basis van ons onderzoek gerust spreken van een verarmingsrisico voor die gebieden’ – is een fundamentele herziening van het gemeentefonds, waarbij er wordt genivelleerd tussen de gemeenten die hard en minder hard worden getroffen. En er zal meer werk moeten worden gemaakt moeten van samenwerking tussen overheden en het bedrijfsleven.


Achteruitgang door Participatiewet in euro's per inwoner

* Perifere gemeenten aan landgrens:  50-80

* Grote steden in midden-Nederland:  30-50

* Groeikernen rondom steden:              10-20

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hberden
Beste Hans, je maakt toch een grote denkfout.

Jouw achterland ligt steeds centraler in Europa terwijl de Randstad steeds meer periferie wordt # nadenkertje !
JHAGM Sneuf vanm Toetellaere / Herder BD
Kwestie dus van samSommetjes maken: de sterkste schouders de zwaarste lasten niet waar?Opnieuw worden we weer massaal beruttet
Wiet ten Doeschate / directeur ixad-communicatie en vormgeving. Maastricht
Landje ter grootte van een postzegel trekt zich nog verder terug op de rand van de Noordzee. Bij vloed kunnen ze op het Binnenhof de branding bijna horen. Heerlijk uitwaaien aan de rand van Europa, daar waar het voelt alsof Nederland geen grenzen kent.
Advertentie