Advertentie
sociaal / Nieuws

Fraudewet minder streng

Het uitgangspunt van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid in bijstandszaken is dat de boete die wordt opgelegd als er fraude geconstateerd is, even hoog is als het bedrag dat de bijstandsgerechtigde te veel ontvangen heeft. Maar de uitspraak van de CRvB zet een streep door die redenering. De rechter moet indringender toetsen of de hoogte van de boete evenredig is, aldus de Raad.

03 juli 2015

Boetes die opgelegd worden in het kader van de Fraudewet moeten afgestemd worden op de individuele situatie van de bijstandsgerechtigde. Dat heeft de Centrale Raad van Beroep geoordeeld in een eerste uitspraak over de gevolgen van de Fraudewet.

Het uitgangspunt van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid in bijstandszaken is dat de boete die wordt opgelegd als er fraude geconstateerd is, even hoog is als het bedrag dat de bijstandsgerechtigde te veel ontvangen heeft. Maar de uitspraak van de CRvB zet een streep door die redenering. De rechter moet indringender toetsen of de hoogte van de boete evenredig is, aldus de Raad. Bovendien moet de gemeente beoordelen of sprake is van verminderde verwijtbaarheid.

Grove schuld
Een boete ter hoogte van 100 procent van het bedrag dat iemand sowieso al moet betalen, heeft grote gevolgen, vindt de Raad. Zo’n hoge boete mag alleen opgelegd worden als er sprake is van opzet bij de betrokkene. Bij grove schuld mag een boete worden opgelegd van 75 procent. De gemeente die de boete oplegt moet dan aantonen dat sprake is van opzet of grove schuld. Bij 'gewone' verwijtbaarheid mag slechts een boete worden opgelegd van 50 procent. Een lagere boete (van 25 procent) is mogelijk als sprake is van verminderde verwijtbaarheid. De Raad heeft de uitspraak gedaan naar aanleiding van drie zaken waarin mensen niet hadden doorgegeven aan het werk te zijn en in één zaak waarin iemand niet had doorgegeven niet langer op het uitkeringsadres te wonen.

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

adriana
Er worden ook bruto bedragen teruggevorderd, omdat het teveel betaalde in kalenderjaren is uitbetaald. Dat moet omdat de belastingdienst dat eist. Echter de boetes worden dan ook berekend over het brutobedrag, terwijl je netto circa 40 % minder hebt ontvangen. Dit geldt ook als je nauwelijks verwijtbaar bent.
t. faber / gepensioneerd
Ben het volkomen met Van der Vorst eens. Wetgeving die kennelijk onredelijk is gaat in tegen het rechtsgevoel van de burgers en verliest daarmee haar legitimiteit. Daarmee worden de beginselen van de rechtsstaat ondermijnd.
A. van der Vorst / interimmanager
L.S.,

Uiteraard is het een goede zaak dat misbruik wordt aangepakt. Ben zelf 19 jaar looninspecteur geweest bij het toenmalige GAK/UWV. Kom nog uit een tijd dat er bij fraude per definitie opzet in het spel moest zijn, zij het dat de kentering toen al zijn intrede deed en sneller fraude werd aangenomen.

Nu pleeg je, gelet het boetebeleid, al fraude bij een kennelijke vergissing. Ingesteld omdat opzet soms moeilijk is aan te tonen en daardoor echte fraudeurs de dans nogal eens ontsprongen. N.m.m. een zwaktebod om de macht te kunnen uitoefenen. "De goede moeten maar onder de kwaden leiden" is immers gemakkelijker toe te passen dan fraude aantonen. Goed dat de rechtbank nuances aanbrengt. Hopelijk wordt het realisme teruggevonden.
Advertentie