Advertentie
sociaal / Nieuws

'Amsterdam kan zaak illegale mbo'ers niet winnen'

Rechtssocioloog Paul Minderhoud ziet in het arbeidsrecht vreemdelingen geen mogelijkheid voor de gemeente Amsterdam een rechtszaak over het aannemen van illegale mbo'ers als stagiair te winnen.

06 april 2012

Op basis van de huidige regelgeving kan de gemeente Amsterdam een eventuele rechtszaak om illegale mbo’ers een stage te laten lopen niet winnen, aldus de Nijmeegse rechtssocioloog Paul Minderhoud.

Doorkruising
‘Ik zie in het arbeidsrecht vreemdelingen geen mogelijkheid voor Amsterdam om deze zaak te winnen. Je hebt een tewerkstellingsvergunning nodig voor een stage en die krijg je niet als je illegaal bent. Het is een doorkruising van het arbeidsrecht en het recht op onderwijs. De overheid maakt het onmogelijk. Als je de wet naar de letter uitvoert, dan zal de Raad van State de boete die de minister oplegt ook bevestigen.’ Minderhoud wijst erop dat onlangs een Kamermotie is aangenomen, die stelt dat geen tewerkstellingsvergunning nodig is. ‘Van Bijsterveldt ondersteunde die toen van harte, maar Kamp niet. Die hield voet bij stuk.’

Moment van inschrijving
Vreemdelingen mogen tot 18 jaar onderwijs volgen. In de Koppelingswet is namelijk een uitzondering voor gemaakt voor onderwijs, zorg en rechtshulp. ‘Ze mogen ook hun secundair onderwijs afmaken. Als een havo-student op zijn 17de klaar is en zich inschrijft voor een hbo-studie, mag hij die afmaken. Je hebt op dat moment namelijk nog geen verblijfstoets. Hier geldt het moment van inschrijven. Maar een stage kun je dan niet volgen, alleen als de tewerkstellingsvergunning wordt afgeschaft.’ Minderhoud wijst ook op het Stoutfonds dat de administratieve boetes voor overheden in deze gevallen wel wil betalen.

Buitengewoon verheugd
Het Stoutfonds is een initiatief van maatschappelijk investeerder Start Foundation die jaarlijks vier miljoen euro investeert in projecten en bedrijven die kansen bieden aan mensen die een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt hebben. Het fonds is buitengewoon verheugd dat de Amsterdamse gemeenteraad de motie om stageplaatsen aan te bieden aan jongeren die geen permanente verblijfsvergunning hebben heeft aangenomen. ‘Daarmee schaart Amsterdam zich achter de dertig bedrijven en één andere gemeente die dit vorig jaar ook deden na een oproep van het Stoutfonds.’

Fonds betaalt boetes
Het verbieden van verplichte stages aan jongeren vindt het Stoutfonds niet alleen een persoonlijk drama voor de jongeren in kwestie, maar ook strijdig met het recht op onderwijs. ‘Deze kwestie had allang opgelost moeten zijn.’ Het Stoutfonds is in 2011 opgericht uit onvrede met het feit dat vele oproepen deze zaak te regelen werden genegeerd. Het fonds betaalt eventuele boetes die stagebieders en scholen krijgen en regelt stages voor jongeren die zich bij hen melden. Een rechtszaak is al gaande en de boete die opgelegd gaat worden aan de gemeente Hollands Kroon, zal ook worden aangevochten.

Reacties: 8

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Jan Beerenhout azn / Buitenlid IPSV=Bende van Schaefer
Mijn hele werkzaam leven heb ik stagiaires ‘op kantoor’ erbij gehad. Omdat zij geen werknemer maar leerling waren kostten zij in het algemeen veel tijd, en brachten niets op.

Dat kon/kan ook niet, want ze liepen mee om het vak te leren, resp. het geleerde onder leiding in de praktijk te beoefenen.

Er werden ook geen ‘werknemers-eisen’ aan hen gesteld. Dat kon pas aan het eind van de stageperiode, als ze het echte werken erbij hadden geleerd.



Uit ervaring weet ik dat een stage geen werk is, een stagiaire mag ook niet als reguliere werknemer/ster ‘gebruikt’ worden,

en wordt daar ook niet voor betaald. Het is een praktische leerplaats, d.w.z. het is een onderdeel van het vak-onderwijs

p. / raadslid
Voor een aantal functies heb je een VOG nodig, ook als stagiaire. Ik vind dat wel heel belangrijk voor bepaalde vakgebieden (kinderopvang, bijvoorbeeld). Volgens mij kan iemand die illegaal in Nederland is geen VOG krijgen. Hoe moet dat dan opgelost worden?
Wim de Oude / financieel beleidsmedewerker AO/IC
Als je een leerling/mens die geëtiketteerd wordt als "illegaal" de kans ontneemt om als belangrijk onderdeel van zijn/haar opleiding aan de toekomst op een positieve manier te werken dan maakt het het probleem van illegaliteit alleen maar erger. We moeten juist "deze jonge illegalen" deze kans van harte gunnen.
H. Wiersma / sr. beleidsadviseur (gepens.)
Het is opvallend hoeveel politici momenteel kennelijk stemmen proberen te winnen over de ruggen van illegalen en asielzoekers. Dat is verderfelijke soort politiek bedrijven. Het irriteert kiezers en werkt juist averechts voor de desbetreffende politieke partijen.

Gemeenten en politici zijn de eerst aangewezen exponenten van de maatschappij om zich aan de huidige wetgeving te houden.
Ad van Zundert / zelfstandig adviseur
"Stage": werk of leren. M.i. een kwestie van definitie. Het is dus maar net wat je er in wil zien. Veruit de meesten zullen stage kwalificeren als 'praktijkleertijd' (overigens ook zo in Van Dale). De nadruk ligt op leren en - zeer zeker - niet op werken.Dat kan natuurlijk wel anders worden als de stage vele malen langer duurt dan de 3 tot 6 weken binnen een MBO-opleiding. Als je A zegt, lees ook illegale leerlingen mogen hun studie afronden, hoort daar ook B bij, namelijk dat ze de mogelijkheid moet worden geboden het diploma te halen. Het 'zwaktebod' van de minister is: ik voer de wet uit. Gisteren in Pauw & Witteman demonstreerde Kamp zijn onverzettelijkheid door dit als een kapotte grammofoon tegenover Ascher te blijven herhalen. Er bestaat, ook voor ministers, geen verbod op nadenken. Gelukkig doen (steeds meer) gemeentebesturen dat wel en blijft het niet alleen bij de 40 burgemeesters die Leers laten zien dat zij meer gevoel met de samenleving hebben. Hulde voor Ascher die geen krimp gaf en totaal niet onder de indruk was van de bekrompen visie van Kamp. Misschien moet die de paasdagen eens gebruiken om een nieuwe naam voor zijn ministerie te bedenken, want de term 'sociale zaken' krijgt wel een hele vreemde klank bij deze man.
Fred IJspeerd / juridisch beleidsmedewerker P&O
Volgens mij kijkt de rechtssocioloog Paul Minderhoud niet naar de goede regelgeving. Als hij creatief in de jurisprudentie van het EHRM duikt, is er volgens mij een kansrijke zaak van te maken.
Even los van een juridische welles-nietes discussie lijkt het mij beter als wij in Nederland en Europa een passend antwoord weten te vinden voor het probleem van illegaliteit aan de ene kant en minderjarige illegalen aan de andere kant.



Op discussies zoals rondom Mauro, of je zijn situatie nu benoemd als "schrijnend" of als "slimme Mauro", zit ik eigenlijk niet te wachten. Er zijn volgens mij grotere politieke uitdagingen in het sociaal-economische domein.



Wouter van Balen / consultant
Hier strijden twee rechtsbeginsels om voorrang: het humanitaire (en uit de Grondwet af te leiden) recht op onderwijs en de rechten als vreemdeling (af te leiden uit de Vreemdelingenwet en de Koppelingswet). Deze incongruentie bestaat al jaren. Een uitspraak op het hoogste rechtsniveau had natuurlijk al lang gedaan moeten zijn. Slordig van de overheid!

Asscher probeert nu binnen de grenzen van de wet een menswaardige oplossing te vinden. Dat kan ook, want niet elke stage leidt tot uitvoerende arbeid (en dat is wat anders dan dezelfde handeling gedurende een korte tijd een doen om de vaardigheid te leren).. Kamp valt in deze discussie volledig door de mand door zich krampachtig te houden aan een starre uitleg van de wet. Hij is na Leers de volgende gevangene van de onmogelijke gedoogconstructie waardoor dit Kabinet zich steeds weer in idiote bocht moet wringen.

Suggestie voor een oplossing: humanitaire (en internationaal erkende) grondrechten hoger aanslaan dan nationale wetsbeginsels. Daarom minderjarige vreemdelingen bij wet tot meerderjarigheid als niet-illegaal beschouwen. Qua uitvoerbaarheid m.i. simpel: als de illegale ouders het land uit moeten, gaan de minderjarigen in de meeste gevallen vanzelf mee. En als ze niet meegaan, zijn ze tot hun meerderjarigheid niet-illegaal en kunnen eventueel als meerderjarige blijven tot ze hun opleiding af hebben.

Dorthy Ariaens / oud-ambtenaar
Mij lijkt het nuttig naar de uitspraak nr 01106847/1/V6 dd 4 april 2012 van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State te kijken, met name naar rechtsoverwegingen 2.3.2 en 2.3.3. De daarin beschreven omstandigheden leidden de Afdeling tot de conclusie dat deze stage van een tandarts in opleiding (een co-assistentschap) niet als werk in de zin van de Wav was te beschouwen, zodat er geen belemmering was de student de stage te laten volgen.

Ik denk dat veel van de stages waarover nu gediscussieerd wordt al binnen dezelfde termen vallen, en er geen enkel juridisch probleem is. Voor het overige denk ik dat er bij botsende rechtsbeginselen (zie Van Balen) heel wat argumenten zijn het voordeel aan de kant van de stagiair te leggen.





Advertentie