Advertentie
sociaal / Nieuws

Advies commissie-Westerlaken: saneer hele sector Wsw

De commissie Toekomst en Transitie Wsw breekt een aantal heilige huisjes grondig af. Kabinet, gemeenten, sociale werkvoorzieningen, werknemers: alle betrokken partijen moeten water bij de wijn doen.

16 september 2011

De commissie-Westerlaken, ingesteld door de VNG en sw-brancheorganisatie Cedris, onderzocht de overgang van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) naar de Wet werken naar vermogen (Wwnv). In het rapport dat gisteren is aangeboden aan de voorzitter van de VNG, Annemarie Jorritsma, adviseert de commissie een complete reset van de sector.

 

Het Rijk wil het aantal Wsw’ers terugbrengen van 100 duizend naar 30 duizend en de subsidie afbouwen. Tegelijkertijd mogen hun rechten niet aangetast worden, stelt het kabinet. Gemeenten vrezen dat zij door het overhevelen van ‘dure’ Wsw’ers naar de Wwnv straks financieel nog zwaarder de klos zijn, door bezuinigingen op de AWBZ, reïntegratie en verhoogde bijstandsuitgaven. De huidige Wsw’ers krijgen gemiddeld 120 procent van het minimumloon.

 

Wsw’ers zijn volgens de commissie ‘gevangen in gouden ketenen’. Zij adviseert het kabinet niet strak vast te houden aan hun huidige rechtspositie. Voorstel is ‘verse’ instroom te betalen volgens de normen van de Wwnv, waardoor het salarisniveau overeenkomt met dat van uitkeringsgerechtigden in de bijstand en jonggehandicapten (Wajongers).

 

Ontschotting

 

Voor ‘bestaande gevallen’ mag volgens de commissie bevriezing van lonen en rechten niet bij voorbaat uitgesloten worden. Dit om verschillen tussen ‘oud’ en ‘nieuw’ niet te groot te maken en te voorkomen dat medewerkers te prijzig zijn voor de reguliere arbeidsmarkt. Om die reden moet misschien ook het mes in secundaire arbeidsvoorwaarden (seniorendagen, eenmalige uitkeringen).

 

De uitstroom stagneert volgens de commissie ook, omdat sociale werkvoorzieningen hun productiefste mensen liever niet zien vertrekken.

 

VNG-bestuurslid Marco Florijn, wethouder van sociale zaken in Rotterdam, vindt dat het rapport-Westerlaken ‘uitstekende handvatten’ biedt voor nieuwe onderhandelingen. ‘Het erkent dat het niet haalbaar is de CAO helemaal in stand te houden en stelt het verbod op herindicaties ter discussie. Het Rijk moet bereid zijn dogma’s uit het gedoogakkoord los te laten.’

 

De commissie bekeek de vraagstukken rond de Wsw in samenhang met problemen rond bijstand, Wajong en Awbz. Die taakopvatting sluit volgens Florijn aan bij de beoogde ‘ontschotting’ van budgetten in het wetsvoorstel Werken naar Vermogen. ‘Het rapport is een roadmap, die kansen en valkuilen aanwijst en veel verantwoordelijkheid toekent aan gemeenten’. In navolging van zijn Amsterdamse collega Asscher dringt Florijn er op aan dat het kabinet de effecten van ‘stapeling van bezuinigingen’ zichtbaar maakt. ‘Onze zorgen daarover zijn niet weg.’

 

Potentieel

 

Ook wordt in het rapport erkend dat een groep Wsw’ers nooit bij een ‘gewone baas’ aan de slag kan. Wie een verdiencapaciteit heeft lager dan 20 procent, valt als het aan haar ligt in de toekomst onder ‘beschermd werk’ (simpel werk in combinatie met Awbz dagbesteding). Werknemers met méér potentieel moeten in dienst komen bij detacheerders en begeleiding krijgen naar werk. Instromers van vóór 1998 en 35-minners moeten in de visie van de commissie voorrang krijgen.

 

Detacheringsconstructies zijn volgens de commissie het kansrijkst, omdat die voor werkgevers minder risico en ‘gedoe’ opleveren. Het UWV is ‘de meest aangewezen instantie’ om competenties van Wsw’ers te beoordelen.

 

Joan Leemhuis-Stout, voorzitter van brancheorganisatie Cedris, noemt het ‘een goede zaak dat de commissie het werkgevers zo gemakkelijk mogelijk wil maken door fors in te zetten op detachering. Sw-bedrijven hebben hier in de praktijk succesvolle ervaringen mee opgedaan. Die ontwikkeling moet de komende jaren versneld doorzetten’. Verder constateert ze dat het rapport aangeeft dat de overgang naar Wet werken naar vermogen met de huidige kabinetsplannen financieel bijna onmogelijk is.

 

Dubbele pet

 

Het rapport onderkent in die zin bijvoorbeeld de grote regionale verschillen omdat tot 1998 de regionale werkloosheid meewoog bij indicatiestelling. ‘Dezelfde werkloosheid en regionale economische omstandigheden die eerst de hoge instroom in de Wsw veroorzaakten, belemmeren nu de omvorming,’ aldus Westerlaken. De commissie stelt daarom voor gebieden met relatief veel Wsw’ers en hoge(re) werkloosheid te compenseren, door in die regio’s korting op de subsidie te maximeren.

 

Overigens worden in de Wsw veel dubbele petten gedragen, zo vindt de commissie. Sw-bedrijven zijn uitvoerder, gemeenten bepalen het beleid en zijn tegelijk opdrachtgever en financier. In die structuur bepaalt een wethouder op maandag de opdracht aan een sw-bedrijf, beslist hij dinsdag mee over de bedrijfsvoering en houdt hij op woensdag toezicht. Het rapport bepleit daarom een scheiding van verantwoordelijkheden, vastgelegd in een landelijke ‘governance code’.

 

Waar sw-bedrijven onder een gemeenschappelijke regeling vallen, is volgens de commissie juist weer veel afstand tot het bestuur. Gebrek aan kennis en het wisselen van poppetjes in de politiek zouden tot gebrek aan visie en continuïteit leiden.

 

Volgens Westerlaken is snel beginnen ‘de enige manier om te komen tot een omslag’ in de branche. ‘De neiging iets niet door te laten gaan omdat het voor 2 procent te ingewikkeld ligt, terwijl het voor 98 procent een oplossing biedt, is typisch Nederlands. Die 2 procent mogen geen reden zijn om op onze handen te zitten’.   


‘Een grote pierenpot’
Behalve voorzitter Anton Westerlaken, bestuurder bij Erasmus MC, zaten in de commissie Toekomst en Transitie Wsw (oud-)bestuurders uit politiek, bedrijfsleven en het werkvoorzieningschap. Opdracht was om de toekomst van sociale werkplaatsen te schetsen in het licht van de patstelling tussen Rijk en gemeenten. De impasse leidde er toe dat er geen compleet bestuursakkoord kwam. Westerlaken trof ‘een grote pierenpot’ aan, met 418 gemeentelijke opdrachtgevers en 94 sw-bedrijven, die qua omvang, rendement, besturing en rechtsvorm sterk afwijken.

 

De commissie stuurt aan op privatisering en afbouw van verlieslijdende bedrijven of perspectiefloze onderdelen. ‘Daarbij is privatisering geen doel. Liever een afgewogen keuze tussen private en publieke uitvoering,’ stelt de commissievoorzitter. Bij sanering hoort een herindeling, die waar mogelijk uitvoeringsorganisaties vormt die samenvallen met bestaande verbanden, zoals de dertig arbeidmarktregio’s of de dertig Werkpleinen Plus.

 

De commissie onthield zich van gedetailleerde berekeningen. ‘Wij leggen geen bouwplaatje neer, omdat wij onze ambitie niet willen overschreeuwen,’ aldus de commissievoorzitter

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

ruud schouten / teamlieder wsw
mooie rapporten worden gemaakt over wat de wsw kost en is geen rekening gehouden met de zgn nrg [ niet regeling gebonden] mensen die in de wsw werken.

die veel geld verdienen ten kosten van de wsw er en daardoor de begeleiding kosten verhogen, de wsw kan veel goedkoper, door bezuinigen op deze salarissen. er zijn zat ideeën om de kosten te beheersen
Advertentie