sociaal / Partnerbijdrage

Kwijtschelden schulden van gedupeerden toeslagenaffaire

Start er snel mee!

19 oktober 2022
Opinie

Het Wetsvoorstel hersteloperaties toeslagen, dat de vergoedingen, de ondersteuning door gemeenten en uitstel of kwijtschelding regelt van schulden voor de burgers die verstrikt zijn geraakt in de kinderopvangtoeslagenaffaire, is aanhangig bij de Tweede kamer. Het advies is om de inwerkingtreding van de wet niet af te wachten en op de grondslag van een collegebesluit alvast aan de slag te gaan met het kwijtschelden van de schulden van gedupeerden en toeslagpartners.

Lees de opinie van mr. André Pepers, waarin hij

  • zijn vizier richt op de kwijtschelding van publieke schulden die betrekking hebben op de Participatiewet, de IOAW en de IOAZ;
  • ingaat op de voorwaarden voor kwijtschelding van deze schulden;
  • laat zien welke uitzonderingen er op de kwijtscheldingsplicht zijn.

Het wetsvoorstel omvat verschillende regelingen

Het Wetsvoorstel hersteloperaties toeslagen werd op 24 juni 2022 door staatssecretaris Aukje de Vries van Financiën (Toeslagen en Douane) ingediend bij de Tweede kamer. In het wetsvoorstel zijn verschillende regelingen opgenomen, waaronder de bestaande Catshuisregeling, die ervoor zorgt dat gedupeerden een compensatiebedrag van € 30.000 krijgen. Ook biedt de regeling hulp bij de aanpak van de schulden van de getroffen ouders en is het kwijtschelden van hun publieke schulden erin opgenomen.
In deze opinie ga ik specifiek in op de kwijtschelding van publieke schulden die betrekking hebben op de Participatiewet, de IOAW en de IOAZ. De onderwerpen die ik zal behandelen zijn: de voorwaarden voor kwijtschelding, de wijze waarop de gemeente de kwijtschelding moet realiseren en wanneer de gemeente met deze hersteloperatie voor gedupeerde ouders kan starten.

Kwijtschelding van publieke schulden door de gemeente: welke voorwaarden zijn er?

In het wetsvoorstel staan in artikel 3.8 de voorwaarden voor kwijtschelding van schulden op het gebied van de Participatiewet (inclusief Bbz 2004 en Tozo), IOAW en IOAZ genoemd. Het gaat hier om schulden die betrekking hebben op de periode tot en met 31 december 2020. Aanvullende voorwaarde is dat deze schulden op die datum nog open stonden.

Waarom scheldt de gemeente alleen die schulden kwijt, die op 31 december 2020 al bestonden? Dat heeft te maken met het feit dat het politieke besluit over het kwijtschelden van publieke schulden is genomen en bekend gemaakt tijdens het Catshuisberaad van eind december 2020. Door die datum aan te houden, kan een gedupeerde niet in de verleiding komen na deze datum onnodige schulden te maken, met in het achterhoofd dat die schulden toch worden kwijtgescholden.

Indien de schuld pas ná 31 december 2020 is vastgesteld, maar wel betrekking heeft op de periode daarvoor, is kwijtschelding ook mogelijk. Maar vorderingen die materieel betrekking hebben op de periode vanaf 1 januari 2021 komen dus niet in aanmerking voor kwijtschelding, net als schulden die op 31 december 2020 al waren afbetaald.

Kwijtschelding: ook verhogingen tellen mee

Bij de kwijtschelding tellen ook de bedragen mee waarmee die schulden zijn verhoogd, zoals de wettelijke rente, incassokosten en de verhoging als gevolg van het terugvorderen van een brutobedrag (artikel 58 lid 5 Participatiewet).

Terugbetaling aflossing of verrekening ná 31 december 2020

Eén van de voorwaarden is dat de schuld op 31 december 2020 nog bestond. Is die schuld ná deze datum afgelost aan de gemeente, waardoor de schuld is verminderd, dan wordt het bedrag van de aflossing terugbetaald. Ook wanneer de schuld na deze datum is verrekend met de lopende uitkering, is er recht op terugbetaling. Dit zal echter niet zo vaak voorkomen, want de gemeente heeft de inning van de schuld mogelijk al (tijdelijk) stopgezet. Voor de gedupeerden die het compensatiebedrag van € 30.000 hebben ontvangen, geldt bovendien een moratorium (afkoelingsperiode) van een jaar (artikel 2.20 in verband met artikel 2.7 van het wetsvoorstel).

Kwijtscheldingsplicht: de uitzonderingen

Het kan zijn dat de gedupeerde ouder of toeslagpartner de hoedanigheid van werkgever heeft. In dat geval wordt diens schuld – die bijvoorbeeld in verband staat met loonkostensubsidie (artikel 10d Participatiewet) - niet kwijtgescholden of terugbetaald.

Ook uitgezonderd van kwijtschelding of terugbetaling zijn schulden die zijn ontstaan door het opzettelijk of door grove schuld niet nakomen van de inlichtingenplicht. Dat geldt voor zowel de schuld als gevolg van de terugvordering (het benadelingsbedrag) als voor de bestuurlijke boete. Wanneer de schuld naar het oordeel van het college is ontstaan door misbruik van sociale zekerheid of frauduleus of anderszins wederrechtelijk handelen (of nalaten) wordt evenmin terugbetaald of kwijtgescholden.

Voor bedrijfskapitaal op grond van Bbz 2004 en Tozo geldt een bijzonder regime

Aan zelfstandigen kan op grond van het Bbz 2004 en de Tozo bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal worden verstrekt in de vorm van een rentedragende lening. De kwijtschelding daarvan ziet in de eerste plaats op achterstallige betalingen op grond van het Bbz 2004, die op 31 december 2020 nog open stonden. Is er vanaf 1 januari 2021 afgelost, dan volgt terugbetaling van het afgeloste bedrag. Leningen op grond van de Tozo vallen niet onder deze regeling voor achterstallige betalingen, omdat voor de Tozo geldt dat pas vanaf 1 juli 2022 hoeft te worden terugbetaald.

Voor kwijtschelding van de hoofdsom geldt de voorwaarde dat deze vóór 1 januari 2021 door het college is teruggevorderd op grond van artikel 58 lid 2 onderdeel b Participatiewet (niet nakomen van de uit de geldlening voortvloeiende verplichtingen). De maximale hoogte van de kwijtschelding is gelijk aan de grens van de staatssteun (€ 200.000,- over een periode van 3 jaar).

Het college initieert de kwijtschelding

De gedupeerde ouder of toeslagpartner hoeft geen aanvraag tot kwijtschelding in te dienen: het college scheldt de schulden ambtshalve kwijt. Het college ontvangt de persoonsgegevens van de betrokkenen voor wie kwijtschelding kan worden verleend via het Gegevensportaal van de uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT). De doelgroep wordt dus niet door het college bepaald.

Zo snel mogelijk beginnen met kwijtschelden

Het college hoeft de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen niet af te wachten om te beginnen met het kwijtschelden van schulden van de gedupeerden en de toeslagpartners. Het is van belang hiermee zo snel mogelijk te starten. Het college kan een besluit nemen waarmee wordt geanticipeerd op de wetgeving en dat als grondslag dient voor de kwijtschelding in individuele gevallen. Gedupeerde ouders die in een Wsnp- of Msnp-traject zitten, zouden hierbij voorrang moeten krijgen, zodat hun schuldentrajecten snel kunnen worden beëindigd.

Altijd op de hoogte zijn van het laatste nieuws in het sociaal domein? Dat kan met een abonnement op onze online kennisbank Schulinck schuldhulpverlening, Participatiewet, Wmo, Jeugd of Inburgering.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.