sociaal / Partnerbijdrage

Informatievoorziening voor transformatie

Informatievoorziening voor transformatie

02 december 2014

Afbeelding

T-day

1 januari 2015 komt snel dichterbij. Op die dag moet de transitie daadwerkelijk tot stand komen. Is de decentralisatie van de AWBZ voor de betreffende burgers goed gegaan? Worden de diensten in de jeugdzorg gecontinueerd? Functioneren de sociale wijkteams zoals we bedacht hebben? Natuurlijk is er nog veel in ontwikkeling, maar het is politiek van groot belang of we ongewenste gaten in de dienstverlening aan de burger in het sociaal domein kunnen voorkomen. De situatie zal zeker anders zijn dan vóór T-day, aangezien er bezuinigingen zijn gekoppeld aan de transities en dus niet alle dienstverlening als voorheen kan doorlopen.

Financiële risico’s

Het wordt spannend komend jaar of de transities geen ongewenste gevolgen voor de burger hebben. Maar minstens zo spannend is het, of we als gemeente wel uitkomen met onze centen.

Tot op dit moment is nog niet voor alle transities duidelijk welke middelen er precies overkomen en welke rechten burgers meenemen. Deels wordt dit zelfs pas na T-day bekend. Bovendien dienen zich de eerste rechtszaken al aan van burgers die menen dat zij ten onrechte een vermindering van voorzieningen opgelegd krijgen. Onduidelijk is wat de financiële gevolgen voor de gemeenten zijn. Het is dus ook logisch dat er bij de transities momenteel de nadruk op ligt om financieel in control te blijven.

-       Hebben we zicht op de financiële verplichtingen die we aangaan?

-       Blijven we binnen de gestelde budgettaire kaders.

-       Komen we uit met de aantallen ingekochte voorzieningen.

-       Kloppen de aantallen verwachte burgers?

 

Controle

Inmiddels bestaan er tal van systemen om financiële controle te houden. Dat zijn managementtools die zich meestal beperken tot de financiële beheersing. Soms zijn ze gekoppeld aan de uitvoering naar de burger, in welk geval ze vooral bedoeld zijn voor benchmarking om bijvoorbeeld de prestaties van wijkteams met elkaar te vergelijken. In het gunstigste geval worden de verschillen gebruikt als leertraject om te komen tot de best practice voor de klant. Maar hoe vaak zullen ze dienen als kille normering, als afrekentool voor de financiële prestaties van de afzonderlijke sociale wijkteams?

Preventieve kracht sociale wijkteams

Terwijl op voorhand natuurlijk niet altijd even duidelijk is hoe groot de preventieve krachten van een team zijn, die in een later stadium uitgaven elders in het sociaal domein beperken. Er zullen ongetwijfeld teams zijn die op korte termijn misschien wat duurder zijn voor de gemeente, maar dat op langere termijn ruimschoots terugverdienen. Wat ons brengt bij de wens tot transformatie in het sociaal domein. De droom om tot betere en goedkopere dienstverlening aan de burger te komen door zaken anders aan te pakken dan we tot nu toe doen. Dat een integrale aanpak van maatschappelijke problemen, vanuit het perspectief van de individuele burger en zijn omgeving, dwars door alle bestaande schotten heen, tot beter houdbare oplossingen leidt dan ons huidige stelsel van voorzieningen.

 

Strategische stuurinformatie

Om hier zicht op te krijgen moeten we naar sturingsinformatie in drie lagen.

  1. De eerste laag is voor de uitvoering, gericht op operationele informatie: wie krijgt welke ondersteuning van wie? Professionals kunnen uit deze laag ook de informatie halen die nodig is om in samenhang met elkaar te werken en de mantra 1 gezin-1plan in te vullen.
  2. De tweede laag is voor de tactische en management informatie. Deze is sterk gericht op beheersing en tijdige signalering van afwijkingen.
  3. De derde laag is voor de strategische afwegingen. Deze moet inzichtelijk maken welke gevolgen strategische keuzen op het terrein van de participatie hebben voor de operationalisering van de Wmo en vice versa. Hiervoor moeten we strategische informatie verzamelen uit onder meer landelijke databases voor te bereiken maatschappelijke effecten en deze koppelen aan de gegevens van de lokale uitvoering. Belangrijk is dat we daarbij ook zicht krijgen op de gewenste en ongewenste neveneffecten. Niet omdat dan de maatschappij plotseling wel maakbaar blijkt te zijn, die illusie zijn we toch wel voorbij, maar vooral gewoon om die ongewenste effecten te vermijden.

 

Herwaardering burger

De uitdaging is daarbij om de burger en zijn mogelijkheden centraal te blijven houden en niet te snel te zwichten voor financiële beheersing. Innovatie vraagt om ruimte voor investeringen. Investeringen in professionele ruimte, investeringen in samenwerking, investeringen in mensen. En ja, ook daarbij gaan de kosten voor de baten uit. Een strategische tool helpt om afwegingen te maken, over investeringen die het meest bijdragen aan de maatschappelijke effecten die we met de transformatie willen bereiken. Een strategische tool geeft ook inzicht tijdens de rit of we de juiste koers aanhouden, en na afloop of de gestelde doelen zonder ongewenste nevenschade zijn bereikt. Het helpt ons te leren voor komende innovaties in het sociale domein. En de eerstvolgende zou wel eens de totale herwaardering kunnen zijn van de eigen burgerkracht ten koste van de regierol van de gemeenten.

Meer weten

Reageren op dit artikel kan hieronder. U kunt ook direct contact opnemen met de auteur:

Jan Tilburgs – j.tilburgs@stade.nl – 06 5124 2511.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.