Ook Zuiden zit aan grens netcapaciteit

Delen van Noord-Brabant en Limburg hebben te weinig capaciteit op het elektriciteitsnet om alle nieuwe duurzame energieprojecten stroom te laten leveren. Volgens hoofdnetbeheerder TenneT is het niet mogelijk om het elektriciteitsnet net zo snel uit te breiden als het aanbod van, met name, zonneparken toeneemt.

Congestiemanagement

Om het dichtslibben van het elektriciteitsnet te voorkomen, wordt in verschillende gebieden geprobeerd om congestiemanagement toe te passen. Dat betekent dat er afspraken worden gemaakt met stroomleveranciers, zoals zonneparken, om tijdelijk minder stroom te leveren als het aanbod te groot wordt. Maar omdat het aantal aanbieders zo snel stijgt, bieden die afspraken vaak maar weinig soelaas.

Zo heeft netbeheerder Enexis het aantal grootzakelijke klanten, dat zijn zonneparken of grootschalige zon-op-dak aanbieders, in Noord-Brabant zien stijgen van 800 aanbieders in 2018 naar 3300 in 2021. In Limburg verdrievoudigde het aantal van 400 naar 1200. En het ziet er niet naar uit dat de groei van zonneparken snel gaat afnemen. In de meeste Regionale Energiestrategiën staat nog een forse ambitie om veel meer elektriciteit op te wekken uit zon, in plaats van wind. In de RES-inventarisatie van het Planbureau voor de Leefomgeving werd begin deze maand duidelijk dat de capaciteit van het net een van de grootste struikelblokken wordt voor het slagen van de energiedoelen in 2030. De problematiek speelt ook in grote delen van de provincies in Noord- en Oost-Nederland. 

Mix

Netbeheerders zien daarom het liefst dat er een betere mix komt tussen wind en zon, en dat er afspraken gemaakt kunnen worden over de levering en de opslag van elektriciteit, om de pieken op het net te vermijden. Daarnaast werken netbeheerders als Enexis en TenneT, de beheerder van het hoogspanningsnet, aan nieuwe infrastructuur als de uitbreiding van het hoogspanningsnet en het bouwen van nieuwe hoog- en middenspanningstations.

Overleg

Een goed overleg met decentrale overheden is daarom van groot belang, zegt Enexis-woordvoerder Tim van Ham. ‘We hebben daarbij de hulp van gemeenten nodig. Een nieuw zonnepark kan vaak heel snel worden gerealiseerd, maar het uitbreiden van het netwerk kan 5 tot 10 jaar duren. Om dat te versnellen hebben we de lokale beleidsmakers nodig om te helpen bij het zoeken naar goede lokaties, het versnellen van inspraakprocedures en vergunningen voor onze werkzaamheden.’