‘Omgevingswetdenken neemt vlucht door Crisiswet’
Uit circa 150 lokale experimenten komt kennis en ervaring met het soepeler omgaan met regelgeving, zowel in de bouw als in de leefomgeving. Bijna veertig gemeenten werken al aan een omgevingsplan, het nieuwe instrument dat in 2018 het bestemmingsplan vervangt.
Vijf jaar Crisis- en herstelwet (Chw) heeft bij veel gemeenten het werken in de geest van de Omgevingswet in beeld gebracht. Uit circa 150 lokale experimenten komt kennis en ervaring met het soepeler omgaan met regelgeving, zowel in de bouw als in de leefomgeving. Bijna veertig gemeenten werken al aan een omgevingsplan, het nieuwe instrument dat in 2018 het bestemmingsplan vervangt.
Nooit vertoond
‘Dat tien procent van de gemeenten nu al werkt zoals ze over drie jaar moeten doen, dat is nog nooit vertoond’, zegt programmamanager Monique Arnolds van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. ‘Gemeenten schakelen meestal pas om op het moment dat een wetswijziging ingaat. Maar lokale bestuurders en ambtenaren zijn zo enthousiast over het omgevingsplan, dat ze er nu hun denken en werkprocessen al op willen aanpassen.’
Andere inrichting ambtelijke organisatie
In het omgevingsplan – formeel nu nog een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte – kan het overzicht van ruimtelijke functies worden uitgebreid met lokale normen voor bijvoorbeeld hinder, duurzaamheid en erfgoed. Dat betekent een andere inrichting van de ambtelijke organisaties, merken de experimenterende gemeenten. Arnolds: ‘Afdelingen zijn vaak georganiseerd per sector, maar dat kan misschien beter naar gebied. Het denken daarover neemt een enorme vlucht.’ Daarmee is de Chw volgens Arnolds een goede wegbereider gebleken voor de Omgevingswet, die ook een integrale kijk op de leefomgeving centraal stelt.
Investeringen stimuleren
Het idee voor de Chw ontstond in het voorjaar van 2009 in kringen rond minister-president Peter Balkenende, herinnert Friso de Zeeuw zich. De Zeeuw, praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling TU Delft en directeur Nieuwe Markten BPD, was vanaf het begin bij de Chw betrokken. De vraag was hoe door de crisis sterk teruggevallen investeringen in bouw, infrastructuur en duurzaamheid een duw in rug konden krijgen door versnelling en vereenvoudiging van wettelijke procedures.
Snellere afhandeling bij Raad van State
Wat de wet in euro’s of arbeidsplaatsen heeft opgeleverd is volgens de betrokkenen niet na te gaan. Toch vindt ook De Zeeuw terugkijkend dat de wet een succes is. Afgezien van de lokale experimenten en kennis die het oplevert, noemt hij nog twee belangrijke winstpunten. ‘De procedurele afhandeling van bestemmingsplannen met investeringsprojecten bij de Raad van State is met gemiddeld een half jaar verkort, zonder dat andere beroepszaken daaronder leiden. En een aantal procedurele versnellingsmaatregelen is inmiddels permanent gemaakt: de Raad van State kan kleine fouten door de vingers zien, bezwaarmakers moeten echt belanghebbend zijn, onderzoeksrapporten blijven twee jaar geldig.’
Niet uit de verf gekomen
Niet alle opties die de Chw biedt, komen uit de verf, stelt De Zeeuw vast. ‘Het projectuitvoeringsbesluit - in de wet ingebracht op suggestie van de Raad van State - wordt weinig toegepast. En van de mogelijkheid om een lokaal project met nationale betekenis aan te wijzen, hebben slechts drie gemeenten gebruik gemaakt.’ Het ministerie organiseert ter ere van het jubileum op 21 april in Amersfoort het Festival Crisis- en herstelwet. De dag staat in het teken van kennis delen over de experimenten en informeren over de Omgevingswet.
Reacties: 4
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Ah, dus die briefjes van de Raad van State waarin keer op keer de uitspraaktermijnen verlengt worden verbeeld ik me maar!
De Zeeuw zag via zo’n Chw tevens zijn kans schoon om het gezonde verstand in RO-procedures op een zijspoor te zetten en nog verder uit te kleden.
Het is mij daarbij niet ontgaan dat hij voor de Chw lobbiede als “praktijkhoogleraar gebiedsontwikkeling” aan de TU Delft, dat klonk lekker belangeloos en wetenschappelijk, terwijl we natuurlijk allemaal wel weten dat hij directeur was van het Bouwfonds.
Geen controle vooraf, geen regels van bestemmingsplan, geen bescherming van bewoners buurt tegen ongewenste tent. HELEMAAL NIETS. Gaat U op 21 april fijn feestvieren in Amersfoort, maar denk dan ook eens aan de zaken die niet gediend worden door uw fijne Wet.
Wij als buurtbewoners zijn uitermate verbolgen over dit vervelende addertje onder het gras.
De Gemeente Soest deed nooit wat goed, geeft ze zelf toe, niets was juridisch haalbaar en nu komt dit er nog eens over heen.
En Den Haag zegt rustig, ja dat is een lokaal probleem gaat u daar maar lokaal over praten. Dat doen we dus al 20 jaar maar door een Haagse wet worden wij ingehaald.
Dank u wel voor al uw positieve berichten, maar wij denken daar iets anders over.
BEWONERS LANGE BRINK EN KORTE MIDDELWIJK