Ministerie blijft geloven in omgevingsverordening
Maar blijft geloven in de omgevingsverordening als flexibel instrument voor gebiedsontwikkeling in gemeenten.
Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M) blijft pleiten voor de omgevingsverordening, het instrument dat in de nieuwe Omgevingswet het bestemmingsplan vervangt. Dat daardoor de problemen voor gemeenten groter worden, is onjuist, stelt I&M.
Schultz bestrijdt conclusies praktijkonderzoek
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft stevige kritiek op de Omgevingswet in wording. Uit onderzoek van Friso de Zeeuw en Peter Noordanus komen negen knelpunten naar voren waar gemeenten in de praktijk van gebiedsontwikkeling mee te maken hebben. De Omgevingswet lost die niet op, volgens hen. Minister Schultz bestrijdt dat. De nieuwe wet verhelpt alle genoemde problemen, betoogt het ministerie in een eerste reactie op het rapport.
Open voor discussie
I&M wil reageren op het pleidooi van de VNG om het bestemmingsplan te behouden en niet op te laten gaan in de omgevingsverordening. Het ministerie staat open voor een nieuwe discussie daarover, maar ziet nog steeds veel in de omgevingsverordening, maakt programmadirecteur Edward Stigter (I&M) duidelijk,
Flexibel instrument voor gemeenten
‘Wij geloven sterk in de omgevingsverordening als flexibel en instrument voor gemeenten, met meer gebruiksgemak voor bewoners en bedrijven’, zegt Stigter. ‘Die is niet op een studeerkamer bedacht, maar gebaseerd op praktijksignalen van gemeenten en gebruikers: Er is meer afstemming nodig tussen sectoren, regels zijn versnipperd, onderzoekslasten moeten omlaag en gebiedsontwikkelingen moeten organisch kunnen groeien.’
Knelpunten beter opgelost met omgevingsverordening
De omgevingsverordening lost deze knelpunten juist beter op dan het bestemmingsplan, meent het ministerie. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor een duidelijker relatie tussen ruimtelijke ordening, natuur en milieu. Uit het onderzoek van de VNG blijkt dat die relatie nog ontbreekt. Stigter: ‘Die conclusie herkennen wij niet. Met de omgevingsverordening breng je regels rondom ruimtelijke ordening en milieu juist bij elkaar; alles is gebundeld in de omgevingsverordening.’
Geactualiseerde bestemmingsplannen zijn voordeel
Dat gemeenten de afgelopen jaren veel tijd en energie gestoken hebben in het actualiseren van bestemmingsplannen is volgens Stigter een voordeel: ‘De beweging naar een verordening is alleen mogelijk in een stelsel van actuele bestemmingsplannen. Vervolgens kan het beheer van deze actuele plannen veel beter plaatsvinden in de vorm van een verordening.’
Opnieuw in gesprek
Minister Schultz heeft bij de overhandiging van het rapport aangekondigd opnieuw in gesprek te gaan. Het ministerie wil met de gemeenten het bestemmingsplan en de omgevingsverordening naast elkaar zetten en vergelijken met de gesignaleerde praktijkknelpunten, aldus Stigter. Vervolgens komt de vraag aan de orde wat de omschakeling van gemeenten zou vergen en of dat het waard is.
Politiek besluit voor eind februari
Volgens Stigter is elke uitkomst denkbaar, ook dat het bestemmingsplan toch behouden blijft, of dat de omgevingsverordening een andere invulling krijgt. Uiteindelijk zal daarover de politiek een besluit moeten nemen. Stigter gaat ervan uit dat dat voor eind februari gebeurt. Daarna gaat de Omgevingswet volgens planning naar de formeel toetsende instanties en staat het wetsvoorstel open voor een formele consultatieronde.
Geen nieuw onderzoek
Kan het zo snel? ‘Ja. We gaan geen nieuw onderzoek meer doen, er ligt al heel veel. Het is nu een kwestie van alles naast elkaar leggen en een politiek-bestuurlijke inschatting maken van wat wenselijk is.’
Reacties: 9
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Martin Schreurs,
Natuurlijk moet het bestemmingsplan worden behouden!
Laat de gemeenten toch met rust.
Al die nieuwe wetgeving werkt contraproductief en is veel te kostbaar voor de gemeenten.
Vroeger had je de art. 19 WRO-procedure en dat liep prima.
Daarna teveel nieuwe wetgeving gekomen op het gebied van RO.
Dat is niet meer te verwerken en kost kapitalen bij implementatie.
Stop ajb dat hobbyisme van die schriftgeleerden op dat ministerie in Den Haag.
Weg met die gasten.
In dit geval kan ik het nadenken over een nieuw instrument in de ruimtelijke ordening goed volgen. Wat heeft 20-30 jaar discussie over de vraag hoe een bestemmingsplan een beter en flexibeler instrument zou kunnen worden in de ruimtelijke ordening en de vele wetgeving daarover, nu eigenlijk opgeleverd? Nog steeds zien we in de praktijk dat het een topzwaar, zeer kostbaar en arbeidsintensief instrument is! We weten toch allemaal dat na de vaststelling van het bestemmingsplan, het plan eigenlijk al weer verouderd is. Niet genoeg ruimte biedt voor initiatieven die we toch best willen honoreren. Dan gaan we weer allerlei vrijstellingsprocedures volgen. Als de heer Pluim in zijn reactie terugverlangt naar de tijd van artikel 19-procedures, is dat toch in feite een signaal dat jaren zijn doorgegaan op een weg die tot niks leidt? Daarom onderschrijf ik het nadenken over een ander instrument vooral voor beheersgebieden dat minder gedetailleerd is, globaler qua opzet en een beter antwoord geeft op de praktijk. Mijns inziens gaat de VNG de verkeerde strijd aan als ze blijven vasthouden aan het instrument bestemmingsplannen voor gebieden waarvoor niet zoveel verandert. Voor ontwikkelgebieden vind ik het bestemmingsplan nog steeds goed bruikbaar. Waarom niet inzetten op meerdere instrumenten met een keuze voor gemeenten over wat het beste bruikbaar is? Het toenemende gebruik door een aantal gemeenten van het instrument beheersverordening is een teken aan de wand. In de praktijk is er duidelijk behoefte aan. VNG stem je beleid daarop af en ondersteun de minister als die nu eindelijk eens kijkt naar de behoefte in de praktijk!