Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Invoering Omgevingswet vereist verwachtingsmanagement

Verwachtingsmanagement is cruciaal bij de invoering van de Omgevingswet. Dat blijkt uit een recente pilot in de Friese gemeenten Waadhoeke en Harlingen.

08 november 2020
haven-harlingen-pixabay.jpg

Verwachtingsmanagement is cruciaal bij de invoering van de Omgevingswet. Dat blijkt uit een recente pilot in de Friese gemeenten Waadhoeke en Harlingen. 

Meer ruimte

De pilot is het resultaat van de wens van de Commerciële Club Noordwest-Fryslân – de ondernemersvereniging voor dit gebied – om meer ruimte te geven aan ondernemerschap en daarmee de ontwikkeling van het gebied te stimuleren. De pilot houdt in essentie in dat in de gemeenten Waadhoeke en Harlingen voor een beperkt aantal projecten – die worden beschouwd als moeilijk te realiseren door middel van reguliere procedures – een situatie is gecreëerd alsof de Omgevingswet reeds van toepassing is.

Knelpunten
Het onderzoek naar de pilot heeft plaatsgevonden door middel van literatuuronderzoek, enquêtes, interviews en observaties. We constateerden drie centrale knelpunten. Allereerst is er een discrepantie tussen de verwachtingen van de betrokken overheden enerzijds en de verwachtingen van de commerciële club en de initiatiefnemers van de projecten anderzijds. De commerciële club is in de pilot gestapt met het idee dat er op die manier een regelvrije zone zou kunnen ontstaan. Daarnaast verwachtten ze dat er meer ruimte zou worden gecreëerd in de geldende regelgeving, om waardevolle projecten makkelijker en sneller te realiseren.

Oefenen
De betrokken overheden zagen de pilot echter als een goede manier om te oefenen met de Omgevingswet. Voor hen was de pilot een platform om integraal samen te werken. Ook wilden de overheden de burger meer ruimte geven om projecten te realiseren, maar het was niet hun bedoeling om een regelvrije zone in het leven te roepen – dit is in praktijk (en juridisch) immers ook niet mogelijk.

Communicatie
Het tweede knelpunt betreft de communicatie binnen de pilot zelf. Het communicatieproces tussen de verschillende partijen verliep regelmatig stroef.  Een adequate terugkoppeling ontbrak vaak. Ook de gemeenteraad voelde zich niet voldoende ­geïnformeerd. Dit alles geeft blijk van het ontbreken van duidelijke procesafspraken, voorafgaand aan de start van de pilot.


Cultuurverandering

Het derde knelpunt heeft betrekking op de cultuurverandering die het werken volgens de Omgevingswet met zich meebrengt. Uit het onderzoek blijkt dat er bij de pilot nog regelmatig volgens de oude werk- en denkwijzen werd gewerkt. Binnen de overheidsorganisatie hadden enkel de ambtenaren die bij de pilot betrokken ­waren de nieuwe benadering helder voor ogen. Dat was vaak anders voor gemeentelijke medewerkers die een grotere afstand tot de pilot hadden.

 

Juiste verwachtingen
Het is van belang dat inwoners de juiste verwachtingen hebben, van de overheid en van het proces zelf. Met name is het van belang dat inwoners goed op de hoogte zijn van de regels waar zij aan moeten voldoen, de vergunningen die zij moeten aanvragen en de procedures die ze moeten doorlopen. Met de invoering van de Omgevingswet wordt meer initiatief gevergd van inwoners. Zo dienen zij zelf op zoek te gaan naar draagvlak binnen de gemeenschap. De wet vraagt namelijk samenspel tussen inwoners, bedrijven en andere belanghebbenden. De gedachte van de wetgever is dat daardoor meer wederzijds begrip bij burgers, bedrijven en overheden wordt gecreëerd.

 

Hogere werklast
Uit de pilot blijkt dat dit zorgt voor een verhoging van de werklast voor inwoners. De gemeente moet de initiatiefnemer van een project hierover goed informeren en daarbij begeleiding bieden. De kans op onderschatting van de daadwerkelijke werklast voor inwoners is groot. Daarnaast moet de inwoner die op zoek is naar draagvlak voor een project zelf de kritische vragen en ­opmerkingen van buurtgenoten van een antwoord voorzien. Ook deze emotionele last moet niet worden onderschat.

Onvoldoende betrokken
Behalve communicatie over de geldende regels en de procedures in de richting van de inwoners, is ook communicatie binnen het gemeentehuis van belang. De gemeenteraad moet regelmatig worden ingelicht over lopende projecten. Tijdens de pilot bleek dat de gemeenteraden zich onvoldoende betrokken voelden. Dit had tot gevolg dat raadsleden en fracties buiten de pilot om met burgers contact zochten om op een andere manier de projecten te realiseren. Dit kwam het pilotproces niet ten goede.


Meer faciliterend
De toetsende rol van de gemeente verandert in een meer faciliterende rol. De Omgevingswet bestaat voor een belangrijk deel uit een cultuurverandering die veel vraagt van een overheidsorganisatie. In de praktijk van de pilot verliep de cultuurverandering stroef. Alleen de ambtenaren die bij de pilot betrokken waren werkten al op de nieuwe manier. Daarom is het belangrijk dat al in een vroeg stadium de gehele organisatie vertrouwd is met de nieuwe werkwijze die voor de Omgevingswet nodig is.


Dit is een korte weergave van een essay geschreven door Dana Kromhout en Joachim Bekkering, masterstudenten juridische bestuurskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Met medewerking van Annalies Outhuijse, secretaris van het bestuur van de Academie van Franeker en advocaat bij Stibbe, en Heinrich Winter, hoogleraar bestuurskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Lees het hele essay deze week in BB21 (inlog)

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie